Die dag had ik er geen naam aan kunnen geven. Dat holle gevoel in mijn buik, dat het deed lijken alsof mijn ingewanden er via mijn mond uit waren getrokken, de vlammende brandende deken die over mijn ogen leek te liggen, ik had het niet kunnen benoemen. Er was niemand die me de woorden ervoor kon herinneren, omdat ik er over gezwegen had.
Het was een warme avond geweest, die volgende op die ochtend en toen ik uit de douche stapte voelde ik de druppels die uit mijn haren over mijn nek gleden halverwege drogen. Iedereen zat binnen. Maaike wiens gezicht bleek was, al waren de wallen onder haar ogen weer weggetrokken, nadat ze na de lunch in slaap was gevallen. Mirjam naast Anja, die was teruggekomen, wetend hoezeer ze nu nodig was en Patrick die zijn bekende vrolijk gekleurde pet had afgezet alsof hij vond dat het geen goed moment was voor feestelijke kleuren. Ik ging zitten naast Daniël, die kort even naar me lachtte, een zachte lach, die de blik die ik vanochtend in zijn ogen had gezien onwerkelijk deed lijken.
'Hoe is het?' vroeg Maaike.
' Goed' ik loog zonder er bij na te denken. Vanmiddag hadden zowel Maaike als Anja en Patrick aan me gevraagd of het wel goed met me ging en al die keren had ik gelogen. Ik wist dat ze er ergens van uit gingen dat ik geschokken was, dat ik bang was geweest, maar dat was ik niet. Ik was niet van streek, niet echt onder de indruk, maar ik was ook zeker niet oké. Gedurend de dag had ik meerdere malen gehoord dat er geen andere oplossing was geweest dan die die wij gekozen hadden, dat het we juist hadden gehandeld en in mijn herinneringen probeerde ik bewijzen te vinden voor dat dit inderdaad het geval was. Ik vond ze niet. Er was alleen het gezicht van Patrick met die felle uitdrukking. Zijn stem die zegt. "Naar de grond werken" en ik die zonder te twijfelen uitvoer vertrouwende op zijn oordeel. Sommige mensen slaan dicht onder stress, ik niet, ik kon handelen, maar vergat om z vanuit mezelf te handelen. Twee jaar later zou ik dat echter allemaal pas beseffen en zou ik mij indenken of het het zelfde zou zijn gegaan als ik toen alleen, zonder Patrick was geweest om te concluderen dat het dan waarschijnlijk anders was gelopen. Net zoals ik twee jaar later woorden zou gaan zoeken voor wat ik toen voelde terwijl ik het jou uitlegde.
'Waarom zei je nooit iets? vroeg je.
"Omdat iedereen er vanuit ging dat ik geschokken was'.
"En dat was je niet?'
"Nee" antwoorde ik.
"Had je ze niet kunnen uitleggen hoe je je wel voelde?' vroeg je.
"Ik had de woorden toen niet, nu misschien ook niet"
"En al je een poging moest doen?''
Ik zuchtte en wende mijn ogen van je gezicht af naar je handen.
"Ik weet niet hoe je het noemt, maar ik wenste op dat moment dat ik mezelf uit kon kotsen".
We zwegen tot jou hand op mijn schouder me deed opkijken, je ogen waren warm en hadden dezelfde zachtte glans als altijd.
"Je bent een mooi mens'' fluisterde je. Je streek door me haar en deed het me vergeten.


Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen