.9. Embry, Jacob and Jared..

Als ik bij hem sta tik ik op zijn schouder. Paul kijkt op. 'Kom je?' Vraag ik. Terwijl hij afscheid neemt, bekijk ik zijn vrienden. Allemaal mooie jongens. Zuiderse typjes precies. Onderweg naar de auto ben ik hem aan het uit horen over zijnd dag. 'Wie zijn die jongens?' Vraag ik nieuwschierig. 'Embry, Jacob en Jared.' Antwoord hij vaag. Als we op de oprit staan stappen we uit. Pap doet de voordeur open. We zien vijf koffer staan. We lopen verder naar binnen. 'Mam?' Roep ik. Mam komt de trap af en vraagt ons om in de zetel te gaan zitten. 'Jullie hebben de koffers zien staan. Ik heb al een tijdje een probleem met onze relatie. Ik dacht dat ik er hier aan kon werken, maar het lukte niet, daarom heb ik besloten weg te gaan.' Ik kijk haar vol ongeloof aan. 'Wat?' Mompel ik. Ik sta recht om richting mijn kamer te lopen. 'Jij vuile trut! Hoer! Jij wilde ons hiet gewoon achter laten. Gil ik boos. Ik wil haar slagen maar Paul houdt me tegen. 'Violet, ik denk dat je beter kan gaan..' Zegt Pap.