81. Afrikaanse ochtendzon
Ik stond op het zand, mijn schoenen losjes in mijn linkerhand bungelend terwijl ik de korrels zand tussen mijn tenen voelde kriebelen. De zonnestralen dansten op het wateroppervlak en de zee strekte zich uit tot aan de horizon, een eindeloze uitgestrektheid van rust en sereniteit.
Na een korte wandeling langs de waterlijn liet ik me neerzakken op het zachte zand, mijn blik gericht op de deinende golven die zachtjes tegen de kust kabbelden. Een steen ving mijn aandacht en ik pakte hem op, mijn vingers voelden de ruwe textuur terwijl ik hem in mijn hand liet rollen.
Met een zucht van nostalgie herinnerde ik me de dagen van mijn kindertijd, toen mijn vader nog bij ons was en we samen op vakantie gingen. Hij had mij en Tom geleerd om stenen over het water te laten stuiteren, een eenvoudig maar betoverend spel dat ons altijd kon bezighouden.
Ik slingerde de steen met een vloeiende beweging van mijn arm en keek toe terwijl hij een paar keer over het wateroppervlak kaatste voordat hij met een plons verdween. Een glimlach speelde om mijn lippen terwijl ik me voorstelde hoe mijn vader dit gebaar zou hebben goedgekeurd.
Maar al snel verdrongen donkerdere gedachten de vreugdevolle herinneringen. Mijn vader was na de scheiding vertrokken, en sindsdien hadden we nooit meer iets van hem vernomen. Een golf van woede en teleurstelling overspoelde me bij de gedachte aan zijn laffe vertrek.
Wat voor een man liet zijn eigen kinderen in de steek? Wat voor een vader was hij geweest om ons achter te laten zonder een spoor van uitleg of verontschuldiging? Mijn vuisten balden zich automatisch terwijl ik worstelde met de pijnlijke herinneringen aan zijn verraad.
Maar te midden van mijn verontwaardiging en verdriet was er ook vastberadenheid. Ik zou nooit zo'n vader worden, nooit mijn eigen kinderen de pijn aandoen die ik zelf had doorstaan. Ik zou er altijd voor ze zijn, onvoorwaardelijk en zonder aarzeling, en ik zou nooit toestaan dat ze hetzelfde gevoel van verlatenheid zouden ervaren dat ik had gekend.
Plotseling werd mijn overpeinzing onderbroken door de verschijning van Gustav naast me. Hij liet zich naast me zakken in het zand, zijn blik op de horizon gericht, net als de mijne. "Jij bent er ook vroeg bij," mompelde ik ter begroeting.
Hij keek me zijdelings aan. "Ja," antwoordde hij zachtjes. "Ik kon niet slapen en toen zag ik jou hier zitten vanaf mijn balkon."
Ik haalde mijn schouders op, niet helemaal zeker waar dit gesprek naartoe ging. "Wil je erover praten?" vroeg Gustav plotseling, zijn ogen op mij gericht.
Ik fronste lichtjes, niet helemaal begrijpend waar hij op doelde. "Waarover?" vroeg ik, mijn stem iets harder dan bedoeld.
"Waarom je zo vroeg wakker bent en hier zit," verduidelijkte Gustav.
"Oh," zei ik, terwijl ik nog een steen oppakte en hem met een vloeiende beweging in het water gooide. "Elise heeft me wakker gebeld," vervolgde ik, alsof het een alledaagse gebeurtenis was.
"Aha," zei Gustav, alsof er een puzzelstukje op zijn plaats viel. "Ik dacht dat jullie 's ochtends gingen videobellen."
"Dat was ook de bedoeling," beaamde ik. "Maar ze is aan het uitgaan met Bas in die nieuwe discotheek. Ze klonk een beetje aangeschoten en ik denk dat ze zich niet realiseerde dat we met een groot tijdsverschil zitten."
Een kleine glimlach speelde om Gustavs lippen. "Maak je je zorgen?" vroeg hij, zijn stem vol begrip. Ik zuchtte en bracht mijn handen door mijn haar.
Ik aarzelde even. "Ja en nee," gaf ik eerlijk toe. "Ik vertrouw haar voor de volle 100%, en Bas is bij haar. Maar je weet nooit wat er kan gebeuren als je te veel drinkt, toch?"
Gustav keek me recht in de ogen, zijn blik geruststellend. "Ooh, Bill," zei hij op een kalme toon. "Je moet je echt geen zorgen maken. Elise is gek op jou."
Een warm gevoel verspreidde zich door mijn borstkas bij zijn woorden.
"En wat is jouw excuus om hier zo vroeg te zitten?" vroeg ik aan mijn vriend, terwijl ik mijn aandacht op hem richtte. Hij wendde zijn blik af en staarde weer naar de zee. "Niks," antwoordde hij kortaf.
"Kom op, Guus," drong ik aan. "Ik ken je langer dan vandaag. Er zit je iets dwars, dat zie ik zo."
Hij slaakte een diepe zucht en leek even te aarzelen voordat hij sprak. "De waarheid is dat ik het nog steeds moeilijk heb met het tijdsverschil," begon hij. "En... ik maak me zorgen over Georg."
"Georg?" herhaalde ik, alsof ik het niet goed had gehoord. "Is het je nog niet opgevallen dat hij constant met zijn telefoon bezig is? En als hij iets zegt, gaat het altijd over die Valerie," vervolgde hij, terwijl hij met zijn ogen rolde.
Ik humde bedachtzaam. Het was waar dat Georg de laatste tijd meer met zijn telefoon bezig leek te zijn, maar het was me nog niet zo sterk opgevallen als Gustav. "Hmm," mompelde ik, nadenkend over zijn woorden.
"Ik heb het gevoel dat zij gewoon geen goed meisje voor hem is," ging Gustav verder, zijn bezorgdheid duidelijk hoorbaar in zijn stem. "Ik maak me er echt zorgen over."
Ik keek hem aan, een begripvolle blik in mijn ogen. "We hebben haar nog niet eens ontmoet, Gustav," probeerde ik hem gerust te stellen. "Geef haar eerst een kans. Uiteindelijk hebben jullie Elise ook geaccepteerd, toch?"
"Elise is een heel ander verhaal," bromde Gustav terug, duidelijk niet overtuigd.
Ik zuchtte en legde mijn hand op zijn schouder. "Ik zal erop letten, Gustav," verzekerde ik hem. "Maar laten we eerst zien hoe het loopt, voordat we conclusies trekken."
Ik voelde een trilling in mijn broekzak en haalde mijn telefoon tevoorschijn. "Ik wou dat je hier was Xx," stond er geschreven, met een paar typfouten. Een glimlach krulde om mijn lippen. Zelfs al was ze dronken, dacht ze nog aan mij. Mijn hart maakte een sprongetje bij die gedachte.
Ik hoorde de maag van Gustav hoorbaar grommen, wat een glimlach op mijn gezicht toverde. "Misschien is het tijd voor een ontbijtje," probeerde ik hem op te vrolijken.
Hij keek me dankbaar aan en knikte instemmend. "Ja, goed idee," antwoordde hij. "Ik heb inderdaad wel wat honger."
Er zijn nog geen reacties.