Hs 74: Mem
Ik ga samen met Claude aan een tafel zitten en Kyky, Caleb, Bryce en Arrie volgen al snel ons voorbeeld en komen tegenover ons zitten.
'Laat dat eten maar komen!' Roept Kyky vrolijk. 'Ik rammel.' Ik frons mijn wenkbrauwen en kijk haar ongelovig aan. 'Wat? Maar Kyky... Je hebt nog geen uur geleden al twee bakken popcorn, twee zakken chips en dan ook nog al onze restjes opgegeten!'
'Het spijt me. Maar ik kan er niets aan doen. Het is mijn buik,' zegt ze en ik rol met mijn ogen, waarna Kyky opstaat om zelf maar iets te pakken. Ik zucht hoofdschuddend en draai me naar Claude toe. 'Dat is toch niet normaal? Heb jij wel honger?' Hij schudt snel zijn hoofd en legt zijn handen op zijn buik. 'Ik hoef deze avond niets meer. Ik heb echt genoeg gehad,' zegt hij. 'Misschien kan ik zelfs nog beter gewoon gaan slapen, of zo.' Hij gaapt en het werkt aanstekelijk, waardoor ik vanzelf ook begin te gapen.
Claude lacht. 'Volgens mij kun jij ook beter maar gaan slapen.' Ik trek een afkerend gezicht. Hoewel ik niet kan ontkennen dat het voor mij echt geen nut heeft om nog langer op te blijven. 'Waarschijnlijk wel.' Claude staat op en ik trek me aan hem omhoog. 'Welterusten, jongens,' zeg ik, als ik naar Caleb, Bryce en Arrie zwaai. 'We zien jullie morge wel weer.' Ze zwaaien terug en glimlachen. 'Welterusten.'
Langzaam loop ik met Claude naar onze kamer. We halen de tandenborstel met een slakkentempo over onze tanden heen en trekken in hetzelfde tempo onze pyjama aan. Maar we zijn er wel actief genoeg voor om binnen een paar tellen in bed te kruipen.
'Ik denk dat ik nog nooit zoveel zin heb gehad om gewoon te gaan slapen,' zegt Claude lachend. Ik wrijf grinnikend in mijn ogen en knik instemmend. 'INu ik lig, vind ik het ook heel fijn dat ik kan gaan slapen.' Claude schuift iets dichter naar me toe en slaat zijn armen om me heen. 'Welterusten, dan.' Ik glimlach en duw hem dan iets verder weg om de afstand te bewaren. 'Jij ook.'
De volgende ochtend word ik zoals gewoonlijk weer erg vroeg wakker. Ik rek me gapend uit en duw dan - per ongeluk - tegen Claude aan, waardoor hij moeizaam zijn ogen opent. 'Goedemorgen!' Roep ik vrolijk, als ik hem uit bed duw. Ik kijk lachend over de rand van het bed en grinnik.
Claude komt kreunend weer iets omhoog en legt zijn hoofd vermoeid op de zijkant van het bed. 'Dit deed je gisteren ook al. Kun je daarmee stoppen?' Ik glimlach onschuldig en help hem terug omhoog. 'Ik zal stoppen.' Ik leg één van mijn handen op mijn rug en kruis mijn middel- en wijsvinger. 'Erewoord.' Claude trekt zijn wenkbrauwen omhoog en grijnst. 'Ik ben niet zo achterlijk, als jij denkt dat ik ben,' zegt hij hoofdschuddend. 'Ik weet echt wel dat je je vingers gekruist hebt.'
Ik grinnik zacht. 'Sorry.' Claude haalt zijn schouders op. 'Het geeft niet.' Dan kijkt hij me nieuwsgierig aan en schuift hij iets meer naar me toe. 'Zeg,' mompelt hij geheimzinnig. 'Mis jij de laatste tijd niet iets heel belangrijks in je leven?' Ik kijk hem verbaasd aan en knijp mijn ogen tot spleetjes. 'Ik heb geen idee. Maar als jij het zo zegt, zal het waarschijnlijk wel zo zijn.'
'Ik vroeg het maar. Gewoon omdat ik wel iets mis.' Hij glimlacht en laat zich op zijn rug naast me neer vallen. 'Ik mis namelijk iets van,' hij stopt voor een paar seconden met praten, 'kattenkwaad.' Ik kijk hem meteen grijnzend aan en sla mijn armen over elkaar heen. 'Aha. Kattenkwaad. Ik snap het. Wat had je in gedachten, dan?' Claude staart naar het plafond en bijt bedenkelijk op zijn lip. Maar na een tijdje draait hij zich weer grinnikend naar me toe. 'Heb jij je teamgenoten al eens voor je willen zien vallen?' De grijns rondom mijn lippen wordt nog breder, zodra ik snap wat hij bedoelt en ik knik overtuigd. 'Altijd al.'
'Laten we ons dan maar snel gaan aankleden.' Zonder verder nog iets tegen elkaar te zeggen, pakken we allebei onze kleren op. Ik spring de badkamer in en trek sneller dan normaal mijn tenue aan, waarna ik een knoop in mijn veters leg. Dan ren ik de badkamer weer uit en ik zie dat Claude ook al klaar is. Hij staart me grijnzend aan. 'Gaan we?'
'Natuurlijk, gaan we. Maar...' Ik staar even bedenkelijk de lucht in. 'We moeten het groots aanpakken. Dus misschien hebben we nog iets van hulp nodig.' Claude fronst zijn wenkbrauwen, maar knikt toch instemmend. 'En van wie, dan?' Er verschijnt meteen een brede glimlach op mijn gezicht en ik huppel de kamer uit. 'Kom maar mee, dan laat ik het zien. Ik weet zeker dat hij ons wil helpen.' Claude komt me achterna gerend en kijkt zoekend de gang rond. 'Wie is het, Mem?' Fluistert hij zacht, om niemand wakker te maken.
'Sst, Claude. Je ziet het wel. Even geduld.' Ik sluip nog langs wat deuren, zodat we bij een van de voorste kamers komen. Dan klop ik voorzichtig op de deur en wacht ik af totdat ik een reactie vanaf de andere kant hoor komen.
Na een tijdje hoor ik wat gemompel. Dat vast niet 'Je mag binnen' betekent. Maar ik vind dat het er wel op lijkt. Dus pak ik de deurklink vast en kijk ik ik even naar achteren. 'Ben je er klaar voor?' Hij zucht diep en rolt met zijn ogen. 'Kom op. Dit is geen trekking van een loterij,' prevelt hij enigszins geërgerd, waarna ik lachend de deur openmaak. Ik stap vrolijk binnen en trek Claude achter me aan, waarna ik direct naar het raam toeloop en de gordijnen opentrek. De eerste zonnestralen verlichten de kamer een beetje en ik grijns breed.
'Een goedemorgen!'
Reageer (3)
F R I E N D Z O N E D
Kattenkwaad... SCOTTY! Ohgosh dit wordt wat... drama... GEWELDIG 7 jaar geleden
WIE IS HET
7 jaar geledenZo'n fretzakje ben ik ook weer niet 7 jaar geleden