Ik bleef Bill aankijken terwijl hij mijn handen nog steeds vasthield. Het was alsof de tijd heel even stilstond. Ik wist dat ik zou moeten loslaten, dat dit moment niets zou veranderen aan onze situatie, maar toch… ik verzette me niet. De warmte van zijn grip voelde als een houvast in de storm waarin we ons bevonden.
"Je had eerder vandaag kunnen langskomen," zei ik streng, terwijl ik mijn blik op hem hield.
Hij liet zijn blik naar de grond zakken, zichtbaar beschaamd. "Ik ben de hele dag ziek geweest," gaf hij toe, zijn stem zacht en vol spijt. "Ik ben nog maar net hier."
Ik wilde boos blijven. Het was logisch, het voelde gerechtvaardigd. Maar de manier waarop hij naar me keek, alsof hij zichzelf niet méér kon haten dan hij nu al deed, zorgde ervoor dat mijn eigen woede begon te verzachten.
“Bill,” fluisterde ik uiteindelijk, een zachte, bijna onhoorbare uiting van zijn naam.
“Elise,” begon hij opnieuw, zijn stem trillerig. “Het spijt me zo, echt waar.” Zijn ogen gleden weg, alsof hij het moeilijk vond om me aan te kijken. “Gisteren... ik heb gewoon zoveel gedronken omdat ik—” Hij haalde diep adem. “Omdat ik het niet aankon. Die awardshow... Valerie. Het was te veel. Ik dacht dat, als ik genoeg drink, ik... ik het misschien wel zou kunnen verdragen.”
Hij stopte even en keek me aan met ogen vol zelfverwijt. “Maar ik heb alles alleen maar erger gemaakt.”

Ik opende mijn mond om iets te zeggen, iets om hem gerust te stellen of misschien juist te confronteren, maar het moment werd ruw onderbroken door het luide geluid van een openslaande deur. Hans stond in de deuropening, zijn gezicht een mengeling van verbijstering en woede.
“Elise, je moet nú richting het podium!” riep hij, zijn toon scherp en dwingend. Zijn blik viel op onze ineengestrengelde handen, en zijn gezicht betrok onmiddellijk. “Zeg me alsjeblieft dat dit niet waar is.”
Ik schrok en trok mijn handen snel terug, alsof ik betrapt was op een verboden daad. “Hans, dit is niet het moment—” begon ik, maar hij onderbrak me fel.
“Zeg me dat jullie niet weer samen zijn!” riep hij, zijn stem hard en haast paniekerig. “Zeg dat jullie dat contract niet vergeten zijn!”
“En wat als dat nu zo is?” brulde Bill plotseling, zijn stem vol frustratie en rebellie. Hij stapte naar voren, zijn lange silhouet leek de hele kamer te vullen.
Hans draaide zich naar hem om, zijn ogen fel. “Bill, je speelt met vuur. Het management zal dit nooit toestaan! Het geheimhoudingscontract is nog steeds van kracht, en dat weet jij dondersgoed!”
Bill lachte kort, maar het geluid klonk bitter. “Je kunt ons niet tegenhouden, Hans!” riep hij, zijn stem trillend van woede en emotie.
Ik voelde hoe mijn hart in mijn borst bonkte, alsof het probeerde te ontsnappen aan de chaos om me heen. Dit liep volledig uit de hand. “Bill, stop,” zei ik zacht maar resoluut. Zijn ogen schoten naar mij, verbaasd en vol verwarring.
Zijn blik veranderde. De vurige woede maakte plaats voor pure verbijstering. “Wat?” vroeg hij zachtjes.
Ik haalde diep adem, mijn handen trillend langs mijn zij. “We vallen altijd onder dat contract. Altijd. Totdat het management weer beslist dat jij iemand anders moet daten voor een publiciteitsstunt. En ik...” Mijn stem stokte, mijn keel voelde droog. “Ik zou daar kapot aan gaan, Bill. Dat weet jij net zo goed als ik.”
Zijn ogen vulden zich met een pijn die ik zelf maar al te goed kende. “Elise...” begon hij.
Ik schudde mijn hoofd en voelde de tranen branden achter mijn ogen. “Sorry,” zei ik zacht. “Ik moet optreden.”
Hans slaakte een opgeluchte zucht terwijl ik langs hem liep. “Bedankt, Elise,” mompelde hij. “Je begrijpt het tenminste.”
Ik draaide me niet meer om. Mijn voeten voelden zwaar terwijl ik door de gang liep, richting het podium. Maar de zwaarte van Bill’s blik, die als een last op mijn rug brandde, liet me niet los.

De laatste tonen van ons een-na-laatste nummer stierven weg. Het publiek juichte luid, hun energie gonsde door de zaal en gaf me een broodnodige boost. Ondanks de kleine foutjes hier en daar, voelde de show goed. Maar nu stond ik voor het laatste nummer van de avond: Hilf mir fliegen.
Ik pakte de microfoon, en terwijl de eerste zachte akkoorden van het nummer begonnen, sloot ik mijn ogen. De wereld vervaagde, en alleen de muziek bleef over. Mijn stem brak door de stilte van de zaal, zuiver en intens. De woorden kwamen rechtstreeks uit mijn hart.
Bij het refrein, net toen ik de zin Komm und hilf mir Fliegen wilde inzetten, hoorde ik een andere stem. Het was diep, krachtig en vol emotie. Mijn ogen schoten open, en daar stond hij. Bill.
Hij kwam het podium op, een microfoon stevig in zijn hand geklemd, alsof hij zich aan dat ene object vasthield om niet te bezwijken onder het gewicht van alles wat hij voelde. Zijn blik was vastberaden, strak op mij gericht terwijl hij zong.
Ik stond als aan de grond genageld, mijn adem stokte. Zijn stem klonk prachtig, zuiverder dan ik het me ooit kon herinneren, en het vulde de ruimte met een intensiteit die me kippenvel bezorgde. Het publiek leek net zo verrast als ik, maar het gejuich werd oorverdovend toen hij naar me toeliep.
Met een paar vastberaden stappen stond hij voor me. Hij pakte mijn hand, en het voelde alsof de wereld even stopte. Mijn hart bonkte in mijn borst terwijl ik, zonder na te denken, meezong met het refrein. Onze stemmen smolten samen, en het was alsof het nummer altijd bedoeld was om als duet gezongen te worden.
Ik bleef in zijn ogen kijken, gevangen in een moment dat groter voelde dan het podium, groter dan het publiek, groter dan het contract dat ons tegenhield. Het was alsof alleen wij tweeën bestonden, en niets anders er nog toe deed.
Toen het laatste akkoord klonk, liet de zaal zich overspoelen door een oorverdovend applaus. Bill liet mijn hand niet los. Hij draaide zich naar mij, zijn ogen gevuld met een mix van kwetsbaarheid en vastberadenheid.
“Fuck het contract,” zei hij luid genoeg dat het geluid door de microfoons galmde. Zijn woorden leken rechtstreeks door mijn borstkas te snijden en mijn hart vast te grijpen. “Ik hou van jou.”
Een brede glimlach verspreidde zich over mijn gezicht, groter dan ik ooit had gedacht dat mogelijk was. Voor ik iets kon zeggen of doen, trok hij me dichter naar zich toe en kuste me.
Alles leek te vervagen. De zaal, het publiek, de lichten — alles vervaagde tot het niets meer was dan een achtergrondgeluid. Het was alleen hij en ik, verbonden in een moment dat perfect voelde, ondanks alle chaos die ik wist dat het zou veroorzaken.
Toen hij me losliet, bleef hij me aankijken, zijn ogen vulden zich met spijt en hoop tegelijk. “Het spijt me echt, Elise. Voor alles,” zei hij zachtjes.
Ik knikte, mijn hart te vol om te spreken. Mijn goedkeuring was alles wat hij nodig had.
Hij draaide zich om naar het publiek, dat nu uitzinnig juichte, en hief onze ineengestrengelde handen in de lucht. “Ik wil jullie voorstellen aan mijn vriendin, Elise!” riep hij over de menigte.
Het publiek barstte uit in een combinatie van geschreeuw, gejuich en applaus. Ik voelde hoe mijn gezicht rood werd, maar tegelijkertijd maakte dat niets uit. Dit moment was van ons.
Ik keek naar Bill, en de vlinders in mijn buik raasden als een storm. Ja, we zouden dit later moeten bekopen. Het contract, het management, de media — het zou allemaal als een tsunami op ons afkomen. Maar nu, op dit moment, voelde het alsof we eindelijk vrij waren. En dat was alles wat telde.

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen