Ik voelde het label van mijn jurkje langs mijn vingers glijden terwijl ik eraan plukte, een nerveuze tic die ik maar niet kon onderdrukken. De stilte in de gang leek oorverdovend, op het zachte gebrom van stemmen verderop na. Het voelde alsof mijn ademhaling te luid was, alsof iedereen in de buurt kon horen hoe gespannen ik was.
We stonden klaar voor het interview, een verplicht nummer waar Hans op had aangedrongen. Na de uitbarsting van Bill op het podium was de onrust onder de fans enorm toegenomen. Iedereen vroeg zich af of de Humanoid Tour überhaupt nog doorging. De media rook bloed, en Hans wilde met dit interview de controle terugpakken.

Ik keek opzij naar Bas, die naast me zat op een ongemakkelijke, kunststof stoel. Zijn blik was strak vooruit gericht, maar ik wist dat hij op mij lette. Hij kende me te goed. Hij wist dat ik gespannen was, zelfs zonder dat ik een woord zei. Paul en Jacob stonden verderop te praten, ogenschijnlijk ontspannen, maar ik zag hoe ook zij zich een houding probeerden te geven.
We waren de hele dag al klaargestoomd, met script-achtige instructies over wat we wel en niet mochten zeggen. Ik wist dat ik een Oscar-waardige acteerprestatie moest leveren, maar mijn zenuwen maakten het bijna onmogelijk. Het feit dat ik Bill nog niet had gezien sinds ons ‘gesprek’ maakte het alleen maar erger. De afstand was nodig. We moesten dit overtuigend doen. Maar het voelde alsof er een deel van mij miste, alsof mijn hart op hol sloeg bij het idee dat hij ergens in hetzelfde gebouw was en ik hem niet mocht aanraken, niet mocht troosten.

"From Another World?" klonk het plotseling achter ons. Een vrouw met een clipboard liep op ons af. Haar glimlach was beleefd, zakelijk. Ze gebaarde naar de deur aan het eind van de gang. "We zijn er klaar voor. Jullie mogen naar binnen."
Bas stond als eerste op, gevolgd door mij. Mijn knieën voelden alsof ze elk moment konden bezwijken, maar ik dwong mezelf rechtop te blijven staan. De vrouw leidde ons naar een lichte, professioneel ingerichte ruimte met camera’s en microfoons die al klaarstonden. "Zet jullie maar," zei ze vriendelijk, wijzend naar de stoelen die in een halve cirkel stonden opgesteld.
Ik plofte neer naast Bas, mijn hart bonzend in mijn borst. "Nu is het nog wachten op Tokio Hotel," voegde ze eraan toe voordat ze verdween achter een andere deur.
Bas draaide zich naar me toe. "Gaat het wel?" vroeg hij, zijn stem zacht maar doordringend. Zijn blauwe ogen stonden vol zorg. "Je ziet eruit alsof je elk moment flauw kunt vallen."
"Ik ben oké," loog ik, een zwakke glimlach op mijn gezicht plakkend. Het was een automatisme geworden, dat liegen. Maar Bas trapte er niet in. Hij kende me te goed.
Zijn blik bleef even op me rusten, alsof hij twijfelde of hij moest doorvragen. Uiteindelijk zuchtte hij en richtte zijn aandacht op zijn handen, die rusteloos in elkaar gevouwen lagen. Hij zei niets meer, maar zijn aanwezigheid was genoeg om mijn zenuwen enigszins te kalmeren.
Toch kon ik mijn gedachten niet stilzetten. Ze dwaalden af naar het moment dat we iedereen hadden verteld over onze zogenaamde break-up.

Nadat Bill en ik onze beslissing hadden genomen, was het moment aangebroken om iedereen op de hoogte te brengen.
Hans had zichtbaar opgelucht genikt naar ons toen we hem vertelde dat we zijn bevel gingen opvolgen. Hij hield afstand, sprak met ingehouden woede, maar leek tevreden met de schijnbare breuk die we hadden geënsceneerd. Hij dacht gewonnen te hebben. Zijn ogen glinsterden van zelfvoldaanheid, maar diep vanbinnen wist ik dat dit niet voorbij was. Hans was een meester in controle, en nu hij de onze leek te hebben, zou hij ons nauwlettend in de gaten blijven houden.
De rest van de crew en onze vrienden op de hoogte houden was het zwaarste. Ik had mijn keel minstens drie keer proberen schrapen voordat ik de woorden daadwerkelijk over mijn lippen kreeg. De blik in Bills ogen was leeg, alsof hij zich vanbinnen had afgesloten, wat ergens maar goed was. Als hij de emoties die ik voelde ook naar buiten had laten komen, zou ik het niet hebben gered.
Het moeilijkste was het vertellen aan Georg, Gustav, Bas en Tom. Tom, die altijd al het meest had vermoed, keek ons strak aan toen ik eindelijk zei:
“Bill en ik… we hebben besloten dat het beter is om uit elkaar te gaan.”
De stilte die volgde was oorverdovend. Georg was de eerste die zijn stem vond. “Wat? Waarom? Jullie leken juist… gelukkig?” Zijn wenkbrauwen schoten omhoog, en hij keek afwisselend tussen Bill en mij.
Ik slikte moeizaam, terwijl Bill naast me op de bank zijn handen samenvouwde en naar de grond bleef staren. “Het is gewoon… ingewikkeld,” stamelde ik. “Er is zoveel gaande. Met de bands, de tour, de media-aandacht… het werd gewoon te veel.”
“Te veel?” Tom’s stem klonk sceptisch, en zijn ogen vernauwden. “Jullie wisten toch dat het niet makkelijk zou zijn? Waarom zou je stoppen als je nog steeds om elkaar geeft?”
Het voelde alsof hij recht door me heen keek, en even was ik bang dat hij de waarheid kon zien. Dat dit allemaal een façade was. Maar Bas schoot onverwacht te hulp.
“Misschien is het juist een teken van hoe volwassen ze zijn,” zei hij, terwijl hij een hand op mijn schouder legde. Zijn blik was zacht, bijna medelijdend. “Ze weten wat er op het spel staat. Soms moet je de moeilijke keuze maken om de juiste redenen.”
Georg schudde zijn hoofd, nog steeds verbijsterd. Gustav leek vooral ongemakkelijk te zijn en mompelde iets van “Ik hoop dat jullie hier geen spijt van krijgen.” Maar Tom… Tom bleef kijken, zijn ogen boorden zich in die van zijn broer. “En jij?” vroeg hij scherp. “Ben jij het hier echt mee eens, Bill?”
Bill keek op, eindelijk, en zijn blik was ijzig, zelfverzekerd. “Ja,” zei hij kort. “Het is beter zo.”
Ik kon voelen hoe hij zich inhield. Hoe hij probeerde de pijn te verbergen achter dat korte antwoord. Tom leek het niet helemaal te geloven, maar zei uiteindelijk niets meer.

Nu, een dag later, voelde het alsof er een stalen kabel om mijn borst was gespannen. Elke ademhaling was moeilijk, elke gedachte zwaar. De deur ging open, en Tokio Hotel stapte binnen.
Mijn blik gleed onmiddellijk naar Bill, alsof mijn lichaam automatisch naar hem toegetrokken werd. Hij zag er moe uit, uitgeput, met donkere kringen onder zijn ogen en een spanning in zijn kaken die ik maar al te goed herkende. Hij keek niet naar mij. Niet één keer. Zijn ogen bleven strak op de grond gericht, en zijn houding was stijf, bijna vijandig.
Tom volgde hem, zijn blik scherp en onderzoekend. Hij nam plaats op een van de stoelen en liet zijn blik kort over de groep gaan, alsof hij de sfeer wilde inschatten. Georg en Gustav namen zwijgend plaats, hun gezichten een mengeling van ongemak en nieuwsgierigheid.
De vrouw met het clipboard verscheen opnieuw. "We beginnen over vijf minuten," zei ze opgewekt, alsof dit niet de meest beladen situatie ooit was.
Mijn ademhaling versnelde, en ik voelde Bas’ hand kort op mijn arm. "Rustig," fluisterde hij, zijn stem bijna onhoorbaar.
Ik knikte, hoewel de knoop in mijn maag alleen maar strakker werd. Dit was het. Het moment van de waarheid. Iedereen zou kijken, luisteren, oordelen. En wij moesten het perfecte plaatje ophangen, zelfs als we ondertussen van binnen kapotgingen.
Ik keek nog één keer naar Bill, maar hij gaf geen reactie. Toch wist ik dat hij het voelde, dezelfde pijn, dezelfde spanning. En ondanks de afstand tussen ons, voelde ik me dichter bij hem dan ooit.
"We redden dit," fluisterde ik bijna onhoorbaar tegen mezelf, alsof de woorden me kracht konden geven.
Bill’s blik schoot heel even mijn kant op, en in dat korte moment zag ik het. Het vertrouwen. De liefde. En de belofte dat, wat er ook gebeurde, wij hier samen doorheen zouden komen.

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen