Foto bij Op de haven

Ik legde mijn werkje neer en keek mijn vader hoopvol aan.
Deze knikte, en ik mocht gaan. Het was toch tegen de avond en er zal geen koper meer komen.
Glimlachend ging ik de bakkerij uit en liep gezellig naast Cristian.
'en nog veel verdiend vandaag?' vroeg hij
'mwa, valt wel mee. De mensen komen niet zo snel meer binnen, ze denken dat we heb brood hebben behekst ofzo'
'haha nog even en ze denken dat jij ook een heks bent!'
'ssstt, hou je kop. Straks hoord iemand het en dan eindig ik ook zo!'
'ho rustig maar, het was maar een grapje! Maar wat zullen we eens gaan doen?'
'Zullen we even op de haven kijken? daar is altijd wel wat te doen!'
'oke, als jij het zegt heksje'
'ach hou je kop!'

samen liepen we lachend naar de haven toe. Op een of andere manier had ik een band met de zee,daarom kwam ik zo graag op de haven. Er waren altijd wel mannen die rondliepen en het liefst hun sterke verhallen vertelden.
Ik wist dat ergens op die zeeen mijn echte vader moest varen (als hij nog leefd). Niet dat ik geinteresseerd in hem ben, hij heeft mijn moeder alleen achtergelaten, met een kind. Hij heeft er voor gezorgt dat mijn moeder snel moest trouwen met de eerste beste ambachtsman zodat ze niet opgepakt zou worden. Het is namelijk verboden om een kind te hebben zonder vader.

Ook nu was er op de haven nog genoeg te doen. Er wasnamelijk net een grote driemaster aangekomen. Veel vrouwen stonden aan de kant om hun man te ontvangen met drie dikke zoenen en een grote knuffel, er stonden ook een aantal vrouwen te huilen omdat hun man niet mee was terug gekomen.
Cristian wenkte mij de menigte in en hij ging het schip op.
'kom laten we vragen of we mee mogen helpen de lading in het pakhuis te dragen, misschien leverd het nog wat op!'
Ik stemde er natuurlijk in toe en samen zochten we de kapitein op.
'Ha heer en dame, wat kan ik voor u doen?'
'we zouden graag helpen met de lading uitpakken.' begon Cristian meteen
'oke dat mag best'
'wat schuift het?'
'ach dat zien we later wel, doe eerst maar het werk, dan denk ik erover na'
Samen liepen we naar het ruim en begonnen met sjouwen.
Het was gelukkig niet heel zwaar werk, het waren allemaal potjes met kruiden, peper en specerijen. samen konden we een krat per keer naar het pakhuis sleepen.
Toen het na lang sjouwen donker was waren we eindelijk klaar.
Met pijn in mijn rug liepen we naar de kapiteins hut om ons loon op te halen, maar de deur was op slot!
er hing wel een briefje aan:

ik heb nagedacht over jullie loon, en het wordt niets. groet.

Reageer (1)


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen