Hoofdstuk 1

het was donderdag 12 november ik ging naar school, maar ik had een vreemd voorgevoel. hey Ariz riep een van mijn vrienden. ik ging naar ze toe ze zijden dat er een invaller, een bekende. maar geen goeie. goedemorgen allenmaal zij de invaller en ze was inderdaad bekend. ze was vals en gemeen. we moesten rekenen toen ik klaar was mocht ik op de gang want ik was een plus leerling.
ik ging. maar toen stuiten mijn ogen op een deur. ik herinnerde dat er vroeger stoute kinderen meegenomen werden. opeens deed ik het ik ging snel naar de deur. de sleutel was er nog in. ik ging er naar binnen, ik was in shock, er lagen martel apparaten op de grond. en briefjes met namen van kinderen die hier waren gemarteld. ik was bang. ik hoorde voetstappen, ze kwamen steeds dichter bij tot dat.....

WORD VERVOLGD OP 8 DECEMBER 2021