Foto bij Level 49

Wauw ik vergeet gewoon even een paar weken te uploaden...



Reyan staarde naar de sterren. Zijn hoofd was te vol om te slapen, zijn gedachten een warboel van informatie. Fay lag naast hem, haar hoofd op zijn bovenbenen en haar ogen gesloten. Soms prevelden ze zachtjes wat woordjes, maar Reyan kon er niet veel van maken. Ze lag ongetwijfeld ook met een vol hoofd te dromen over alles. Reyan keek opzij naar Sohra en Ardin die even verderop in een omhelzing lagen, het rode licht van de vlammen verlichten hun silhouetten maar amper.
      Sohra liet haar vriend geen moment alleen en Reyan had haar nog nooit zo liefhebbend, zo aanhankelijk, gezien. Alsof ze zich elke minuut, elke seconde aan haar geliefde probeerde vast te klampen. Reyan kon het aan haar zien. Ze zei het niet hardop, maar Sohra was doodsbang. Ze had geen woord gezegd toen Maddox het gesprek met hun party staakte om te gaan slapen, had geen weerwoord gegeven of gesmeekt, maar had Reyan aangekeken, met een stille vraag in haar ogen. Reyan had zijn hoofd geschud. Dit was niet het moment.
      Reyan wist niet goed wanneer dat het wel was, maar hij wist ook dat er haast bij was. Een nacht. In ieder geval een nacht zouden ze wachten. Dan had hij ook nog even tijd om te bedenken hoe hij het Maddox zou vertellen dat zijn beste vriend een ongeleid, bloeddorstig projectiel was. Hij liet met een zucht zijn hoofd hangen en staarde naar Fays gesloten ogen. Hij wilde ook slapen.
      ‘Dat zal vast veel informatie zijn geweest.’
      Reyan keek op toen Maddox zich met een kreun naast zich op de grond liet ploffen. Hij sprak zachtjes, voorzichtig om de andere niet wakker te maken. Hij glimlachte toen hij naar Fay keek, die geruisloos op zijn been lag te slapen. ‘Het doet me veel vreugd om te zien dat jullie nog zo hecht zijn als vroeger.’
      ‘Fay heeft me veel geholpen nadat jij-’ Hij maakte zijn zin niet af. Het voelde ineens onbeleefd, alsof hij hem onbedoeld ergens van beschuldigde. ‘Ik ben niet boos,’ zei hij toen, ‘dat je weg bent gegaan, bedoel ik. Ik wil dat je dat weet.’ Hij kneedde zijn handen samen. ‘Ik begreep niet waarom, en vaders woede verwarde me, maar ik wist dat je de wereld aan het verbeteren was.. en ik miste je.’
      Maddox drukte zijn hand tegen zijn rug. ‘Ik heb jou ook gemist.’ Hij liet zijn hand weer zakken en zijn blik dwaalde af naar de sterren. ‘Ik heb het gevoel dat ik jullie in iets heb meegesleurd waar je niet om gevraagd hebt.’
Reyan schudde vastberaden zijn hoofd. ‘Je moet je daar niet schuldig over voelen,’ zei hij. ‘Jij bent de reden dat de burgers van Ilvuria niet aan nog meer ellende zijn overgeleverd. Ja, het is een waardeloze situatie, maar zonder jou was het veel erger geweest.’
      Maddox keek hem verrast aan, zijn ogen verzachtten. Reyans blik viel op de band om zijn arm. ‘Sinds ik me kan herinneren is mij verteld dat ik moet vechten voor iets dat groter is dan mezelf.’ Hij balde zijn vuist. ‘Maar pas nu begin ik te begrijpen wat dat betekent. En jij.. Jij hebt dat altijd al geweten. Ik had gewild dat ik net zoveel moed had als jij en had kunnen kiezen voor wat juist was.’
      ‘Kijk waar je bent, Reyan.’ Hij spreidde zijn armen uit. ‘Je was niet hier geweest als dat niet precies was wat je hebt gedaan.’ Hij klemde zijn vingers bij elkaar tot zijn knokkels wit uitsloegen. ‘Je vecht ergens voor. Voor de vrijheid om te kiezen,’ zei hij uiteindelijk. ‘Voor de kans om niet vast te zitten in een leven dat anderen voor je bepalen.’
      Reyan keek zijn broer lang aan en glimlachte. Zijn blik gleed naar de sterrenhemel en zuchtte. ‘Ik herinner me zulke nachten,’ zei hij zachtjes. ‘We zaten op het dak na een dag hard trainen, onder de blauwe plekken en we bedachten verhalen over dappere strijders die tussen de sterren leefden.’
      ‘En dan schreeuwde Meralinde naar ons dat we naar beneden moesten komen.’
      Reyan lachte zachtjes. ‘Ik kan me wel herinneren dat mijn oren daarna net zo puntig waren als de hare op de manier dat ze ons aan onze oren terug naar onze slaapkamers meetrok.’
      ‘En nu zijn we hier,’ zei Maddox. ‘Met een dreiging die groter is dan we ons ooit hadden kunnen voorstellen. Nu zijn wij de helden in die sterren.’
      Reyan knikte langzaam en liet die woorden even bezinken. Maar net op het moment dat hij iets wilde zeggen, galmde er een rauwe, verstikte schreeuw door de nacht. Zijn hoofd schoot opzij. Voor een seconde had hij geen idee wat er gebeurde—tot hij de worsteling zag. Ardin lag bovenop Sohra met zijn handen om haar smalle nek geklemd. Zijn gezicht was verwrongen in een uitdrukking die nauwelijks de zijne leek—ogen wijd opengesperd, zijn spieren gespannen en zijn blik ziedend. Sohra kronkelde onder zijn greep. Ze schopte wild met haar benen en klauwde naar zijn handen in een wanhopige poging ze los te trekken, terwijl ze snakte naar adem.
      ‘Ardin,’ gilde Fay, die geschrokken van zijn schoot sprong en zag wat er gebeurde. Kyrin was als eerste bij Ardin en schopte tegen hem aan in een wanhopige poging hem van Sohra af te krijgen, maar het was alsof ze tegen een muur trapte. Ardin gaf geen krimp. Zijn spieren stonden strak, zijn blik was leeg, onmenselijk, alleen nog gericht op het vernietigen van wat hij in zijn greep had. Tranen stroomden uit Sohra’s wijd opengesperde ogen.
      Shit. Shit. Shit.[i/]
      Reyan activeerde zijn pantservuist en stormde op hem af. Ik wil dit niet doen, maar je laat me geen keuze, oude vriend.
      Hij ramde zijn vuist tegen Ardins ribben. Een doffe dreun vulde de lucht, gevolgd door een korte, verstikte kreun van Ardin toen hij door de ruimte werd geslingerd. Sohra viel hoestend neer, haar lichaam schokte terwijl ze wanhopig naar adem hapte. Kyrin dook onmiddellijk naast haar neer, haar arm om Sohra’s trillende schouders terwijl ze haar zwaard tussen hen en Ardin hield. Haar hand beefde.
      Reyan bleef hijgend staan, zijn blik strak op Ardin gericht. Zijn vriend duwde zichzelf overeind, zijn arm om zijn borstkast geklemd. Reyan balde zijn vuist, klaar om het gevecht voort te zetten als dat nodig was. Hij wilde het niet, hij wilde Ardin geen pijn doen, maar hij moest doen wat nodig was.
      Ardin kwam overeind, zwalkend op zijn benen toen hij een stap in zijn richting zette. Reyan balde zijn vuist en Ardin bleef onmiddellijk staan. ‘Reyan?’ Zijn blik flitste van Reyan naar Sohra—naar zijn eigen handen. Zijn ademhaling versnelde. Zijn pupillen waren groot. ‘Wat… wat heb ik gedaan?’
      Reyan staarde naar Ardin, naar de rode aderen in zijn ogen die zich als dunne barsten onder zijn huid verspreidden. Er huisde paniek in zijn ogen, een teken dat hij zichzelf was. Reyan trok zijn pantservuist weer in en liep naar zijn vriend toe en knielde bij hem neer. Voordat hij zijn armen om hem heen kon slaan, deinsde Ardin abrupt achteruit. Zijn borstkas ging zwaar op en neer. ‘Kom niet dichterbij,’ hijgde hij. ‘Ik weet niet wat er kan gebeuren.’
      Zijn handen trilden. Hij staarde ernaar alsof ze niet langer van hem waren. Hij schudde zijn hoofd, zijn gezicht was van afschuw vertrokken. ‘Ik heb haar pijn gedaan. Ik heb..’ Hij wendde langzaam zijn blik naar Sohra, die schokkerig ademhaalde in Kyrins armen. ‘Sohra.. Ik..’ Zijn stem brak en hij perste zijn ogen op elkaar. De tranen liepen over zijn wangen als het sap uit een samengeknepen citroen.
      ‘Ik ben in orde.’ Sohra’s stem was hees toen ze sprak. In haar hals begon een vlekkerige blauwe tint vorm te krijgen.
      ‘Ik had je kunnen vermoorden,’ riep Ardin met een rauwe stem. Het geluid voelde als een steen in Reyans maag. Hij slikte, bleef slikken om de brok in zijn eigen keel weg te krijgen, maar het leek alsof deze vastgelijmd zat. Reyan stapte opzij toen Sohra - ondersteund door Kyrin - overeind kwam en zichzelf naar Ardin toe sleepte. Ze zakte naast hem op haar knieën. ‘Maar dat heb je niet gedaan,’ zei ze zachtjes.
      Ardin opende zijn handen en tuurde naar zijn vingers. ‘Het voelde alsof ik—alsof iets anders mijn lichaam overnam. Ik kon het niet stoppen. Ik had niet eens door dat-’
      Sohra suste zachtjes tegen hem en streek een hand door zijn haren. ‘Ik weet dat jij het niet was, liefste.’ Ze trok zijn gespierde lichaam naar zich toe en begroef haar gezicht in zijn nek. Reyan staarde in stilte naar de twee. Voor een moment zei niemand een woord en vulde alleen het gesnik van Ardin de ruimte.
      ‘Hij is geïnfecteerd.'
      Reyan keek Maddox over zijn schouder aan. Hij was even vergeten dat zijn broer hier ook nog was. Maddox wees naar Ardin en keek Reyan geschokt aan. ‘Hoelang is hij al geïnfecteerd?'
      Reyans blik schoot naar Sohra, die nog steeds dicht tegen Ardin aan zat, haar vingers licht trillend op zijn rug. Hij sprak zachtjes. ‘Een aantal dagen.’
      Maddox’ adem stokte. Zijn blik gleed van Sohra naar Ardin en weer terug, alsof hij hoopte dat hij zich had vergist. Hij zette een stap achteruit. ‘Een aantal dagen? Waarom hebben jullie niets gezegd?’
      Reyan klemde zijn kaken op elkaar. Maddox keek de anderen een voor een aan.‘En de rest..?’
      ‘Ardin is geïnfecteerd geraakt tijdens het gevecht met Darius’ party,’ legde Reyan uit. ‘De rest van ons is in orde.’
      Maddox’ blik bleef rusten op Ardin. Zijn schouders zakten een beetje. ‘Dus het is waar.. Mensen kunnen besmet raken.’ Reyan knikte kort. Hij wist niet wat hij kon zeggen om de situatie te verbeteren. De waarheid was dat de situatie waardeloos was en hij geen idee had hoeveel mensen in Ivuria momenteel besmet waren. Die vraag was vast ook door Maddox’ hoofd geschoten. Niet alleen moest er een spreuk komen voor de infectie in de bron, maar nu ook voor mensen.
Zijn broer haalde diep adem, veegde zijn magere hand door de doffe, lange krullen. ‘Kan.. kan ik dichtbij komen?’
      Reyan verstijfde. Het was geen onredelijke vraag, maar het voelde alsof iemand hem een stomp in zijn maag had gegeven. Alsof Ardin geen mens meer was, maar een wandelende ziekte. Zonder iets te zeggen, stapte hij opzij. Maddox liep behoedzaam Ardins kant op en knielde naast hem neer. Ardin tilde zijn hoofd een beetje op, zijn ogen rood— niet van de infectie, maar van iets veel menselijkers. Verdriet. Uitgeveegde tranen plakten op zijn wangen.
      ‘Mag ik?’ begon Maddox voorzichtig, zijn palmen omhoog geheven. Ardin knipperde langzaam, alsof het verwerken van die simpele vraag te veel moeite kostte. Toen begon hij met trillende vingers de knoop van zijn mouw los te maken en trok de stof omhoog.
      Reyan had zich voorbereid. Dacht hij. Maar toen hij de wond zag, sloeg misselijkheid hem als een golf in het gezicht. De plek rond de infectie was gezwollen en had een donkere, bijna verbrande kleur. Rode lijnen kropen als giftige aderen onder zijn huid door en verdwenen verder onder zijn mouw. Maddox vloekte zacht en draaide voorzichtig Ardins arm een stukje. Ardin siste.
      ‘Sorry,’ mompelde Maddox, en hij legde zijn arm voorzichtig terug. ‘Hoe begon het? Wat waren je symptomen?’
      Ardin haalde langzaam zijn schouders op. ‘Maakt het uit?’
      Maddox fronste. ‘Natuurlijk maakt het uit. Jij bent het levende bewijs dat mensen geïnfecteerd kunnen raken. We moeten weten waar we tegenop gaan, wat het verloop is, en—’
      ‘Hij is geen experiment,’ beet Sohra hem toe. Ze draaide haar lichaam als een leeuwin voor Ardin, haar ogen fonkelend van ingehouden woede. Reyan voelde iets diep in zich naar zijn keel klauwen toen hij dat zag. Hij begreep waarom Maddox het vroeg, maar begreep ook heel goed dat het voor Sohra - voor hun allemaal - een beetje te echt voelde.
      Maddox hief ontwapenend zijn handen. ‘Zo bedoel ik het niet,’ zei hij. Zijn stem klonk zachter nu. ‘Met jouw kennis kunnen we wellicht anderen redden.’
      Ardin staarde hem aan. Zijn lip trok even, alsof hij wilde lachen, maar het op het laatste moment niet kon. ‘Want ik ben niet meer te redden, bedoel je.’
      De kamer werd stil.
      Maddox vouwde zijn handen samen en keek naar de grond. ‘Ik heb geen tegengif kunnen creëren,’ zei hij uiteindelijk. ‘Tot vandaag wist ik niet eens dat mensen besmet konden raken.’ Hij wendde zijn blik af, alsof hij zijn eigen falen niet onder ogen kon komen. ‘Het spijt me. Er is niets dat ik kan doen.’
Een eenzame traan gleed over Sohra’s wang. Maar haar blik bleef fel, haar stem onwankelbaar. ‘Maar hij is nu hier,’ zei ze.       ‘We hebben nog tijd.’
      Maddox knikte langzaam en kneep even in Ardins knie. ‘Laten we straks je symptomen doornemen.’ Hij stond op en liep terug naar Reyan. De blik die hij hem toewierp, deed Reyans adem stokken. ‘Ik heb veel geïnfecteerde monsters bestudeerd,’ zei Maddox zacht. ‘Als ik afga op wat ik daar heb gezien…’
      Reyan voelde hoe zijn keel dichtkneep. ‘Hoelang heeft hij nog?’
      Maddox keek even naar Ardin, die zijn hoofd weer had laten zakken tegen Sohra’s schouder. Zijn ademhaling was oppervlakkig. Zijn handen, die eerder nog zo stevig om Sohra’s vingers geklemd hadden gezeten, lagen nu slap in zijn schoot.
      Maddox slikte. ‘Misschien een dag.’

Reageer (1)

  • LynnBlack

    Dit is echt zo'n goede samenloop, ik kon het me zo voorstellen, de emotie, de plotse omslag van de situatie. Dit wordt nog een lange dag om Ardin te redden jongens :o

    6 maanden geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen