19 augustus
We hebben het verteld aan papa en Sterkhart.
En dat ging een beetje zo:
Ik zat natuurlijk op mijn kamer, en Saturno kwam binnen. Hij mij natuurlijk meteen omhelzen, en omdat ik naar het midden van de kamer ben gelopen, staan we dicht bij de deur. Dat bleek niet slim te zijn.
Saturno vroeg aan mij: ‘En, hoe gaat het vandaag met mijn liefste?’
‘Wie bedoel je, mij of de kleine?’
‘Beiden.’
Ik lachte zachtjes, en voelde toen zijn handen op mijn buik, die in de afgelopen dagen gegroeid is. Ik ben sindsdien niet meer uit mijn kamer geweest.
‘Schatje, laten we het ze morgen vertellen, anders blijven we het uitstellen. En anders kom jij onze kamer niet meer uit, en dat zou slecht voor je zijn,’ fluisterde hij, zijn handen bleven op mijn buik liggen, en ik legde de mijne erbij.
‘Oké, is goed.’
Hij glimlachte en kuste me toen.
En… toen ging de deur open. Papa en Sterkhart kwamen binnenlopen, en ze stopten meteen toen ze ons zagen zoenen, en toen ze mijn én Saturno’s handen op mijn buik zagen liggen. En toen viel het kwartje.
Ze schrokken, begonnen door elkaar heen te praten en Saturno en ik konden niks uitbrengen. Ze leken het niet te bevatten, zeker omdat we nogal jong zijn voor een kind. Uiteindelijk wilden ze weten hoelang het nog duurt. Vier maanden, hebben we gezegd. Nou, toen ontploften ze weer. Ze wilden weten waarom we het niet eerder verteld hadden, wie het allemaal al wisten, hoe we van plan waren dat kind hier op het eiland op te voeden, hoe het dan moet met onze drukke banen, en ga zo maar door. En nu we het zo horen, hebben we nog niet goed overal over nagedacht. We konden nergens antwoord opgeven, en dat maakte hen nog bozer. Gelukkig voor ons kwamen op dat moment Robinia en Regulus met hun zoontje Sirius binnen, en ze vroegen wat er aan de hand was. Sterkhart legde het uit. Maar in plaats van dat mijn broer en Robinia ook boos werden, begonnen ze ons te feliciteren. En wat helemaal fijn was, was dat ze papa en Sterkhart weg stuurden om even met ons te praten. En ze gaven Sirius aan papa mee. Dit was een beetje hoe ons gesprek ging:
Robinia: ‘Dus, jullie krijgen een kind?’
Wij knikken.
Regulus: ‘Over vier maanden?’
Wij knikken.
Robinia: ‘En hoe komt het dat wij het nog niet gemerkt hebben?’
Ik: ‘We hebben het verborgen gehouden, en het was niet zichtbaar. Ons kindje is een beetje klein, denken we.’
Regulus: ‘En waarom waren papa en Sterkhart zo… boos?’
Saturno: ‘Omdat we het ze nu pas vertellen, en misschien omdat we best jong zijn.’
Ik (boos): ‘En dat snap ik niet! We zijn getrouwd, en we zouden goed voor ons kleintje kunnen zorgen!’
(Saturno probeert me te kalmeren, en pakt me in zijn armen.)
Saturno: ‘Rustig, m’n lieve schat. Blijf een beetje kalm, voor jezelf en voor de baby.’
Robinia: ‘Dat is waar, Spica. Als je je te druk maakt heeft dat invloed op je kind.’
(Ik knik en geeuw even.)
Ik: ‘Als jullie het goed vinden, geef ik mezelf en m’n kleintje even rust.’
(Saturno duwt Regulus en Robinia de deur uit, neemt me in zijn armen en legt me op bed, waarna hij even zijn hand op mijn buik legt.)
Saturno: ‘Je voelt de kleine wel een beetje, liefje.’
Ik: ‘Dacht je dat ik dat niet wist?’
(Hij glimlacht en kust me zacht, waarna hij de kamer uitloopt. Ik probeer maar wat te slapen, wat dus niet lukt.)
Reageer (1)
Ik begrijp de vaders ook wel ergens...
7 jaar geleden