Death & Taxes | 45
Een aantal van jullie onderschat compleet hoelang ik dingen kan rekken, geloof ik.
-
“Had je het niet onder je mantel verstopt aan het begin?” vroeg Bart.
Vladimir keek wat schaapachtig. “Jawel, maar dat was eigenlijk erg ongemakkelijk. Het was voor dramatisch effect, voornamelijk.”
Bart lachte. “Dat verbaast me totaal niet meer,” zei hij, en het was waar, al was hij desondanks een beetje verbaasd over hoe aandoenlijk hij dat vond. Hij had nooit eerder geweten dat hij een zwakke plek had voor theatraliteit.
“Ik ben uiteindelijk een vrij voorspelbaar persoon,” zei Vladimir.
“Daarmee doe je jezelf tekort. Ik had niets van wat vanavond gebeurd is kunnen voorspellen. Ik weet niet wie dit wel zou hebben kunnen zien aankomen.”
“Dat is gewoon omdat weerwolven slecht kunnen zien in het donker,” zei Vladimir. Het duurde een tel tot Bart door had dat dat een grapje was.
“Zijn we op dat punt aangekomen? Waar we faux-beledigende opmerkingen maken over elkaars soort?”
“Het is nu of nooit.” Dat was waar, maar ook precies waar Bart de hele tijd al omheen probeerde te dansen. De muziek stopte en hij stond stil.
“Ja,” stemde hij zwakjes in. “Dat is waar.” Hij pakte de pizzadoos van de grond, want dat was waarschijnlijk waarom ze nog hier stonden te treuzelen, en wierp een laatste blik op Ava’s naambordje. Haar lichaam lag daar nog onder, maar haar geest was ergens anders, waar dat ergens ook mocht zijn. Dat was waarschijnlijk iets waar hij nooit achter zou komen.
“Ik hoop dat ze een goede grafsteen krijgt,” zei Vladimir.
“Echt?” vroeg Bart. “Ik hoop op dit moment eigenlijk dat ze er nooit eentje krijgt en het er gewoon zo uit blijft zien. Ik had niet gedacht dat ik ooit goede herinneringen zou kunnen hebben aan een begraafplaats, na… Je weet wel waar ik het over heb.”
“Ja, dat voelt een beetje dubbel.” Vladimir was de eerste die een stap weg nam van het graf, maar Bart ging hem bijna meteen achterna. Hij zette twee grotere stappen om naast Vladimir in pas te komen.
“Aan het begin van de avond vond ik alles hier nog onheilspellend en herinnerde het me aan die ene nacht van mijn hergeboorte, wat niet een herinnering is die ik graag herleef. Nu is dat allemaal weg, en ik denk niet dat ik ooit weer op dezelfde manier naar begraafplaatsen zal kunnen kijken, en dat is iets waar ik niet bepaald rouwig om kan zijn.” En het was iets wat aan Vladimir te danken was, voor het grootste deel, maar dat voegde hij er niet hardop aan toe.
“Ha, rouwig,” zei Vladimir. Niet helemaal Barts punt, maar de onbedoelde woordgrap verlichte de sfeer wel een beetje. “Ik heb dit soort dingen al vaker gedaan, dus ik was al behoorlijk aan begraafplaatsen gewend inmiddels, maar ik snap wat je bedoelt. Het was fijn dat Ava zich niet zelf omhoog hoefde te graven.”
Dat was niet wat Bart bedoelde. Het was echter mogelijk dat Vladimir wel degelijk goed begreep wat hij had willen zeggen, maar er nog iets anders aan toe had gevoegd. Het bleef allemaal te vaag.
“Bedankt voor de pizza,” zei Vladimir. Bart had even nodig om te schakelen naar waar ze het nu over hadden.
“Oh. Dat is niets.” Hij keek naar de doos in zijn handen. “De pizza was positief ondanks de bezorger die hem bracht?”
“Dat was ook een… ervaring. Vind jij nog steeds dat het best normaal is om telefoonnummers te geven aan vampiers op begraafplaatsen in het donker?”
“Ja,” zei Bart. Hij had voor het eerst het gevoel dat Vladimir hem mogelijk tegemoet kwam, en zijn hart sloeg er spontaan van op hol.
“Je bent een vreemd figuur, weerwolf.”
Bart lachte op een manier waardoor hij er bijna in stikte. Niet omdat hij zo hard lachte, maar omdat het wat te dicht in de buurt van een snik kwam. “Zegt de vampier op een begraafplaats in het donker,” schoot hij terug.
“Touché,” zei Vladimir, ook lachend.
Ze waren bij de poort aangekomen inmiddels. Het was vreemd om terug te kijken richting de begraafplaats en niet meer hetzelfde te zien als aan het begin van de avond. Het was nu een bijna bekende plek, een plaats waar hij een crimineel had helpen oppakken, een pizza had gegeten en heel wat dingen over het leven (en niet-leven) had geleerd. Dat was heel iets anders dan een locatie die hem de rillingen gaf wegens herinneringen van een halve eeuw geleden die werden opgeroepen door de algemene doelen van een begraafplaats.
Reageer (4)
man man man nou Bart zoen hem
6 jaar geledenAfscheidskusje?
6 jaar geledenWe wachten voor eeuwig, totdat we ook op die begraafplaats begraven liggen. Dit had ik moeten zien aankomen.
6 jaar geledennice filler this. (sorry voor de slechte grap.)
6 jaar geledenmaar dit hoofdstuk weet dingen wel precies zo te beschrijven, zodat het bij het verhaal past. Dus ondanks dat het waar we allemaal op wachten uitstelt, mag ik dit hoofdstuk wel