Foto bij Blind 19

Stan en ik rijden door de straten van LA. We rijden langs verschillende grote appartementen en natuurgebieden. Vanaf grote hoogte is het uitzicht schitterend. Het is een kwartier rijden naar Noah. Dat valt mee, zou je denken. Totdat Stan de verkeerde afslag nam. De straten van LA zijn niet breed genoeg om de auto te keren. De afgrond is snel bereikt als je de gok waagt om het toch te proberen. Daarom zit er niets anders op dan omrijden. Helaas duurt dat een kwartier langer en kom ik nu zeker te laat.
‘Sorry,’ zegt Stan als hij mijn geïrriteerde blik ziet. Ik haat te laat komen. Al ben ik er een ster in. Te laat komen is eigenlijk mijn vak. Heel tegenstrijdig.
‘Het geeft niks,’ antwoord ik. ‘Nu zien we weer iets nieuws van LA.’ Stan knikt instemmend.
‘Deze stad is echt veel te groot,’ zegt hij. Daarna is het stil in de auto. De radio staat uit en Stan zegt weinig. Hij ziet er moe uit. Somber eigenlijk. Ik heb hem niet veel gesproken sinds we hier wonen. Ik ben weinig thuis en voornamelijk op pad met Noah. Af en aan heb ik afspraken met Marvel en als er wat vrije tijd over is, wil hij actie zien. Dan maken Noah en ik weer een ommetje of dineren we in een druk bezocht restaurant. Van bijpraten met mijn vrienden komt het dus niet. Ik moet ook bekennen dat ik niet precies weet waar iedereen zich mee bezighoudt. Iedereen had zo zijn plannen toen we hier kwamen, maar ik zie weinig voorbijkomen. Ik vergeet zo nu en dan ook mijn interesse te tonen. Ik ben mij ervan bewust, maar kan er op dit moment weinig aan veranderen.
‘Hoe staat het leven er eigenlijk voor?’ vraag ik. Ik kijk naar Stan. Hij is gefocust op de weg en haalt nonchalant zijn schouders op.
‘Het gaat zijn gangetje.’
‘Heb je al iets van werk kunnen vinden?’
‘Mwah.’ Stan mindert gas om de weg goed te bestuderen. Hij doet er alles aan om niet nog een afslag te missen. ‘Cabaret ligt hier niet echt open op de markt.’ Dat kon ik hem aan het begin ook wel vertellen. Als je op dat gebied wil doorbreken, moet je van goede huizen komen. Je moet uitblinken. Dat moet ook bij zingen of acteren, maar cabaret ligt wat gevoeliger. Volle zalen moeten om je kunnen lachen en dat lukt niet iedereen. Je moet een soort gave bezitten om iedereen een glimlach op het gezicht te bezorgen.
‘En nu?’ vraag ik. Stan zucht.
‘Ik weet het niet. Regisseren heeft ook wel wat.’ Stan kijkt mij aan en glimlacht. Alsof hij weet waar ik over wil beginnen. Ik zie Stan voor me als een regisseur. Hij heeft de basis in zich zitten. Het enige wat hij moet doen, is zich verder ontwikkelen en opvallen. Dan heeft hij zo een project als regisseur in handen.
‘Probeer het,’ zeg ik. ‘Als je dat doet, weet ik zeker dat je succes gaat hebben.’ Stan is even stil en begint dan te lachen.
‘Stan de regisseur,’ zegt hij.
‘Stan de regieman.’ Stan kijkt mij aan en begint te lachen.
‘Ga jij dan in mijn eerste geregisseerde film spelen?’
‘Oh, absoluut. Dat moet je zelfs regelen,’ zeg ik.
‘Komt voor elkaar.’ We kijken elkaar aan. Ondanks zijn korte lach, blijft Stan er somber uitzien. Er lijkt hem iets dwars te zitten en ik wil graag weten wat.
‘En hoe gaat het met jou?’
‘Goed.’
‘Stan, niet liegen.’
‘Ik lieg niet.’ Stan schiet in de verdediging. Hij verheft zijn stem en kijkt nors voor zich uit. Ik trek mijn wenkbrauwen op en hij kijkt mij kort aan.
‘Pinky Promise,’ zeg ik. Ik steek mijn vinger in de lucht. Nooit liegen is onze pinky promise. We zijn verplicht elkaar altijd de waarheid te vertellen. Het is een soort onofficiële huwelijksvoorwaarde, opgesteld door tweede vrienden die het beste voor elkaar willen.
Stan zucht en mindert weer vaart. Hij zet de auto aan de kant van de weg. Ik kijk hem vragend aan. Hij staart voor zich uit. Zijn vingers glijden over het stuur. Hij heeft bijzonder veel interesse voor de binnenkant van de auto.
‘Het is Nikki,’ zegt hij uiteindelijk. ‘Ze heeft er van de week een punt achter gezet.’
‘Wat is er gebeurd?’
‘Eigenlijk niks. Ze kan het gewoon niet aan.’
‘Wat niet?’ vraag ik. Stan is heel onduidelijk.
‘De afstand. Zij zit in Nederland, ik zit hier. Als het hier dag is, is het daar nacht. Ik spreek haar soms dagen niet en dat vindt ze vervelend.’
‘Ergens begrijp ik haar wel.’ Ik zeg het voorzichtig. Ik wil Stan niet tegen het zere been aanlopen. Hij zit er duidelijk mee. ‘Maar toch... Jullie waren een soort droomkoppel.’
‘Ik weet het,’ zucht Stan.
‘Maar waarom zo snel? We zijn hier pas twee weken.’ Weer haalt Stan zijn schouders op.
‘Al sla je me dood. Ik weet alleen dat ze niet verder wil en heb haar sindsdien ook niet meer gesproken.’
‘Balen...’ Ik kijk naar Stan. Zijn blik is oneindig. Hij bijt op zijn lip en ik voel mijn medelijden voor hem omhoog komen. Hij en Nikki waren al zo’n tijd samen. Ze waren bijna één persoon. Ze vulden elkaar aan en zagen er altijd gelukkig uit. Weinig onenigheden en veel romantiek. Stan heeft altijd alles voor haar over gehad. Hij deed alles om het haar naar de zin te maken. En zij ook voor hem. Er ging geen dag voorbij zonder dat we allemaal meekregen dat ze nog altijd heel verliefd waren.
‘Gelukkig heeft niet iedereen zoveel pech in de liefde,’ zegt Stan. Hij kijkt me aan en ik kijk snel weg. Hij doelt op Noah en mij. Als er iemand is waarmee ik dit gesprek niet wil voeren, dan is het Stan wel. Het betekent veel voor me dat we elkaar altijd de waarheid vertellen, maar nu mag dat niet. Ik moet me inhouden en het toneelspel ook volhouden bij Stan. Noah en ik mogen dan wel officieel zijn, toch is het een groot leugen. We houden niet van elkaar en zijn niet eens verliefd. Daarom kan ik Stan moeilijk vertellen wat ik zo geweldig vind aan Noah. Dan vertel ik de ene na de andere leugen.
‘Je hebt het gezien?’ vraag ik en Stan knikt.
‘Overal komt het voorbij. Internet, televisie..., je stond zelfs op de voorpagina van een blad in de supermarkt.’
‘Fijn,’ zeg ik sarcastisch. ‘Iedereen kan zijn of haar mening weer gaan uiten.’
‘Ah joh. Geniet ervan. Je hoeft je niet te verantwoorden voor wat je doet.’ Ik kijk Stan aan. Zijn sombere blik heeft plaatsgemaakt voor een open houding. ‘Bekijk het positief. Je bent jong en mag net als ieder andere tweeëntwintig jarige genieten van de liefde en de lust. Alleen omdat je bekend bent, heeft iedereen een mening over je.’
‘Maar heb je de reacties gezien?’ vraag ik. ‘Mensen zijn duivels.’
‘Ik zag het. Ze doen het alleen, omdat men weet dat je onzeker bent over je uiterlijk. Daar moet jij je niks van aantrekken.’
‘Dat is makkelijker gezegd dan gedaan. Juist omdat ik me er wel iets van aantrek.’
‘Mag ik je één ding zeggen? Open en eerlijk?’ vraagt Stan.
‘We zouden elkaar altijd de waarheid vertellen, dus kom maar op.’
‘Je bent prachtig, Rowan. Dat was je ook al voordat je begon met afvallen.’ Ik blijf stil en pers mijn lippen op elkaar. Het komt niet vaak voor dat Stan een complimentje uitdeelt. Hij is altijd eerlijk, maar positieve eerlijkheid is een bijzonder fenomeen in onze communicatie.
‘Dank je,’ zeg ik twijfelend. Ik kijk Stan aan en hij glimlacht.
‘Dat vond Noah vast ook toen hij verliefd op je werd,’ zegt hij. Ik haal mijn schouders op.
‘Vast niet.’ Ik heb het met Noah nog niet over vroeger gehad. Over de tijd waarin we beiden nog onbekend waren en een zorgeloos leven lijden zonder de roem. We praten vooral over het nu en de toekomst. Voorgaande problemen uit het verleden blijven onbesproken. Misschien dat het uiten van onze onzekerheden ons goed zou doen. Dat kan de band alleen maar versterken. Toch zie ik mezelf niet snel mijn diepste geheimen en onzekerheden aan Noah vertellen. Daarvoor ken ik hem niet goed genoeg.
‘Tuurlijk wel,’ zegt Stan vastberaden. ‘En anders heeft hij een probleem met mij. En met Rutger. En Bob. Met Tom en Maurice net zo.’ Ik begin hard te lachen. Al jaren beschermen de jongens mij tegen verkeerde mannen. Na mijn eerste relatie, ben ik zodanig beschadigd geweest dat ik geen enkele jongen meer vertrouwde. De jongens stelden zich op als een groep grote broers. Bodyguards zijn er niks bij. Als ik last had van een ongewenste jongen, stonden zij klaar om hem weg te jagen. En als ik iemand wel leuk vond, zoals Jelle, dan moest hij goedgekeurd worden. Ze wilden alles weten. Ze dachten Jelle goed te kennen, maar dat bleek achteraf niet helemaal waar. Eigenlijk willen ze Noah ook ondervragen, maar daar krijgen ze dit keer niet de kans voor. We zijn daar te druk voor. Ik heb er dan ook op gehamerd om het deze keer over te slaan. De vorige keer hielp het ook niet.
‘Dat is niet nodig. Noah en ik... we zijn oké.’
‘Zeker weten?’
‘Ja. Het is snel gegaan, maar...’ Ik stop even met praten. Ik mag niet liegen tegen Stan. Het mag gewoon... ‘We zijn echt verliefd.’ Niet. Het mag niet, maar ik heb het toch gedaan. Gelogen tegen Stan en het voelt als verraad.
‘Mooi toch.’ Stan start de auto weer. Hij rijdt langzaam verder. Het is al bijna zeven uur. Ik pak mijn mobiel uit mijn kontzak en zie dat ik vijf gemiste oproepen van Noah heb. Voor even was ik vergeten waarom Stan en ik in de auto zaten. Het voelt vertrouwd om alleen met hem te zijn. Dat doen we veel te weinig. ‘En zo lang jij erachter staat, moet je er gewoon voor gaan.’
‘Vind je?’ vraag ik. De vraag voelt onnozel aan. Natuurlijk sta ik achter de relatie. Al is het een vreemde situatie. Het is iets wat ik wil. Denk ik.
‘Natuurlijk. Het is jouw leven,’ zegt Stan. ‘Niemand heeft het recht je te vertellen of je wel of geen relatie moet aangaan met wie dan ook. Het gaat om wat jij wil.’ De woorden van Stan zetten mij aan het denken. Niemand mag mij vertellen wat ik moet doen. Marvel ook niet. En toch ga ik mee in het spel. Een nep relatie die we echt gemaakt hebben.
De rest van de rit is het stil. De woorden van Stan blijven door mijn hoofd spoken en ik weet niet goed wat ik ermee moet. Als we voor Noah zijn appartement staan, gaat de voordeur meteen open. Ik neem afscheid van Stan en geef hem een knuffel.
‘Dank je wel voor het brengen,’ zeg ik. Ik stap de auto uit en sluit de deur. Het raam staat open, waardoor ik Stan nog kan spreken.
‘Geen probleem. En sorry voor het verkeerd rijden. Ik hoop niet dat hij boos is.’ Stan wijst naar Noah. Hij staat met zijn armen over elkaar tegen de deurpost te leunen.
‘Tuurlijk niet. Ik leg het hem wel uit.’ Stan knikt en rijdt vervolgens weg. Ik draai me om naar Noah. Hij ziet er niet heel vrolijk uit. Ik ben veel te laat. Toch loop ik glimlachend naar hem toe. Zijn serieuze blik bevalt me. Eigenlijk lacht hij altijd.
Hoe dichter ik bij hem in de buurt kom, hoe meer ik twijfel over de begroeting die moet volgen. Zeg ik hem alleen gedag of moet ik meer doen? Moet ik hem een kus geven? En moet die dan op zijn wang of op de mond? Zoveel vragen in zo weinig tijd. Dit blijft lastig.
Als we tegenover elkaar staan, zegt Noah niks. Hij bekijkt me van top tot teen. Voor mij een teken om de situatie een andere wending te geven. Ik buig mezelf naar hem toe en ga op mijn tenen staan. Ik druk mijn lippen zacht op de zijne en kus hem teder. Noah zoent me terug. Zijn stijve houding is verdwenen en hij slaat zijn armen om mijn middel. Ik open mijn mond en onze tedere zoen verandert in een hevige tongzoen.
Zoenend lopen we naar binnen. Noah slaat de voordeur dicht en duwt me tegen de muur op. We hebben nog geen woord met elkaar gewisseld. Niet eens een hallo. Er wordt alleen maar gezoend. En dat is ook de enige behoefte die ik heb.
Ik weet niet wat me bezielt. Het zijn de woorden van Stan die mij over de streep laten gaan. Het gaat om wat ik wil. En ik wil genieten. Mezelf laten gaan en een keer niet de braverik zijn. En daar kan ik Noah zijn gezelschap goed bij gebruiken. Hij is leuk, knap en absoluut mijn type. Ik wil hem. Ik heb hem.
Noah drukt zich tegen me aan. Zijn ademhaling is diep en ik voel zijn hart kloppen tegen mijn borst. Ik ga met mijn handen door zijn haar en laat ze naar beneden glijden. Met mijn rechterhand streel ik zijn borst en mijn linkerhand verplaats ik naar beneden. Mijn vingertoppen glijden langs de rand van zijn broek wat hem lichtelijk laat kreunen. Ik lach en Noah tilt me op. Ik sla mijn benen om zijn middel en hij loopt de gang door. Al zoenend legt hij me op de bank. Hij is naar de woonkamer gelopen. Ik pak de rand van zijn shirt vast en trek deze over zijn hoofd. Onze zoen wordt kort onderbroken en we kijken elkaar aan. Noah zijn blik is hongerig. Hij ademt zwaar en bekijkt me aandachtig. Hij legt zijn hand op mijn buik en gaat voorzichtig met zijn vingertoppen onder mijn shirt. Hij streelt me zachtjes. Ik zoen hem opnieuw en leg mijn handen op zijn rug. Ik duw hem tegen me aan. De opwinding giert door mijn lijf. Een kreun verlaat mijn mond als Noah zijn vingers over mijn buik laat glijden. Ze voelen warm aan en ik voel mijn ademhaling sterker worden. Noah wrijft met zijn heupen tegen de mijne en ik voel dat hij ook zin heeft. De sfeer is spannend en heet. Er gaat een gevoel door mij heen die niet te beschrijven valt. Ik voel me sexy. Super opgewonden. Heel plat gezegd; bloedgeil. Ik wil Noah op iedere manier die maar te beleven valt.
Noah zijn vingertoppen bereiken de rand van mijn bh. Hij streelt over de stof kort. Hij plaagt me door het gevoeligste deel net niet aan te raken. Ik bijt op zijn lip en merk dat hij glimlacht.
Dan trekt Noah mijn bh omlaag en raakt hij met zijn handen mijn borsten aan.

Een beetje 16+. Als jullie willen dat ik dat aangeef, laat het dan even weten in de reacties! Dan kan ik daar rekening mee houden.

Reageer (3)

  • 123NoahCentineo

    Halleluja! Ze doen het!

    5 jaar geleden
  • Rowbowie

    Ik voel me vereerd dat de hoofdpersoon dezelfde naam heeft als ik 😇 Dat leest een 16+ stukje extra fijn ghehe. Rowan & Noah, go for it!

    5 jaar geleden
    • RoNoBC

      hahahaha, dat kan ik begrijpen! Niet te ver gaan met Noah he :P

      5 jaar geleden
  • 1DbabeGirl

    Noah en Rowan are having babies!!!! (H)(H)
    Dat zou de wending wel totaal veranderen hahah, maar wow, Rowan gaat ervoor! Zou ik ook doen als ik een relatie met Noah had. Touch the boy!

    5 jaar geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen