Foto bij 5

iets warmer dan kleren was mijn weerwolven vel. in mijn hoofd hield ik heel de tijd weerwolf voor. na een poosje voelde ik mijn hand vervormen daarna mijn benen en toen kwamen er haren bij. Rebecca stond met open mond naar mij te kijken. volgens mij had ze niet verwacht dat ik alleen zonder haar kon veranderen.mijn natte kleren waren natuurlijk aan flarde. ik had wel een probleem. niemand mocht mij zo zien. niemand weet dat ik een weerwolf ben. de eenige mensen die weten dat ik een weerwolf ben zijn: Rebecca, Silke, Davy en Davina.Davina is een nicht van mij. zij is ook een weerwolf. dit weekend kwam ze langs. gelukkig was het al vrijdag. hoe we xaar weg geraken weet ik niet. Davy had een plan." ik kan door de grond gaan. als ik nu tot jou thuis ga graven dan komen jullie erdorrheen en niemand ziet je." zei hij. het leek een goed plan. en we deden het. tot aan mijn huis." Rebecca zet de tijd stil. dan gaat het beter." fluisterde ik in haar oor. mijn stem was zwaarder dan anders. mijn zin in mensen vlees was al lang niet meer zo gelijk nu. ik had honger. wat zou het ook. ik had al van s'morgens niet meer gegeten. de tijd viel stil en Rebecca had nog geen moeite gedaan. eindelijk bij mijn huis. ik rook mijn moeder. ooh nee. ik kon mijneigen niet tegen houden. Davy stond aan de deur. hij wou het net open doen. ik duwde hem aan de kant zonder dat ik het wou. ik liep de keuken in. de keuken was leeg. ik rook ze nog beter dan terstraks. ik liep naar haar kamer. ik zag Rebecca en Davy mee lopen. in haar kamer lag ze te slapen."hmm... je ziet er lekker uit." zei ik." ooh nee. Leroy niet doen." hoorde ik Davy zeggen. het speeksel liep uit mijn mond." Leroy niet doen." hoorde ik Rebecca zeggen. voor ik het wist waren ze al op de kamer. ik liep naar buiten. ik had een beter plan. de gebuur was dik. die zou meer vullen. ik deed met mijn nagel die deur open. ik liep naar boven. hun kamer was hier. ik ken hun huis want ons huis is ongeveer het zelfde. op hun kamer zag ik hem liggen in bed. het speeksel liep terug uit mijn mond. ik hoorde niemand iets roepen. goed dacht ik. het deken gooide ik van hem af. de eerste hap was genomen. het bloed zat over heel de kamer. zijn darmen waren er uit. de botten vlogen overal naar toen. tot op het laatste er niets overbleef. bloed lag ovger heel de kamer en de botten ook. eindelijk kwamen Rebbeca en Davy de kamer op. half in mijn menselijke vorm en half in die van de weerwolf. ik liep de trap af op weg naar de koelkast. ik deed de koelkast open en het eenigste wat er stond was bier. ik pakte 2 blikjes. ik gaf er een aan Davy en de ander was voor mij. Rebecca moest weg naar huis." jij bent best goed." zei Davy." wat denk je er van om samen met mij nu te gaan jagen." vervolgde hij." maar een skelet eet toch niet." zei ik." nee daar heb je gelijk in. maar zoals we nu zitten wil ik elke avond zitten." zei hij." goed. kom ik weet nog ergens iets waar een alleenstaande man woond. die heeft waarschijnlijk ook bier en zo." zei ik. bij het huis aangekomen heb ik op net dezelfde manier de voordeur open gedaan. ik liep de kamer op. Davy al naar de koelkast.' eten' dacht ik.de man was dunner maar hij leek ook goed. nu beet ik eerst zijn hoofd er af. stuk per stuk at ik hem op. ik liep naar beneden en Davy stond al voor mij met een blikje. ik dronk het in een keer op. nu wou ik iets beter doen." de nachtwinkel is open. daar kunnen we beters krijgen." zei ik. de nachtwinkel was niet beveiligd. ik liep in mijn menselijke vorm de winkel in. Davy ook. Davy deed teken naar mij voor te zeggen nu in uw weerwolven vel. ik deed het. ik liep rustig naar de man. hij was haai. allee ja zo leek het toch. de man zag me niet goed. ik ging terug naar achter. Davy moest hem verdoven anders lukte het niet. Cavy werd zijn skelet. op Davy's rechter wijsvinger kon hij een verdovings middel laten vloeien. hij stak de man en hij viel met zijn hoofd op de toonbank. hij bloeide. nu was er geen stoppen meer aan mij. ik pakte de ma en in een keer was hij al weg. Davy pakte weer het bier en nu ook eten voor hem. voor in zijn menselijke vorm. elke keer als ik iemand op at gebeurde er dingen bij mij. ik kreeg meer en meer zin in eten, bij elke persoon werd ik sterker en sterke en ik voelde stil aan meer en meer kwaad naar mij komen. Davy werd van bier sterker en sterker, hij kreeg ook meer en meer zin en ik voelde dat hij nog meer naar het kwade trekte. in mijn ogen zag je bloed. het was van niemand. in boeken had ik gelezen: als je duivelser word komt er blod in je ogen. even verschoot ik. nu wist ik het zeker. ik ben geen goeie ik ben een weerwolf. en wat doen weerwolven eten. mensen eten. toen het 12 uur was had ik 25 mensen opgegeten. Davy en ik hadden ongeveer 50 blikjes opgedronken. toen we bij mijn thuis kwamen had ik weer zin in een mens. ik rook weer mijn moeder. en nu was ze actief. ik leip de trap op. in de badkemr hoorde ik het toilet afgaan. ik ging naar mijn kamer. ze kwam er uit en ik kon mij niet tegen houden. ik had mijn nagels in haar buik gezet. ik wist ze is er sewwes geweest. Davy kwam de trap op. hij keek naar mij en mijn ma. ik beet haar hoofd er af en daarna haar heel lijf er in een keer in. Davy keek verwondert naar mij. in mijn ogen kwam een gloed van rood bloed. Davy bekeek mij tegoei. ik veranderde weer in mens. mijn ogen waren nog steeds rood." ik ben moe. ik ge slapen. tot morgen." zei ik." ja tot morgen." zei Davy. ik hoorde Davy lachen tot in mijn kamer. hij was blij om iets. ik voelde mij ook heel gelukkig.

Reageer (1)

  • CARAS

    WTF je moeder opeten???


    WTF!!

    x

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen