Foto bij Level 48



Maddox haalde de gietijzeren theepot van het vuur en goot de dampende, bloemige thee in de theekopjes. Geen van de kopjes pasten bij elkaar, alsof dit alles was wat hij bij elkaar had kunnen rapen nadat het gebouw vernield was. De ruimte waar ze nu zaten, was waarschijnlijk de enige ruimte in het hele gebouw dat enigszins minder verwoest oogde. Aan de opengeslagen boeken op de vloer en werktafels te zien, was dit waar Maddox zijn werk had voortgezet. Achter hem stond een alchemistische werktafel, bezaaid met flacons en verkoolde resten van mislukte experimenten. En de vuurplaats was duidelijk vaker gebruikt. Het voelde onnatuurlijk, zo’n open vlam binnen de brokkelige muren van een ingestort gebouw, maar de rook vond moeiteloos zijn weg naar buiten, door het gapende gat in het dak. Reyan liet zijn blik er overheen dwalen. De hemel erboven was een spel van vurige oranje en rode tinten.
      Zijn vrienden zaten gespannen rond het vuur, behalve Fay, die stilletjes haar thee nipte. De rest leek hun nieuwsgierigheid naar deze vreemde man maar moeilijk te verbergen.
      Een por in zijn zij trok Reyan abrupt terug in het moment. Kyrin wierp hem een stil verzoek toe. Reyan zuchtte, wreef over zijn pijnlijke ribben en schraapte zijn keel. ‘Is dit nou waar je al die tijd hebt gezeten?’ Het was geen tactische openingsvraag, maar het doorbrak in ieder geval de stilte.
      Maddox glimlachte zwakjes. ‘Een deel van de tijd,’ antwoordde hij en nipte zijn thee. Het voelde zo goed om zijn stem weer te horen. Hoe rauw deze ook klonk, het was een stem die hij de laatste jaren ontzettend had gemist. Maddox liet zijn kopje langzaam weer zakken. ‘Het feit dat jullie hier zijn, vertelt mij dat jullie dezelfde antwoorden zoeken als ik.’
      Reyan wilde niet naar Ardin kijken toen hij zei: ‘Er was een dorp in Midland aangevallen door losgeslagen Bludhoofs,’ vertelde hij verder, ‘timide Bludhoofs.’
      Maddox fronste diep. ‘Zijn de bronnen helemaal tot daar geïnfecteerd?’
      Reyan knikte. Hij had geen idee waar hij moest beginnen met vertellen. Er was zoveel gebeurd in zo’n korte tijd, zoveel vragen die onbeantwoord zijn gebleven. Hij schraapte zijn keel en vertelde over de aanval. Maddox luisterde aandachtig naar zijn woorden toen hij vertelde over de audiëntie met de Gildemeesters en de confrontatie met Darius’ party. Reyan durfde zijn broer niet in de ogen te kijken toen hij vertelde over de confrontatie met Darius’ party.. Hij hield zijn stem vlak, probeerde afstand te bewaren tot de herinneringen, maar hij voelde hoe zijn kaken zich spanden toen hij vertelde hoe ze geen anderen uitweg meer zagen. Toen hij eindelijk uitgesproken was, was zijn opgeluchte zucht het enige geluid, naast het knisperen van het vuurtje.
      Maddox zweeg, schonk bedachtzaam nog een kopje thee in, en keek toen pas op. ‘Het doet me verdriet om te horen waar jullie allemaal in verzeild zijn geraakt.’ Hij wendde zijn blik, staarde naar de dampende vloeistof in het kopje. ‘Dat het al zo erg is dat ook mensen besmet kunnen raken.’ Een zucht. ‘Ik wilde dit voorkomen,’ mompelde hij.
      Reyan keek hem afwachtend aan. Fay reikte naar zijn broer, tikte met haar vingers zijn pols aan. ‘Maddox, kun je ons vertellen wat er is gebeurd?’
      Een lange stilte viel. Maddox liet zijn vingers over de rand van zijn kopje glijden. Een zware zucht vulde de lucht. ‘Ik wilde geen Grimmer worden,’ begon hij, ‘en hoewel ik uitblonk op de academie en mijn mana van een hoog niveau was, wilde ik meer voor de wereld.’ Een schampere lach ontglipte zijn keel. ‘Onze vader was het daar niet mee eens. Ik dacht dat de hemel naar beneden zou vallen, zo kwaad was hij.’
      Hij rechtte zijn rug. ‘Maar ik deed wat ik vond dat belangrijker was en verliet huis en haard om me bij een onderzoeksteam van de Gilde aan te sluiten.’ Zijn blik was triest toen hij Reyan weer aankeek, alsof hij zich verontschuldigde voor zijn vertrek. Reyan voelde een steek in zijn borst. Reyan was nooit boos op hem geweest, maar hij realiseerde zich dat Maddox dat misschien nooit had geweten. Hij wilde iets zeggen, iets om die gedachte uit de lucht te helpen. Maar hij wist dat dit niet het moment was. Maddox had zijn verhaal nog niet verteld.
      ‘Mijn onderzoek leek onschuldig. Ik dacht dat ik iets goeds deed, dat we een manier konden vinden om de bronnen te stabiliseren en hun energie efficiënter te benutten zonder ze uit te putten. De theorie was simpel: als we de magie beter konden sturen, konden we op vele gronden voor verbetering zorgen. Maar hoe dieper ik groef, hoe meer ik besefte hoe weinig we eigenlijk wisten. We putten al honderden jaren uit deze oeroude bronnen, gebruiken hun magie alsof ze onuitputtelijk zijn. Maar wat als dat niet zo is? Wat als we, zonder het te beseffen, de kern van de wereld zelf langzaam aan het leegtrekken zijn?’ Hij schudde even zijn hoofd. ‘Mijn angst was dat we niet alleen de bronnen zouden uitputten, maar de magie die deze wereld in stand hield.’
      Er gleed een rilling over Reyans rug. Een doodenge gedachte, dat begreep hij wel. Zonder magie zouden ze honderden – misschien wel duizenden – jaren terug de tijd in gaan. Ze zouden geen zieken meer kunnen genezen, geen gewassen kunnen laten groeien in dorre streken, geen bescherming meer hebben tegen de monsters die diep in de wouden en bergen schuilden. Vervoer zou trager worden, steden zouden vervallen zonder de energie die hun fundamenten versterkte. De wereld zoals ze die kenden zou langzaam instorten.
      ‘Ons onderzoek zou baanbrekend zijn, revolutionair. We zouden zoveel goeds kunnen doen voor Ilvuria.’ De trotse glimlach gleed van zijn gezicht. Zijn schouders kromden zich. ‘Ik was naïef.'
      Hij nam een trage, moeizame ademteug. ‘Na verloop van tijd begon de opzichter eisen te stellen die niet strookten met onze oorspronkelijke missie. Sommige collega’s kregen plotseling nieuwe taken toegewezen, los van hun expertise, zonder uitleg. Onderzoek werd stopgezet of omgeleid zonder reden. We spraken er onderling over, maar ik had geen reden om te wantrouwen wat ik niet begreep. Het leken onschuldige aanpassingen. Pas later begon ik verbanden te zien tussen de verschillende studies. Alsof we onbewust allemaal meewerkten aan iets veel groters, iets dat niet klopte. Eerst dacht ik dat het toeval was. Maar hoe dieper ik groef, hoe duidelijker het werd dat er een onderliggende agenda was. En toen begon ik de waarheid te zien.’ Zijn vingers verkrampten rond het kopje. ‘De Gilde had hele andere intenties dan wij.’
      ‘Ze proberen de bronnen onder hun controle te krijgen, niet waar?’ zei Fay zachtjes. ‘Te experimenteren met de monsters?’
      Maddox knikte. ‘Ze wilden controle. Absolute controle over de magie zelf—en over alles wat ermee verbonden was.’ Hij schokschouderde. ‘Ik weet niet precies wanneer het kantelpunt was, wanneer ik van een onderzoeker veranderde in iemand die te veel wist, maar ik denk dat mijn grootste fout was dat ik hoopte dat vader me zou steunen.’ Hij slaakte een diepe zucht. ‘Ik was niet de enige die zich verzette. Een groep collega’s en ik probeerden de experimenten te saboteren. We verzamelden bewijs, wilden de waarheid aan het licht brengen.’ Zijn blik werd naar het plafond getrokken, naar de sterren die door het gebroken dak fonkelden. ‘Toen het onderzoekscentrum werd aangevallen, begreep ik dat het vader was die ons had verraden.’
      Reyan keek zijn broer lang aan. Terwijl hij druk was geweest met monsters bevechten, zijn eer hoog houden en het behalen van een hoge rang - de trots van hun familie - was Maddox al die tijd bezig geweest om de wereld te redden. Reyan schaamde zich plotseling diep.
      Maddox liet zijn hoofd zakken. ‘Mijn collega’s zijn gearresteerd wegens hoogverraad. Ik kon ontkomen dankzij de training die ik op de academie heb gehad - ik kon nog magie oproepen.’ Hij zweeg even, sloot kort zijn ogen. ‘Ik keerde hier terug en ontdekte dat een corrupte magiërs party een van de experimenten op een bron zou gaan uitvoeren. Ik wist dat ik iets moest doen, maar ik wist niet waar ik tegenop moest - wat mijn magie zou doen als het vermengd zou worden met het experiment. De magie gedroeg zich niet zoals ze dachten. Het was… alsof de bronnen genoeg hadden van het misbruik van de mens. Het creëerde de infectie.’
      Zijn woorden hingen zwaar in de lucht, alsof al zijn woede, frustratie en verdriet erin meegevoerd werden. ‘De maanden erna ben ik bezig geweest die vervloeking tegen te gaan - of wat het ook is, maar ik ben er niet in geslaagd.’
      Sohra boog iets voorover. ‘Dus je bedoeld.. Dat er geen oplossing is - geen genezing?’ Haar blik gleed vliegensvlug naar Reyan. ‘Voor de bronnen,’ voegde ze eraan toe. Ze kneep iets harder in Ardins handen.
      ‘Ik bedoel dat ik het tot nu toe nog niet heb gevonden,’ benadrukte Maddox.
      ‘Kunnen we je helpen?’ vroeg Fay hoopvol. Maddox keek haar aan en veinsde een glimlach. Reyan kende zijn broer goed genoeg om te weten dat hij dat alleen maar deed om zijn vrienden een goed gevoel te geven. Hij wist het niet, dat was de harde waarheid. Hij wist niet of er een oplossing was. Reyan keek voorzichtig opzij naar Ardin. Zijn gezicht toonde geen emotie, maar Reyan zag aan de spieren in zijn hals dat Ardin geschrokken was van dat nieuws. ‘Kunnen we daarheen,’ vroeg zijn vriend ineens. ‘Kunnen we naar die bron?’
      Maddox trok zijn wenkbrauwen op. ‘Je wilt naar die bron?’ Toen Ardin knikte, pruilde Maddox zijn lip. ‘Ik bedoel, we kunnen er wel heen natuurlijk, maar het is gevaarlijk en-’
      ‘We hebben ondertussen voor hetere vuren gestaan,’ antwoordde Ardin vastberaden. ‘We moeten bij het begin beginnen, toch?’ Zijn mondhoek prikte kort omhoog. Maddox keek hem lang aan en knikte uiteindelijk langzaam. ‘Goed. Morgenochtend neem ik jullie daar mee naartoe.’

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen