Over haat
Beste meneer,
Ik zeg wel 'meneer', maar dat is alleen omdat ik je voornaam mijn mond niet uitkrijg, die heb ik het afgelopen jaar veel te vaak gehoord. Ik had misschien ook 'beste klootzak' kunnen schrijven, maar tot dat niveau wil ik me niet verlagen.
Ik vind het lastig te beschrijven waarom ik zo'n hekel aan je heb, maar wellicht komt het woord 'egoisme' er het dichts in de buurt, want dat is waar het uiteindelijk over gaat, over het feit dat jij iets wilde en dat je daarbij nooit gedacht had aan wat dat van andere vroeg. Nou, van mij heeft het veel gevraagd. Toen jij besloot een relatie te willen, met die éne vrouw, dacht je er namelijk geen seconde aan dat die relatie het anderen erg lastig zou maken. Toen je zag hoeveel onrust, hoeveel stress, hoeveel overlopende gevoelens je ermee veroorzaakte twijfelde je nooit of je niet te veel vroeg van haar of haar omgeving. Jij was verliefd en daar moest alles voor wijken. Vanaf het moment dat door jou en haar de eerste stappen werden gezet op het pad der liefde, had ik bijvoorbeeld geen leven meer. Ik kon nooit meer rekenen op rust. op normaal op de bank zitten of aan tafel zonder spanning want jij was altijd aanwezig. Jij was er in de spanning die vaak al voelde als je de deur binnen stapte, jij was er in de soms ijzige stiltes in de kamer, jij was erin het huilen, in het schreeuwen en in de ruzies. Jij was er altijd, in mijn huis als een gast die ik nooit had uitgenodigd en die zich telkens ongewenst in gesprekken mengde of aan tafel mijn eetlust bederfde.
Ik heb veel moeten slikken, telkens weer me over mijn eigen ideeën en overtuigingen heengezet, om dié liefde een kans te geven. Ik heb geprobeert blij te zijn voor jullie, maar het lukte gewoon niet, nooit voor jou in iedergeval. Diep vanbinnen kotste ik ervan en misschien was dat fout of voor in genomen, maar zo voelde het voor mij. Jij dreef niet alleen háár bij me vandaan, maar ook de mensen om me heen. Voor mijn gevoel ging het namelijk nooit meer om mij, maar ging het altijd om háár en jou. Aan tafel ging het over jou, terwijl ik zo graag over de verkiezingen wilde praten of iets van mijn dag wilde vertellen. Wanneer ik thuis kwam ging het over jou terwijl ik gedag zei en daar zo graag een reactie op wilde. In het lege huis ging het om jou, want jij maakte dat voortdurend van huis was. De ruzies en het geschreeuw gingen over jou, terwijl ik zo graag rustig mijn boek had willen lezen.
En nu, nu pas heeft iedereen een hekel aan je, nu pas doe jij namelijk inbreuk op het leven van anderen, maar bij mij deed je dat al veel eerder. Het erge is dat ik nog geen eens weet of ik het recht heb om kwaad te zijn, want lag het echt aan jou dat het nooit meer om mij ging of aan de mensen om me heen. Misschien ben ik gewoon wel kwaad op jou , omdat ik het mezelf nooit zal toestaan kwaad op hen te zijn.
groet
Er zijn nog geen reacties.