"Hoe...?" begon ze, maar haar stem stierf weg.
Ik nam een diepe ademhaling, mijn hart nog steeds bonzend. "Je hebt dit zelf aan mij geleerd, Elise. Dit is wie je bent."
We bleven elkaar aankijken, de stilte tussen ons gevuld met onuitgesproken woorden en emoties. Ik zag iets veranderen in haar ogen, een glimp van herkenning, een sprankje hoop. Ze leek een fractie van een seconde naar voren te leunen, en mijn hart sloeg op hol. Wilde ze mij nu kussen?
Mijn adem stokte en ik voelde mijn lichaam gespannen worden. Haar ogen staarden diep in de mijne, en ik zag een mengeling van verwarring en verlangen. Haar lippen openden zich een beetje, alsof ze iets wilde zeggen, maar de woorden bleven onuitgesproken.
De spanning in de lucht was bijna tastbaar. Elke vezel van mijn wezen wilde naar haar toe bewegen, haar vasthouden, haar vertellen dat alles goed zou komen. Maar ik durfde niet te bewegen, bang om de betovering te verbreken. Haar blik bleef intens op de mijne gericht, en ik voelde de elektriciteit tussen ons sterker worden.
Elise leunde nog iets verder naar voren, haar gezicht nu zo dicht bij het mijne dat ik haar adem op mijn huid kon voelen. Ik zag de twijfel in haar ogen, de strijd tussen haar gevoelens en haar geheugen. Haar hand trilde een beetje terwijl ze de gitaar vastklemde, alsof ze zich eraan vasthield voor stabiliteit.
"Elise," fluisterde ik zachtjes, mijn stem bijna breekbaar. "Het is oké. We hoeven nergens naartoe te haasten. We kunnen het rustig aan doen."
Ze knikte langzaam, haar blik nog steeds gefixeerd op de mijne. De ruimte tussen ons voelde alsof het gevuld was met duizenden onuitgesproken woorden, gevoelens en herinneringen. Ik wilde niets liever dan die afstand overbruggen, maar ik wist dat het aan haar was om de volgende stap te zetten.
Haar ogen flitsten even naar mijn lippen en weer terug naar mijn ogen. Mijn hart sloeg opnieuw een slag over. De wereld leek te verdwijnen om ons heen, en het enige wat overbleef was dit moment, deze verbinding tussen ons twee.
Langzaam, bijna onmerkbaar, kwam ze nog dichterbij. Haar gezicht was nu zo dicht bij het mijne dat ik de warmte van haar huid kon voelen. Haar ogen waren gevuld met een mengeling van angst en hoop, en ik wist dat dit een cruciaal moment was. Dit was niet alleen een mogelijke kus, dit was een brug tussen de herinneringen die verloren waren gegaan en de hoop op een toekomst samen.
Ik kon de spanning in haar lichaam voelen, de aarzeling. Mijn hand bewoog voorzichtig naar haar gezicht, mijn vingers raakten haar huid zachtjes aan. "Elise," fluisterde ik opnieuw, mijn stem doorweekt van emotie.
Ze sloot haar ogen even, haalde diep adem en opende ze weer. "Bill," zei ze zachtjes, haar stem breekbaar. "Ik weet niet wat ik moet doen."
"Je hoeft niets te doen," antwoordde ik, mijn stem zacht en geruststellend. "Volg gewoon je hart."
Voor een moment leek de tijd stil te staan. Haar gezicht was nu slechts enkele centimeters van het mijne verwijderd. Ik voelde de warmte van haar adem, zag de kwetsbaarheid in haar ogen. Het voelde alsof de wereld stopte met draaien, en het enige wat belangrijk was, was dit moment.

Op het moment dat ze de afstand wilde overbruggen en onze lippen elkaar bijna raakten, zwaaide de voordeur plotseling open. Geschrokken keken we beiden naar de deur en zagen Sophie in de deuropening staan, een fles cava in haar ene hand en haar dokterstas in de andere. "Verrassing!" riep ze met een brede glimlach, die snel verdween toen ze de situatie doorhad.
Elise nam instinctief een stap naar achteren, en Sophie’s ogen werden groot van verbazing en woede. Ze nam een verdedigende houding aan en haar glimlach verdween volledig. "Wat is hier aan de hand?" siste ze, haar blik als een mes op mij gericht.
Ik voelde de dreiging van Sophie op kilometers afstand. Instinctief nam ik een stap naar voren, zodat Elise achter mij kwam te staan, en ik voelde de drang om haar te beschermen. "Wat kom jij hier doen?" kaatste ik de bal terug terwijl ik Sophie strak bleef aankijken.
"Elise, kom hier," siste Sophie, haar stem doordrenkt van venijn.
Ik keek naar Elise en zag de strijd in haar ogen. Ze wist niet wat ze moest doen, verscheurd tussen ons twee. "Ik vraag wat je hier komt doen," herhaalde ik, mijn toon een fractie luider dan daarnet.
Sophie plaatste haar dokterstas terug op de grond zonder haar blik van mij weg te draaien. "Ik kom Elise haar medicatie toedienen, dat waren we in het ziekenhuis vergeten te doen."
"Wat voor medicatie heeft een perfect gezonde vrouw nodig?" vroeg ik achterdochtig.
Sophie’s gezicht vertrok in een grimmige uitdrukking. "Ben je nu ook al arts geworden, Kaulitz?" sneerde ze met een akelige ondertoon.
Ik gromde naar haar, de woede in mij borrelend. "Elise, kom hierheen," sprak Sophie dreigend uit. Ik draaide me om en zag de verwarring in Elise’s ogen verdwijnen, plaatsmakend voor pure angst.
Ik mocht Sophie niet laten winnen. "Je weet wat hij je allemaal heeft aangedaan, Elise," ging Sophie verder.
"Wat?" riep ik uit, mijn woede kookte over. "Wat heb je haar in godsnaam wijs gemaakt?"
Sophie was doorslecht. Het was altijd haar plan geweest om mij en Elise uit elkaar te houden. Ze had Elise waarschijnlijk allerlei leugens verteld. "Hij heeft je leven kapotgemaakt met al die drugs die hij je heeft gegeven. Elise, vergeet dat niet," ging ze verder, haar stem doordringend.
"Zij is degene die aan het liegen is!" riep ik wanhopig uit, terwijl ik mij terug naar Elise draaide. "Sophie?" vroeg Elise verward. "Maar het voelt zo..." Ze nam een pauze voordat ze verderging, "zo juist om bij hem te zijn."
Mijn hart maakte een sprongetje van hoop. Sophie’s gezicht vertrok van woede. "Luister niet naar hem, Elise," dreigde ze. "Hij maakt je leven kapot. De bloedresultaten liegen er niet om."
Ik zag hoe Elise knikte naar Sophie en een stap naar voren deed, klaar om naar Sophie te gaan. In een wanhopige impuls pakte ik haar hand vast toen ze mij passeerde. Ze voelde iets, en het was nu of nooit om ervoor te gaan. "Elise, alsjeblieft," zei ik smekend. "Je voelt het toch? Dit is echt."
Ze aarzelde, haar blik schoot heen en weer tussen mij en Sophie. Elise bleef even staan, onzeker, haar blik gericht op onze ineengestrengelde handen. "Sophie heeft me altijd geholpen," zei ze zachtjes, haar stem vol twijfel.
"En ik wil je ook helpen, Elise," antwoordde ik, mijn stem smeekend. "Laat me je helpen herinneren aan wie je echt bent."
Ze leek een moment te aarzelen. Toen draaide ze zich abrupt om naar Sophie en stapte naar haar toe. Mijn hart zonk in mijn schoenen. Dit was het einde. Maar net toen ik dacht dat alles verloren was, stopte Elise halverwege, haar blik weer naar mij gekeerd.
"Waarom zou hij weten over mijn valse herinneringen?" vroeg ze zichzelf hardop af, de verwarring duidelijk zichtbaar in haar ogen. Sophie’s gezicht verstarde.
"Elise, kom hier," herhaalde Sophie, maar haar stem miste de overtuiging van eerder.
"Nee," zei Elise plotseling, haar stem sterker dan daarvoor. Ze draaide zich weer naar mij om, haar ogen gevuld met vastberadenheid. "Nee, ik wil weten wat hij te zeggen heeft."
Ik voelde een golf van opluchting door me heen stromen. Dit was mijn kans. "Elise, laat me je helpen herinneren," zei ik, mijn stem zacht en vol hoop.
Sophie probeerde nog een laatste keer haar te overtuigen. "Elise, hij is gevaarlijk!"
Maar Elise schudde haar hoofd, haar hand nog steeds in de mijne. "Ik moet dit zelf uitzoeken, Sophie."
Elise keek me aan, haar ogen vol twijfel en verwarring, maar ook met een sprankje hoop. Ik trok haar naar mij toe en plaatste mijn lippen op die van haar, in de hoop dat de kracht van onze liefde sterk genoeg zou zijn om haar geheugen te triggeren.
De eerste aanraking van onze lippen was zacht, aarzelend, maar ik voelde een vonk die door mijn hele lichaam ging. Elise verstijfde eerst, maar toen ontspande ze langzaam in mijn armen. Ik voelde hoe ze terugkuste, en voor een moment leek alles weer goed te zijn. Onze lippen bewogen synchroon, alsof ze nooit waren gestopt met elkaar te kennen.
Sophie schreeuwde iets, maar haar woorden bereikten me niet. Alles wat ik kon voelen was Elise's warmte en haar zachte ademhaling tegen mijn huid. De tijd leek stil te staan, en in dat moment was er niets anders dan wij tweeën.

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen