Het was een onderwerp dat Bill en ik sinds de pitch van Strange vermeden hadden. Het nummer had zoveel voor ons betekend, zoveel energie en hoop gestoken in iets dat we samen hadden gecreëerd. We waren vastbesloten geweest om het te laten werken, onszelf te bewijzen. Op onze vrije dag hadden Tokio Hotel en ik het nummer aan onze managers laten horen. Paul was meteen enthousiast, zijn ogen glansden van opwinding toen hij naar het nummer luisterde, en hij wilde meteen verder. Maar Hans… Hans reageerde anders. Hij vond het nummer krachtig, maar hij twijfelde of ik de juiste persoon was om het in te zingen. Niet omdat ik het slecht zong, maar omdat mijn naam verbonden was aan een slechte reputatie die de afgelopen tijd alleen maar groter was geworden door de roddels en de media. Mijn relatie met Bill, de geruchten, de haat die me volgde, alles leek tegen te werken.
Sinds dat moment hadden Bill en ik er nooit meer over gesproken. Er was altijd wel iets anders, altijd wel iets te doen, maar diep van binnen wisten we allebei dat het niet meer hetzelfde was. Het gevoel dat we samen hadden gecreëerd rondom dat nummer, het idee dat Strange iets was dat we samen hadden opgebouwd, werd langzaam weggezogen, alsof het nooit meer helemaal van ons zou zijn.
En Valerie… Zij had precies door hoe gevoelig dit onderwerp was voor mij. Ze was niet dom, ze wist precies wanneer ze haar pijlen moest richten. En dat was precies waarom ik haar nog meer haatte. Ze voelde de spanning aan, en haar woorden waren vaak als een extra steek in mijn rug. Ze speelde haar spelletje van subtiele kritiek en manipuleerde alles wat ze maar kon om haar eigen positie te versterken. Ze was als een open wond die ik maar niet kon genezen, en het voelde alsof elke blik die ze mijn kant op wierp, elke opmerking die ze maakte, haar manier was om mijn kwetsbaarheid uit te buiten. En dat deed pijn. Het deed zoveel pijn.
"Ik ga iets pakken om te drinken," kuchte ik, mijn stem ietwat schor van de spanning. Ik kon haar niet langer aankijken of in mijn buurt verdragen. Zonder echt te wachten op een reactie draaide ik me om en liep snel naar de bar.

Aan de toog van het zaaltje vroeg ik vriendelijk een glas champagne. Het voelde niet echt als een manier om te ontsnappen, maar het was een tijdelijke afleiding. De barman keek op toen ik mijn glas champagne bestelde, en ik merkte hoe mijn handen licht trilden toen ik het glas aanpakte. Toen voelde ik ineens de aanwezigheid van Bill achter me. Ik herkende de druk van zijn hand op mijn rug, de warmte van zijn aanraking die alles in me deed bevriezen. Mijn hart sloeg een slag over, maar het was geen vreugde, geen opluchting. Het was de vertrouwde onzekerheid die zich opnieuw in mijn borst nestelde.
"Over Strange gesproken," begon Bill, en zijn stem was laag, alsof hij niet helemaal zeker was hoe ik zou reageren. De manier waarop hij het zei, de toon in zijn stem, vertelde me al genoeg. Dit was geen goed nieuws. Mijn adem stokte in mijn keel.
"Hans denkt er serieus over na om dit nummer op te nemen," zei Bill, zijn stem kalm, maar ik hoorde de spanning erin. Ik knikte, bang voor wat er nog ging komen. Dit was precies waar ik al die tijd voor had gevreesd: dat dit nummer niet van mij zou zijn.
Bill bleef even stil, en ik wist dat hij zich ervan bewust was hoe moeilijk dit voor mij was. "Ik blijf serieus mijn best doen, zodat jij de zangeres van dit nummer blijft," zei hij. "Maar Hans wil een paar andere stemmen proberen."
Het was alsof mijn wereld in elkaar zakte. Mijn blik viel naar de grond, en de lucht voelde dik om me heen. De ruimte begon te draaien, en ik kon niet ademen. Het was te veel, het was altijd te veel de laatste tijd. Dit nummer was mijn kans geweest, mijn mogelijkheid om mezelf te bewijzen, maar nu dreigde het uit mijn handen te glippen.
Bill voelde de verandering in mijn houding. Ik voelde zijn handen op mijn schouders, zijn grip stevig maar zacht. "Hé," zei hij met een rustige stem, "de hoop niet verliezen. Hij gaat ook wel beseffen dat jij de beste keuze bent."
Ik keek op, mijn ogen vochtig van onderdrukte frustratie en verdriet. Ik nam een kleine slok van mijn champagne, maar het smaakte nergens naar. De hele kamer leek opeens leeg, als een zwart gat dat al mijn lucht opslurpte. Ik had het gevoel dat ik het niet meer kon vasthouden, dat alles uit elkaar dreigde te vallen. Het nummer, mijn dromen, alles. Het voelde alsof we alles hadden verloren, en ik was bang dat we nooit meer de kans zouden krijgen om het goed te maken.
"Ik heb even frisse lucht nodig," hapte ik, mijn stem zwak. Ik draaide me om voor Bill iets kon zeggen, mijn lichaam op de automatische piloot. Ik voelde me verstikt in die kamer, in de aanwezigheid van al die mensen, de felle lichten, de muziek die overal om me heen galmde.
"Laat ze maar even doen," hoorde ik Tom zeggen, zijn stem was er maar kort, maar het was duidelijk dat hij mijn behoefte aan ruimte begreep. Ik hoorde hem nog net iets zeggen tegen Bill, maar mijn gedachten waren al weg, ik was al buiten.

Ik opende de deur en hapte naar frisse lucht, mijn borstkas voelde strak van alle emoties die ik had proberen te onderdrukken. De koele avondlucht had iets geruststellends, maar die geruststelling verdween onmiddellijk toen mijn blik viel op het balkon verderop. Daar zaten Valerie en Bas samen.
Ik bleef staan, alsof mijn voeten aan de grond genageld waren. Valerie lachte op een manier die ik alleen maar arrogant kon noemen, terwijl Bas net zijn sigaret aan haar doorgaf. Ik fronste. Iets voelde niet goed. Toen ik diep inademde, kwam de scherpe, herkenbare geur mijn neus binnen. Dit was geen gewone sigaret. Het was wiet.

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen