De droom
In dit hoofdstuk wil ik nadruk leggen op hoe belangrijk dromen zijn.
Ik werd wakker dacht ik. Ik keek om mij heen en merkte dat ik zweefde. Ik zag links van mij een oranje planeet. "Voelt het zo om dood te zijn?" vroeg ik mij zelf af. 'Nee, dit is het gevoel dat je krijgt als je een visioen krijgt.' antwoordde iemand. Het kwam van achter mij en hij had een zware maar warme en zachte stem. Of eerder het. Voor mij stond een draak op het niets. Ik keek met mijn ogen en mond wagen wijd open. 'Uitgekeken?' vroeg hij. 'Ik ben Somnium. De dromenmaker en beschermer.' Ik deed mijn mond dicht. 'Ik ben...' zei ik maar Somnium onderbrak me al. 'Benjamin, ik weet het.' Hij ademde en ik voelde hete lucht uit zijn neusgaten komen die even groot waren als mijn handen met gestrekte vingers. 'Je lot was al bestemd voor je geboren was. Ik weet jouw verleden, heden en mogelijke toekomst. Ik ben er altijd en overal. Jij bent verkozen met nog een paar andere om droombewaarder te zijn.' Vervolgde hij. Ik was nog steeds onder de indruk van zijn imposante vorm maar toen die woorden doordrongen werden mijn gedachten terug naar het nu getrokken. 'Dat is unaniem beslist zonder het te vragen? Ik weet niet of u het weet, maar ik heb het nu al redelijk moeilijk met mijn water krachten en dan komt dit er ook nog is bij. Perfect nog meer nieuws toevallig ? Komt er nog een explosie die mij krachten geeft ? Exact wat ik nu nodig heb.' zei ik met het toppunt van ironie. Somnium schoot in de lach. 'Je denkt toch niet dat je die krachten hebt gekregen door die explosie. Je had ze allang alleen heeft de explosie geactiveerd. Normaal ontdekken droombewakers hun krachten pas rond hun dertig en jij bent pas zeventien. En stop met je bekommeren over die water krachten je hebt nog niet eens je somniakrachten gevonden.' zei hij. Nu werd het even te veel voor mij. Er mocht dan een draak voor mij staan ik was niet van plan om mij in te houden. 'Leuk om te weten salamander maar dat boeit me niet. Ik wou ze niet. Ik weet niet wat die somniakrachten inhouden en ik wil al zeker gaan droombewaarder te zijn.' Ik was denk ik iets te ver gegaan want hij recht zijn hoofd en brulde. Plots verschenen er overal mensen in goud zand rond mij. 'Dit zijn droombewaarders van het nu, het gene dat geweest is en degene het zullen zijn.' zei hij. Ik merkte dat er in de voorste kring iemand ontbrak. 'Inderdaad, daar ontbreekt iemand. Die iemand ben jij. Je beseft het misschien nog niet maar de toekomst van de dromen hangt van jouw af. Ik zal je laten zien wat er gebeurt als je je plicht niet vervult.' vervolgde hij. Plots keek hij recht in mijn ogen. Ik keek in de zijne en verdronk erin. Plots zweefde ik in een straat van New York city. Het was nacht. Kinderen lagen te woelen in hun bed en sommigen konden de slaap niet vatten. "Ze dromen niet meer." zei een stem in mijn hoofd. Ik voelde de wanhoop en angst van de kinderen. Ik zweefde verder en zag ik elk huis hetzelfde tafereel geen glimlach , geen hoop gewoon niks. Plots werd ik weg getrokken en stond ik weer voor Somnium. 'Dus Benjamin, zul jij het lot van droombewaarder op jouw nemen en lid worden van het rijk der dromen?' vroeg hij. Al de mensen rondom ons begonnen te knielen. Ik besefte dat dit een soort eed was die ik moest afleggen. Ik slikte. Ik haalde de taferelen van daarstraks naar boven en zei met alle overtuiging 'Ja'. Somnium lachte en zei 'Dan ben jij vanaf nu één van ons. Je zult de somniakrachten zien en ons traditioneel teken zal voor jouw verschijnen.' Hij blies en ik was terug op het vlot. Ik was door en door nat. Ik wou recht op komen zitten en werd plots omhelsd door Thomas.'O my god. Ik dacht dat je dood was. Je haalde bijna geen adem meer.' zei hij Hij fluisterde bijna en omhelsde mij. Ik gaf hem een schouder klopje en stond recht. Ik keek naar de lucht en zag gouden stralen zand zwevend op de wind naar de stad gaan. "Dat zijn vast de somniakrachten." dacht ik. 'Mooi hé.' zei Thomas. Ik draaide me om en dacht even dat hij de somiakrachten ook kan zien maar toen zei hij. 'Ik heb het Noorderlicht nog nooit gezien. Ik wist zelfs niet dat je het vanaf New York kon zien.' Ik lachte en zei 'Soms moet je gewoon geloven in wat je ziet.' Ik zag in het noorderlicht het oog van Somnium dat naar me knipoogde. "Het teken dat ik was aanvaard." wist ik. 'Ga maar slapen. Morgen wordt een zware dag.' zei ik. Hij wou vragen waarom maar ik legde mijn wijsvinder op mijn mond ten teken dat hij moest zwijgen. Hij keek raar op maar ging uiteindelijk toch neer liggen op het vlot. Niet veel later lagen zowel Thomas als mijn zeehond te slapen. Ik gebaarde naar een straal droomzand dat hij naar mij moest komen. Hij kwam mijn richting uit en ik begeleide het naar het hoofd van Thomas. De straal ging door Thomas voorhoofd zijn schedel in en liet Thomas dromen. Ik schoot in de lach die ik zo stil mogelijk liet klinken. Uiteindelijk ging ik zelf ook slapen.
Er zijn nog geen reacties.