De nachtmerries

Mijn mes ging dwars door de haai heen die in as uiteenviel op de grond. Ik zat nog vol adrenaline dus mijn nonkel maakte nog een paar andere nachtmerries. De laatste was een reusachtige pijlstaartrog met veel tanden. Hij was heel traag dus stak ik mijn messen weg en haalde ik mijn lange zweep uit. Ik raakte hem met de scherpe punt en hij maakte een afgrijselijk geluid. Met zijn mond open kwam hij recht op mij af. Ik dook onder hem maar mijn zweep bleef in zijn mond hangen. Hij ging hoger en ik bengelde onder hem. Ik gebruikte de zweep nu als klimtouw en klom naar boven tot aan zijn mond. Met mijn linker arm hield ik mijn zweep vast en met mijn recht klom ik op de bovenlip van de rog. Ik stond nu op zijn rug en we waren al vijf meter boven de bomen van het bos. Ik haalde mijn zweep van tussen zijn tanden en stak hem in de buis op mijn rug. Ik moest rap iets verzinnen. Plots voelde ik een enorme warmte op mijn borst. Het was mijn ketting. Ik haalde hem vanonder mijn T-shirt uit en legde hem op mij handpalm en toen schoot er een lichtstraal uit die de rog in zijn rug raakte. De ketting koelde weer af. De plaats waar de lichtstraal in was geslagen kleurde goud. De kleur verspreidde zich ,als een inktdruppel op een blad papier, over de rug van de rog. Hij was uiteindelijk helemaal van goud zand, hij vloog langzaam naar de grond. Hij raakt een bloem aan ,die uitschoot tussen alle grasstengels, en verdween in het niets. Ik was er niet op voor bereid dus viel alsnog in het gras. Ik kwam lachend overeind en mijn nonkel keek me tevreden aan. de rest van die dag zal ik me nog voor eeuwig herinneren. Ik stapte op mijn nonkel toen mijn nonkel door een tentakel achter hem werd gegrepen. De angst in zijn ogen was niet te missen. de tentakel gooide mijn nonkel tegen onze caravan. De tenakel was afkomstig een octopus in de weide. Het was een nachtmerrie. Dat was duidelijk te zien omdat hij bestond uit as. Plots begon het spreken ' Zo dus ik heb mijn werk niet goed gedaan de vorige keer.'. Ik had geen idee waar hij het over had. Plots spuwde een tentakel een bal van as naar mij. Ik kon nog net wegduiken. De bal raakte een boom achter mij die in het niets verdween. Mijn nonkel was ondertussen recht gestaan en liep op mij af. Ik stond verstijfd van angst naar de octopus te kijken. Mijn nonkel prevelde iets en toen verscheen er een gouden koepel rond ons. 'Benjamin, nu moet je goed luisteren naar mij. deze ballen openen portalen naar een andere wereld. Ga door één van deze portalen en ga op zoek naar een gebouw met het teken van jouw ketting erop. Zeg dat je de neef bent van Omegarus.' Hij gaf mij twee glazen ballen met een witte vloeistof erin. Ik knikte en stak ze in mijn zak. Mijn nonkel liet de koepel veranderen in een bal van droomzand. Hij schoot die af maar de octopus ontweek het zonder moeite. ' GA!!' riep mijn nonkel; Met mijn wapens op zak liep ik het bos in. Ik graaide naar de glazenbollen in zak. Ik wist niet hoe ik een portaal moest openen dus smeet er gewoon één tegen een boom. Tot mijn verbazing ontstond er een een wervelwind van sneeuw. het portaal begon zich te vormen want ik zag een soort van bus hokje aan de andere kant. Ik keek nog is achter mij, er kwam iets op mij af. het zweefde even in de lucht en toen viel het vlak voor mij neer. het lichaam van mijn oom. Half verbrijzeld en vol met bloed.In de verte zag ik dat bomen werden omgegooid en veronderstelde dat die octopus dat deed. Met een gevoel van wanhoop, angst en nutteloosheid stapte ik door het portaal dat zich achter mij sloot. Mijn wereld liet ik achter, mijn huis en mijn laatste familielid.