3. I'm not giving up on you
De dokter staarde ons enkele momenten peinzend aan, haar blik scherp en doordringend. In de kille hal van het ziekenhuis leek de tijd even stil te staan, terwijl de ernst van de situatie langzaam tot ons doordrong.
"Het is zeker niet de bedoeling dat jullie hier blijven wachten," sprak ze, haar stem kalm maar beslist. "Het kan maanden duren voordat ik het toelaat om in haar buurt te komen."
Ik voelde mijn adem stokken in mijn keel bij haar woorden. Maanden? Het idee dat ik Elise zo lang niet zou kunnen zien, voelde als een verstikkende greep om mijn hart. Mijn handen trilden van onmacht terwijl ik mijn vuisten balde, een stille uitdrukking van de onverdraaglijke frustratie die door me heen raasde.
"Wat?!" ontsnapte er uit mijn mond, mijn stem scherp en doordrenkt van ongeloof. "Denk je nu echt dat ik thuis ga zitten wachten?"
Tom stond naast me en legde een kalmerende hand op mijn schouder, zijn blik vol begrip maar ook vol waarschuwing. "Rustig, Bill," sprak hij, zijn stem zacht maar vastberaden. "Je hoeft je frustratie niet op haar uit te werken. Mevrouw doet alleen maar haar werk."
Op dat moment richtte de dokter, die tot nu toe professioneel en onbewogen had geleken, zich tot ons met een vriendelijke glimlach. "Je mag me Sophie noemen," zei ze terwijl ze naar Tom keek met een lichte blos op haar wangen.
Ik voelde mijn spieren zich spannen, mijn handen tot vuisten ballen terwijl ik Tom bleef aankijken, mijn ogen brandend van woede en onmacht. "Stop met dat geflirt," flapte ik eruit, mijn stem scherp en zonder filter.
Tom keek me verbaasd aan, zijn ogen groot van verbazing. "Bill, misschien moeten we..." begon hij, maar ik onderbrak hem met een handgebaar.
"Nee, Tom," zei ik resoluut, mijn blik gefixeerd op de dokter die nu Sophie leek te heten. "We moeten grenzen stellen. Dit is een ziekenhuis, geen datingservice."
Sophie keek me geschrokken aan, haar blos veranderde in een blos van schaamte. "Oh, het spijt me," stamelde ze. "Dat was niet mijn bedoeling. Ik ben hier alleen om jullie te helpen."
Ik voelde een steek van schuld bij haar reactie, maar mijn frustratie won het van mijn empathie. "Het is oké," mompelde ik, mijn toon iets milder. "Maar laten we ons focussen op Elise. Dat is nu het belangrijkste."
Sophie knikte begrijpend, haar professionaliteit teruggevonden.
"Het is niet alleen een kwestie van wat jullie willen," vervolgde ze, haar stem kalm maar doordringend. "Het is ook wat het beste is voor Elise."
Ik voelde een golf van frustratie door me heen razen bij die woorden. Het beste voor Elise? Hoe kon het beste voor haar zijn om mij weg te houden, om haar af te snijden van de enige persoon die haar wereld compleet maakte? Het voelde als een klap in mijn gezicht, een bittere pil om te slikken, maar ik wist dat ik niets anders kon doen dan toegeven aan de wil van de dokter.
"Nee," zei ik ten slotte, mijn stem zachter maar niet minder vastberaden. "Ik zal niet weggaan. Ik zal hier blijven, voor haar, hoe lang het ook duurt."
Tom keek me aan, zijn blik vol zorgen maar ook vol begrip. "We moeten haar tijd geven, Bill," zei hij, zijn stem geruststellend maar ook vol overtuiging. "We kunnen haar niet dwingen om ons te herinneren. Dat moet vanzelf komen."
Ik wist dat hij gelijk had, maar het voelde als een onmogelijke opgave om geduldig af te wachten terwijl Elise worstelde met haar herinneringen. Ik wilde haar helpen, haar steunen, maar ik voelde me machteloos, verloren in een zee van onzekerheid en angst.
Dokter Muller keek ons nog een keer aan, haar blik ernstig maar ook vol mededogen. "Ik begrijp dat dit moeilijk voor jullie is," zei ze ten slotte, haar stem zachter dan voorheen. "Maar jullie moeten haar tijd geven, haar ruimte om te herstellen. En dat betekent dat jullie een stapje terug moeten doen."
Ik voelde me verscheurd door haar woorden, mijn hart verscheurd tussen de wil om bij Elise te zijn en het besef dat ik haar tijd moest geven om te genezen. Het was een innerlijke strijd die me tot in mijn kern raakte, maar ik wist dat ik geen keus had dan te gehoorzamen aan de wil van de dokter, hoe moeilijk dat ook was.
"Goed," mompelde ik ten slotte, mijn stem nauwelijks meer dan een fluistering. "We zullen doen wat u zegt." Sophie knikte instemmend, haar blik vol begrip en mededogen. "Dat is alles wat ik vraag," zei ze ten slotte, haar stem warm en geruststellend. "Jullie kunnen altijd bij mij terecht als jullie vragen hebben. En ik zal jullie op de hoogte houden van haar toestand."
"Nog één ding," zei ze, haar stem serieus maar vriendelijk. "Hebben jullie een idee wie Ariana Kluster is?"
"Haar moeder," fluisterde ik, mijn gedachten die razendsnel probeerden de puzzelstukjes samen te voegen. Elise leek nog steeds in haar eigen wereld te verkeren, haar herinneringen verstrikt in een web van verwarring.
Sophie keek me met opgetrokken wenkbrauwen aan, haar verwarring duidelijk merkbaar. "Haar moeder?" herhaalde ze, alsof ze mijn woorden moest laten bezinken. "Dat zou me verbazen," voegde ze eraan toe. "Deze vrouw heeft maanden geleden hier in de kliniek gelegen maar is enkele weken geleden overleden. En ik ben er zeker van dat ze geen kinderen had."
Tom, die naast me stond, leek de situatie te begrijpen en nam het gesprek van me over. "Elise haar ouders zijn overleden toen ze heel jong was," begon hij. "En ik denk dat Ariana één van haar pleegmoeders was."
Sophie trok haar neus op alsof ze het verhaal niet helemaal geloofde. "Vreemd," mompelde ze, haar blik op oneindig gericht terwijl ze waarschijnlijk haar gedachten op een rijtje probeerde te zetten.
Net op dat moment, temidden van de klinische gangen van het ziekenhuis, zag ik Elise in een rolstoel met een verpleegster de hoek om komen. Een golf van opluchting overspoelde me toen ik haar gezicht zag, maar diep van binnen voelde ik ook een knagende angst. Zonder na te denken, zonder me zelfs maar bewust te zijn van wat er om me heen gebeurde, haastte ik me naar haar toe. Achter mij hoorde ik vage stemmen, Sophie die mijn naam riep, Tom die iets probeerde te zeggen, maar het drong niet tot me door. Het enige wat telde was Elise. "Elise!" riep ik uit, mijn stem doordrenkt met emotie terwijl ik haar naderde, mijn hart bonzend in mijn borstkas als een drum.
De verpleegster draaide de rolstoel om, en opnieuw zag ik de angst in Elise's ogen. Mijn adem stokte in mijn keel terwijl ik naar haar staarde, hopend op een sprankje herkenning, een teken dat ze me zou zien en weten wie ik was. Maar haar blik bleef leeg, haar ogen keken langs me heen alsof ik niet meer was dan een schim uit een ver verleden. "Sorry, maar ik ken u niet," sprak ze in paniek uit, haar stem trillend van verwarring en angst.
Ik voelde een koude rilling over mijn rug lopen bij die woorden, en ik liet me op mijn knieën vallen voor haar rolstoel. Mijn hart bonkte in mijn borstkas, mijn ademhaling onregelmatig van de paniek die door me heen stroomde. "Elise, alsjeblieft, zeg me alsjeblieft niet dat je ons kwijt bent," smeekte ik, terwijl mijn ogen zich vulden met tranen die ik niet kon tegenhouden. Ik greep haar handen vast, hopend dat ze de warmte van mijn liefde zou voelen, dat het haar zou terugbrengen naar mij, naar ons.
Maar haar antwoord deed alleen maar meer pijn. "Laat me aub los," zei ze, haar stem rustig maar doordrongen van totale desoriëntatie. Het voelde alsof mijn hart uit mijn borst werd gerukt bij die woorden, alsof de grond onder mijn voeten verdween en ik in een bodemloze afgrond viel.
Op dat moment, terwijl mijn wereld instortte, hoorde ik naast me Sophie brullen: "Genoeg!" Ik voelde hoe ik ruw werd opgetild door de sterke armen van de securitymensen, terwijl ik me wild verzette, mijn handen uitstrekte naar Elise, naar de enige persoon die er toe deed op dit moment. Maar het was te laat.
Sophie kwam dreigend voor me staan, haar ogen donker van boosheid en frustratie. "Jij komt dit ziekenhuis niet meer binnen," siste ze, haar stem doordringend van autoriteit. "En het kan me niet schelen dat jij een celebrity bent."
Ik voelde een golf van wanhoop en verdriet door me heen spoelen, wetende dat ik Elise niet kon bereiken, dat ik haar niet kon helpen. Ik gaf me over aan de greep van de securitymensen, mijn kracht weggevloeid, en ik staarde machteloos toe terwijl Elise verder werd weggereden, verloren in een wereld die ze niet meer leek te herkennen. En in dat moment brak er iets in mij, een deel van mezelf dat ik niet kon herstellen.
Er zijn nog geen reacties.