13. Een wens in vervulling
Ik voel een lieve aanraking over mijn hoofd. Samen met een lichte kus op mijn lippen.
'Ik hou van je.' Opnieuw volgt er een kus.
Ik hou ook van jou. Zelf voelt het dan aan alsof ik lichter ben en kan ik een fel licht zien. Het licht lijkt mij ergens mee naar toe te nemen en als ik mijn omgeving weer kan zien, sta ik voor een deur. De grote dubbele deur het in het midden een oog. Het Oog van Horus. Ik herken het gelijk. 'Chione,' geef ik aan.
Waarop het gouden oog begint te gloeien en verspreid het zijn licht. Alsof het toestemming geeft, gaan beide kanten van de deur open.
Ik loop naar binnen en vervaagt het licht naar normaal zonlicht, dat naar binnen schijnt. Dan kan ik zien waar ik ben en gaan mijn lippen omhoog in een brede glimlach. Een plek die ik ken, want het komt gelijk terug.
'Hallo Chione.'
Dat is een stem die ik uit duizenden altijd zal herkennen. Mijn blik gaat gelijk naar de man toe en zie ik een lach, die zijn gezicht siert. 'Atem.' Ik spring in zijn armen, welke mij keurig opvangen.
'Ik wist dat je zou komen. De vraag is alleen wanneer,' grinnikt hij en heeft hij een arm om mijn rug liggen en de ander om mijn bovenbenen. Een lieve kus volgt.
Waar ik geen genoeg mee neem en veranderd het naar een zoen. Daarna laat ik pas los. 'Ik wist het niet zeker.'
Atem zet mij weer neer. 'Je beseft je toch wel dat we niet alleen zijn?'
Ik voel mijn wangen rood worden als ik rond kijk. Om Seto te zien, Shada, Mana, Zahra, Seth en nog wat mensen. Wel vriendelijke gezichten en niemand die er wat van zegt. Behalve dat sommige lachen.
'Negeer ze.' Mana komt op ons af. 'Zo fijn dat ik je echt kan zien en alles. Dit is veel beter dan jaren geleden.'
Ik heb dan Mana vast in een knuffel. 'Wat is er dan gebeurd...' Veel verder kom ik niet want alsof mijn geheugen geactiveerd word, komt alles in een rap tempo terug. Dat ik Mana's ziel in mijn lichaam heb door een ketting. Een nachtelijke bad met... Atem? Nee, Yugi! De paar visioenen die ik heb ervaren in het paleis. Daarna dat we in het verleden terecht zijn gekomen, hier bij Atem in het paleis. Mana die vergiftigd is. Mijn bezoek aan de locale ziekenhuis. Maristan. Atem die mijn ketting af doet en vervolgens een nacht vol passie. Mijn ontvoering en dat ik in Diaha als lokaas diende om de farao uit te lokken. Ik doe een stap achteruit en leg een hand op mijn hoofd. Hoe Atem mij gered heeft met de hulp van de anderen. De ontvoering van Seth en dat ik degene ben die hem gevonden heeft, met behulp van Isis. 'Au!' Ik val op mijn knieën. Zelfs mijn gevoelens voor Atem komen terug. Snel, heftig en zodanig dat ik het in mijn hart voel. Tegelijk voel ik de vlinders weer als ik hem aan kijk. Mijn eerste liefde! Hoe kan ik hem vergeten?
'Ze heeft gaten in haar geheugen, welke herstelt worden.' Seto heeft zijn staf op mij gericht.
Atem draait mijn hoofd. 'Chione, laat het toe. Je geheugen herstelt zich juist. Dit zijn dingen die je niet mocht weten in je eigen tijd, je zou anders niet in staat zijn om verder te gaan met je leven.'
Ik kijk hem aan en rolt er een traan omlaag.
'Het is zo over, even volhouden,' reageert Atem. 'Ik wil je eigenlijk zo aan iemand voorstellen.'
Dan is het opeens over en val ik voorover. Zonder de vloer zelfs maar te bereiken, sinds twee sterke armen mij opvangen. Waarop ik mijn hoofd op til naar Seto. 'Ik mag hopen dat jij het niet gedaan hebt. Dat jij niet mijn geheugen heb gewist.'
'Ik kan veel dingen maar dat niet,' verzekert Seto mij. 'Ik heb alleen het proces versnelt. Anders duurt het niet alleen langer maar kan het ook pijnlijk zijn. Mijn excuses.'
Ik sta op en wrijf even over mijn gezicht. 'Mijn god, dat is veel...' Ik herinner mij dan de nacht in het kamp. Mana moet mijn lichaam overgenomen hebben en naar een aparte badplaats in het paleis. Atem was er ook en toch weer niet. 'Yugi?' mompel ik.
Atem schudt zijn hoofd. 'Hij wist het. Nu niet meer, Chione, die tijdlijn bestaat niet meer.'
Gelijk til ik mijn hoofd op naar hem. 'Wat? Toch herinner ik het mij.' Mijn ogen gaan naar Mana. 'Van alles wat je gedaan hebt? De dingen die ik je inmiddels al vergeven hebt, de dingen die ik gedaan heb zodat je bij hem kon zijn,' gebaar ik naar Atem. 'Je hebt toen letterlijk en figuurlijk mijn lichaam overgenomen. Dat is niet zoals het hoort.'
Mana schrikt van de uitbarsting. 'Chione, ik...'
'Door jou heb ik iets gedaan wat ik anders niet kan en mag.' Ik doe een stap achteruit. Wel dat ik de blik zie bij Atem. Een blik die zegt dat hij niet blij is.
'Dat praten we nog wel uit.' Het is duidelijk voor Mana bedoelt. 'Chione, ik zei dat ik je nog aan iemand wil voorstellen,' probeert Atem mij af te leiden.
Waarop ik knik. 'Ik weet het, sorry. Wie dan?'
Atem draait zich om. 'Samir?'
'Ja, papa?' Een peuter van, ongeveer twee jaar, komt naar hem toe.
Al wijst Atem dan naar mij en kijkt hij naar mij. 'We moesten hem een naam geven.'
Ik kan een paar vriendelijke bruine ogen zien. Zijn haren, ergens tussen bruin en donkerbruin in. De gelijkenis met Tristan is treffend. 'Het is niet waar?' Ik ga op mijn knieën zitten voor hem met mijn armen open.
'Mama!' Samir gooit zich in mijn armen met tranen over zijn wangen. 'Mama,' snikt hij met zijn hoofdje in mijn nek.
Mijn eigen zoon. Mijn kleintje, die overleden is omdat hij te vroeg kwam. 'Mijn jongen.' Ik geef hem een kus. 'Ik heb je gemist, schat.'
'Ik jou ook, mama.' Hij drukt een kus op mijn wang. 'Ook al kon je mij niet zien, ik was er wel voor je.'
Door een hand op mijn schouder, kijk ik op. 'Ik weet niet hoe, Atem, maar dank je. Dank je wel.'
'Zelfs hier, hoort niemand van zijn familie gescheiden te zijn,' glimlacht hij.
Samir draait zijn hoofd. 'Ik mag hem papa noemen, ook al vertelt hij dingen over mijn echte papa.'
Echt, dat hij dit gedaan heeft voor mij. Ik knuffel met Samir.
'Mama?'
'Ja, schat.' Ik ga met hem naar de tuin. Waar ik Seth en Zahra herken, al zijn ze wel wat ouder. Op een bank ga ik zitten met Samir op schoot.
De kleine speelt met de ketting om mijn nek, waar mijn naam op staat in hiëroglyfen. 'Seth zegt dat ik hier nog een broertje of zusje kan krijgen.'
Gelijk kijk ik naar de jongen. 'Seth?'
'Sorry,' grijnst hij juist en komt hij erbij zitten. 'Maar het is niet gelogen. Ergens denk ik ook dat het niet lang duurt. Ik hoop alleen dat ik er wat gezelschap bij krijg, te veel meiden, als je het mij vraagt.' Hij kriebelt bij Samir op zijn neus.
Samir lacht vrolijk. 'Dat kriebelt.' Om zich dan omlaag te laten vallen met zijn gezicht tegen mijn buik.
Dat is iets wat ik doe. Niet afpakken. 'Je bent flink gegroeid. Je probeert nu toch geen vlinders meer te vangen of wel?'
'Nee, ze komen vanzelf nu. Ik lees het liefst hier buiten tussen de vlinders.' Seth kijkt om zich heen. 'Meestal als ik ga lezen, laten de meiden mij met rust,' vertrouwd hij mij toe. 'Jou zie ik straks wel.' Om nog bij Samir in zijn nek te kriebelen.
Een vrolijke lach klinkt. Samen met een beweging dat Samir zijn nek probeert te beschermen van hem.
'Ik zie je wel aan tafel. Goed om je te zien, Chione.' Seth knipoogt nog en verdwijnt dan.
Dan komt Atem er bij zitten. Vast dat we daarom alleen gelaten worden. 'Ik zal zo je kamer laten zien. Het is naast Samirs kamer.'
'Dat is fijn,' zucht ik tevreden met een blik op Samir. 'Het is gewoon een grote familie.'
Hij knikt. 'Dat wist je al. Je hebt het wel aardig voor elkaar. Nummer drie van de top duellisten in de wereld,' lacht hij. 'Waar je Joey van zijn plek hebt gestoten. Je hebt zeker de halve wereld gezien én je hebt je eigen familie met Tristan. Zelfs een eigen bedrijf.'
'Een webwinkel,' weet ik. Dat is een groot succes geworden. Glimlachend gaat mijn blik van Samir naar hem. 'Drie zonen. Kenshin en Takeshi. Hij zit er tussen,' geef ik aan met mijn ogen op Samir. 'Op de een of andere manier dacht ik dat ik alleen dochters zou krijgen maar niks is minder waar.'
Atem legt zijn hand in mijn nek en trekt mij dichterbij. 'Vanavond is voor jou en mij. Na het eten, uiteraard, en als hij op bed ligt.' Een kus volgt, wat juist een heerlijke zoen wordt.
Ik merk dat zelfs Samir er niet eens op tegen is. Of dat hij geluiden maakt. Als ik Atem los laat, kijk ik naar mijn zoon. Welke prins heerlijk op zijn buik ligt met zijn ogen dicht en dicht tegen mijn buik aan, met zijn hoofdje tegen mijn borst.
Mijn kamer heb ik eerder gezien toen ik Samir naar bed bracht. Zachte, dikke kleden op het bed met doorzichtige gordijnen, met een motief, aan het hemelbedframe bevestigd. Zachte vloerkleden rondom het bed. Toortsen in de hoeken, een paar tafels met kaarsen. Samen met een paar kasten en een stoel. Ik blijk zelfs een balkon te hebben met een uitzicht over de stad en kan ik zelfs de Nijl zien. Beter dan vanuit Atems kamer.
'Chione, moment.' Atem houdt me tegen. 'Ik eerst.'
Ik frons mijn wenkbrauwen maar laat hem dan naar binnen. Ergens ben ik wel moe. Samen met Samir gespeeld, het diner met iedereen. Waarbij ik kennis heb gemaakt met nog zes van zijn dochters. Iets wat ik nog voorzichtig aan Mana apart gevraagd heb want de andere vrouwen zijn er duidelijk niet. Het blijkt dat de moeders ergens anders wonen en niet in het paleis.
'Kom maar.' Atem doet de deur open.
Ik kan mijn kamer in en valt het op dat de kaarsen aan zijn. De toortsen juist niet. Het creëert zeker een romantische sfeer. 'Atem, ik...'
Slechts hoofdschuddend, legt hij mij het zwijgen op en trekt hij mij naar het balkon.
Op het balkon zie ik dat er nog meer kaarsen aan zijn. Doordat er nauwelijks wind is, is de warmte te voelen. 'Atem,' fluister ik nu. Dit is duidelijk zijn romantische kant.
'Chione, sinds ik je heb leren kennen via Mana, ben je familie geworden. En niet zomaar een familielid. De nacht die ik echt met jou had, zal ik nooit vergeten.' Hij slikt even.
Om dan te zien dat hij mijn hand vast pakt en op een knie gaat zitten. Het is niet waar?
'Chione, wil je mijn vrouw worden?' Hij heeft een gouden ring in tussen zijn vinger en duim.
Alsof mijn hart overspoelt wordt door de emoties, kan ik alleen knikken. Vervolgens krijg ik de ring om mijn vinger.
'Dat is echt een gok geweest.' Hij komt overeind. 'Mana weet er van en dat is niet alles. Jij blijft hier bij ons wonen met Samir. Samen met de kinderen, die jij me wilt schenken.'
Ik geef hem een kus. 'Dat is zeker een luxe hier. Ik zou anders apart wonen...'
'Ik wil je hier hebben. Bij ons,' antwoordt hij en drukt hij zijn lippen op de mijne. Sterke handen tillen mij op en brengt hij ons naar binnen naar het bed. 'Weet een ding,' fluistert hij met een wat hese stem. 'Een bruiloft is een groot feest voor heel de stad. De voorbereidingen duren zeker wel zes manen. Als het niet langer is.'
'Dus ik sta dan in het middelpunt van belangstelling? Als dat betekend dat ik met je mag trouwen, zal ik het accepteren,' geef ik aan. 'Normaal hou ik daar totaal niet van.'
'Dat zal ik onthouden.' De glimlach die hij heeft. De schittering in zijn ogen. 'Ik hoop dat je niet zwanger bent als we gaan trouwen, maar ik sluit niks uit.'
Ik zeg echter niks en druk mijn lippen op de zijne. Daarop voel ik zijn handen, die mijn rok omhoog schuiven.
Reageer (1)
Mooi, lief einde. Ik ken er echter te weinig van om de duels te begrijpen maar het was een leuk verhaal! Xx
4 jaar geleden