Ailyla- De avond in de herberg
Nadat Ailyla haar beurs weer bij elkaar gekregen had besloot zij haar spullen te halen. Egme had braaf haar spullen bewaakt. Ondanks het feit dat Egme er nu uitzag als een pegasus, was het nog altijd een draak van binnen. Een fout en er zou vuur uit de bek kunnen spuiten.
'Vlieg maar naar het dak, Egme', zei de prinses met een afscheidsknuffel.
Met haar zware tassen liep ze terug naar binnen. De groen-oogige jongen keek haar vreemd aan.
Ailyla negeerde hem; 'Waar moet ik deze laten?', vroeg zij aan de herbergier. De vrouw wees naar boven.
Ailyla pakte haar tassen en bracht ze de trap op. Achter haar liep de jongen. Ailyla slaakte een verveelde zucht en draaide zich om.
'Waarom volg je mij? Heb jij niet wat beters te doen?'
De jongen fronste. Dit meisje, deze elf liep constant weg, natuurlijk volgde hij haar. 'Je bent duidelijk nooit in een herberg geweest'
'Duidelijk', herhaalde de elf.
'Niemand hier draagt zulke kleding. Niemand laat zijn spullen onbeschermd buiten'
'Ik ben een elfenprinses, vind je het gek dat ik er anders uit zie? Ook zonder mijn mantel zou ik opvallen. En mijn spullen waren niet onbeschermd, ze waren bij mijn... pegasus', legde zij uit.
De jongen lachte minachtend; 'Een pegasus?'
Het was de perfecte, niet bedreigende vorm. Ailyla had geen zin om het te verraden. Mensen hadden over het algemeen een hekel aan draken.
'Ja, mijn pegasus kan prima voor zichzelf en mijn spullen zorgen'
'Als jij dat zegt'
'Waarom maak jij je zorgen om mij?', het sloeg nergens op.
'Ik probeer je te helpen... wacht, jij bent een elfenprinses?'
'Ja, ik probeer iets te winnen. Dáárom ben ik hier'
Die jongen had nog nooit een bericht gezien over deze prinses. En een pegasus? Die beesten waren zeldzaam. Hij wist niet dat de elfenadel die had. Hij wist dat er een rozeharige prinses was... maar die leek nergens in op deze. En er was er een die ongeveer even groot was als een mens, dacht hij. Die zou elegant en slank zijn. Dit meisje was niet dik, dat zeker niet, maar ze was noch elegant nog slank. Eerder grof en gespierd.
'Wat kijk je nou? Teleurgesteld dat het niet prinses Polliaes is?'
De jongen schrok op en schudde zijn hoofd. Hij wilde deze prinses niet beledigen.
'Prinses Ailyla', zei de prinses terwijl zij haar hand uitstak; 'Dat is mijn naam'
'Aangenaam, ik ben Elias', mensen hadden zulke rare namen.
Ailyla glimlachte vriendelijk. Nu ze niet zo streng keek was ze best knap.
'Nu, hoeveel prinses en prinsessen zijn er?'
Ailyla gooide een van haar tassen naar hem. 'Als je mij begeleid naar mijn kamer, vertel ik je alles', zei ze speels.
Elias bloosde.
'Kom je nog?'
Zo snel als hij kon rende hij haar achterna, de trap op.
Reageer (1)
Even een opmerking: ik had het idee dat dit hoofdstuk vanuit ailyla zou zijn geschreven, maar je gooit er ook gedachten van de jongen door heen zie ik nu? Is dit verhaal dan vanuit hij/zij geschreven of het alwetend perspectief?
6 jaar geledenIk denk eerder alwetend, eerst wilde ik alleen vanuit Ailyla schrijven. Er komt sowieso geen ik-perspectief in voor. Als het te veel stoort zal ik het aanpassen
6 jaar geledenHet was me nog niet eerder opgevallen, vandaar dat ik het opmerkte. Bedankt voor de verduidelijking c:
6 jaar geledenHet is fijn om te lezen dat lezers ook meedenken ^^ Als het wel stoort of als er iets beter kan, suggesties zijn altijd welkom!
6 jaar geleden