~ Chione

Eenmaal uit de tent, rits ik deze weer dicht en kijk ik omhoog. Een volle maan. Mijn blik wordt vanzelf naar het paleis getrokken. Om met een glimlach het paleis in te gaan. Waar ik vanzelf mijn weg vind naar boven. Op het balkon van de slaapkamer, kijk ik omhoog. Ik mis je.
'Chione?'
Ik kijk waar de stem vandaan komt. Niet dat ik de naam herken. Chione? Wie is dat? Ik ken deze man ergens van, dat we even oogcontact hebben. Ik ga terug naar binnen en naar beneden.
'Chione?' De man met magenta en blond haar volgt.
Zelf weiger ik te luisteren en ga ik door. Verder omlaag naar een level net onder de grond. Ik ga de hoek om en nog een trap omlaag.
'Waar ga je heen?'
Dat hij mij nog volgt. Kort glimlach ik en ga ik de ruimte in, welke ik zo vaak gezien heb dat ik hier heen kan met mijn ogen dicht. Wetend waar ik ben, kijk ik omhoog en geniet ik van het maanlicht. Dat nu de ruime binnenplaats verlicht en het bad. Om dan de paar treden omlaag te gaan en in het bad. Zelfs nu nog dat het water heerlijk en aangenaam is.
'Nee, wacht.' De man is bezorgd. Daar lijkt het op ten minste. 'Dat is vast koud.'
Ik draai mij om naar hem. Bezorgd, beschermend. Ik weet dat ik je kan vertrouwen. Glimlachend steek ik mijn hand uit naar hem.
Voorzichtig komt hij dichterbij. 'Je wilt toch niet ziek worden... Het is warm,' voelt hij dan met een hand in het water. 'Hoe kan dat? Het is zelfs schoon water.'
Ergens weet ik gewoon dat deze man mij nooit pijn wil doen. Toch merk ik dat hij nog aarzelt. Niet nodig. Het water is heerlijk. Opnieuw kijk ik naar de man en laat ik mijn arm even zakken.
Dan lijkt het alsof er iets veranderd aan hem. Vooral omdat zijn gezicht iets anders is. Bij zijn ogen helemaal. Vervolgens pakt hij mijn hand vast en komt bij mij in het bad. 'Je kan hier alleen van weten, als je de weg hier kent.' Hij trekt mij dichter naar zich toe. Zelfs zijn stem is wat anders maar past absoluut bij hem.
'Ik ken het hier ook,' geef ik aan. 'Ik weet waar mijn slaapkamer is, waar Zahra slaapt en Seth.'
Hij kijkt wat omlaag naar mijn hals en met zijn vingers tilt hij de ketting op. Wat verbaasd, kijken twee grote ogen naar mij. 'Ik heb je deze ketting gegeven, Mana.'
Hij weet het nog. Breed grijnzend, sla ik mijn armen om zijn nek. 'Atem,' fluister ik bij de herkenning.
Even blij om mij te zien, trekt hij mij dichter tegen hem aan. 'Ik heb je gemist.' Na de woorden, kust hij mij. De zoen duurt echter niet lang. 'Al wil ik het wel, is dat niet verstandig. Yugi is eerder mijn gastheer geweest maar daar wil ik geen misbruik van maken. Ik respecteer hem daar te veel voor dat ik het niet kan. Geloof me dat ik je toch wil.'
'Maar ik spreek jou nu, niet Yugi.' Nu ben ik degene die hem kust en glijden mijn handen naar zijn heupen. 'Dat we beide toch een lichaam hebben, maakt het wel mogelijk.' Weer een kus, wat een zoen wordt en wrijf ik mijn lichaam over hem.
Bij gebrek aan zuurstof, laat hij los. 'Mana... Ja, dat klopt.'
Ik kijk hem aan alsof hij gek is geworden. Tegen wie praat hij? Alleen wij tweeën zijn hier.
Atem schudt zijn hoofd. 'Yugi, mijn gastheer, kan tegen mij praten.' Hij valt stil.
'Dus je kan met je eigen gastheer praten?' Het ziet er gek uit.
Deze keer knikt hij. 'Als jij het toestaat van je gastvrouw, kun je haar beter leren kennen én uitzoeken waarom je ziel naar haar is gegaan. Ik wil je terug bij mij maar niet op deze manier.' Wederom dat hij stil is. 'Nee, dat kun je niet menen.' Hij laat mij helemaal los.
'Wat is er?' wil ik weten.
'Yugi, nee, dat kan ik...' Hij is weer stil. 'Het voelt aan als een millennium geleden.'
Wat zou er in zijn hoofd omgaan? Waarom is hij opeens zo stil? Ik ga naar hem toe maar hij stopt mij. Waardoor er een kleine afstand is tussen ons. 'Atem?' Ik snap het niet. Ik weet dat ik hem wil, wilt hij mij niet? Met mijn hoofd wat schuin, kijk ik afwachtend naar hem. Wat is er aan de hand? 'Schat, wat is er?'
In een stap staat hij dicht bij en kust hij mij. 'Weet jij zeker dat het goed zit, Mana?'
'Waarom zou het niet goed zijn? Ik weet dat jij het bent.' Ik voel zijn lippen in mijn nek. Tegelijk zoek ik houvast aan hem. 'Je moet eens weten hoe lang ik je mis.'
'Net zolang als dat ik jou mis,' mompelt hij en met zijn handen op mijn heup, langzaam mijn shirt omhoog trekkend.

Alleen mijn haar is nog wat vochtig maar dat is ook het enige dat verraad dat ik een bad heb genomen. Met mijn man nog wel.
'Ga naar bed, Mana. Je gastvrouw heeft toch haar nachtrust nodig,' fluistert hij. 'Ik ga zo terug als ik weet dat Yugi veilig in bed ligt.' Hij geeft me nog een kus. Het veranderd naar een heerlijke zoen.
Ik knik. 'Ik vind mijn weg wel terug,' beloof ik hem.
'Daar heb ik alle vertrouwen in. We vinden elkaar altijd weer terug.' Atem glimlacht en zoent mij weer. 'Tot die tijd moet ik het hier mee doen. Schiet op, lief, Zahra en Seth missen je ook.'
'Ik doe mijn best, maar makkelijk is het niet.' Ik bijt op mijn lip. Bij Ra, wat wil ik graag met hem mee. 'Moet het echt op mijn manier? Kan ik niet met jou mee?'
Hij schudt nu zijn hoofd. 'Zo werkt het niet. Vind je eigen weg, Mana, ik weet dat je het kan. We wachten op je.'
'Maar?' protesteer ik zacht.
'Nee, ik ging via de deur met het Oog van Wadjet. Die toegang is nu voorgoed dicht,' zucht hij. 'Als ik het zo kon doen, zou ik je meenemen.'
Dus ik moet het weer even zonder hem doen. 'Ik zal je missen.' Nog een keer dat ik hem kus en sla ik mijn armen om hem heen.
Wat hij toestaat en heeft hij een arm om mijn middel, de ander om mijn rug met zijn hand in mijn haren. Langzaam laat hij los. 'Weltrusten en tot snel.'
'Tot snel.' Ik ga mijn tent in en kruip tevreden in de slaapzak. 'Ik hou van je.'
Gegrinnik is te horen. 'Ik hou ook van jou.' Zachte voetstappen verraden dat hij naar zijn tent gaat.

~*~*~

Misschien wat vreemd maar Yugi heeft al een relatie met Téa en weet dat Atem zijn vrouw mist. Vandaar dat hij niet moeilijk doet.

Reageer (1)

  • Malikx

    oohh mooi, ik zit altijd zo in je verhalen. hup hup.

    4 jaar geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen