0.7
En dat afraffelen, dat doe ik niet, want ik vond inspiratie en schrijf weer een lang hoofdstuk. Ik ben er echt blij mee (;
'We moeten hier naar rechts', mopperde Lana.
'Dat doe ik toch!', riep Gaby. Stiekem had ik wel medelijden met Micy. Gaby duwde en porde in het beest, maar het ging geen kant meer op.
'We moeten hier naar rechts!', zei Lana boos.
Ik sprong van Nara af. 'Gaby.' Gaby keek op. 'Ja?'
'Kom maar van Micy af. Ik rijd wel op haar.'
Gaby keek me verbaasd aan. Maar ze wist de waarheid. Ik kon goed met paarden om gaan. In tegenstelling tot honden, die mij vrijwel meteen beten.
Snel stapte Gaby af en klom op Nara. Ik sprong op Micy. Ze hinnikte en begon bijna te steigeren. Ik had het misschien wat voorzichtiger moeten doen.
Zachtjes klopte ik op de hals van Micy. Ze was onrustig. Ik wreef over haar manen. Ze begon te hinniken. Ik veegde ze aan de kant, er moest iets zijn...
Van schrik sprong ik bijna op de grond. Er zat een gigantische wond in haar nek. 'Gaby! Hoe is dit...?'
Gaby keek op. Even was ze stil, maar daarna brak de donder los. 'Wat? Oh, ik vermoord degene die haar dat aan gedaan heeft!'
'We zijn er bijna', zei Lana kalm. 'Daar kunnen ze haar wel behandelen.'
'Maar ze heeft verschrikkelijke pijn!', riep ik. Ik vond het een afgrijselijk gezicht; dat arme beest wat hinnikte van pijn.
'Anders zijn we niet op tijd voor je bruiloft.' Lana zette de tocht voort en volgde het pad naar rechts.
Ik aaide Micy over haar haren, en zette mijn hielen in haar buik.
'Welkom, welkom.' Een oude man met grijs haar kwam met opengesperde armen op ons af.
'Hallo, meneer Alstron', zei Lana beleefd.
'Kan u ons paard helpen?', vroeg ik acuut. 'Ze is zwaar gewond.'
Lana gaf me een zet. 'Dat kan wel wachten. Meneer, ik stel u voor, de toekomstige koningin Maria Fordan.'
Ik kon mijn woede voor Lana niet inhouden. 'Nee! Ze is zwaargewond! En ik heet geen Maria, maar Mia! En Maria is óók niet mijn doopnaam!'
'Dat kan heus wel wachten.'
'Niet!'
'Je lijkt wel een kind van drie, hoe je schreeuwt. Gedraag je eens normaal.'
Ik beet op mijn lip van kwaadheid.
'Sorry. Wat is uw naam?'
'Ik ben mevrouw -'
'O, sorry, maar wij noemen kindermeisjes en dienstmeiden altijd bij de eerste naam. Mag ik?' Hij glimlachte. Ik kreeg een zwak voor deze man. Ik begon hem echt aardig te vinden.
'Lariana', zei Lana.
'Dat klink best deftig, voor een... hulp', zei meneer Alstron. Hij knipoogde naar me.
'Ze heet Lana', zei ik. 'Maar nu moet Micy geholpen worden.'
'Ik zal er voor zorgen dat je paard behandeld is als je vertrekt', zei meneer Alstron. 'En... ik heet eigenlijk Frenk, dus noem me maar Frenk.'
Ik knikte.
'En wie ben jij, jongedame?', vroeg Frenk aan Gaby.
'Gaby', zei Gaby.
Ik hoorde Lana nog 'Noem hem bij zijn naam!' fluisteren.
'Meneer Frenk', zei Gaby poeslief.
Het kasteel waar Frenk Alstron woonde was lang niet zo groot als dat van ons, maar ik vond het niet erg. Ik had het koninklijke paleis nog nooit gezien, maar vader had me weleens verteld dat het ongeveer twee keer zo groot was als ons kasteel.
'Ik zal jullie naar binnen begeleiden', zei Frenk. Hij draaide zich om en opende de deur. 'Lanaria, of hoe dan ook, je slaapt bij de andere dienstmeiden. Het spijt ons, maar we mogen alleen kamers uitlenen aan blauw bloed.'
Lana had nog nooit zo beledigd gekeken. 'Gaby heeft geen blauw bloed.'
'Gaby?', vroeg Frenk verrast. 'Zij is de gast van de nieuwe koningin. Die slaapt in de kamer naast de hoogheid.'
Lana werd stil. Ik voelde een klein gevoel van medelijden in het diepste van mijn hart.
Maar dat duurde maar even. 'We hebben een groots diner', zei Frenk. 'Jullie zullen het heerlijk vinden.' Ik keek op en vergat al mijn andere gevoelens. Eten overtrof alles.
Ik had vreselijke honger.
Toen we de eetzaal binnen kwamen, zag ik pas wat hij bedoeld had met "groots". Overal stonden lekkernijen; van cake tot rund, groentehapjes die ik nog nooit gezien had, een raar soort draderig vlees en nog meer.
'Voor jullie tocht van morgen reizen jullie naar Venen', vertelde Frenk ons. 'Het zal een langere reis zijn dan vandaag, maar dat moet goed komen.'
Hij ging aan de kop van de tafel zitten en gebaarde naar ons om er naast te komen zitten. Hij keek even naar Lana. 'Dienstmeiden horen eigenlijk aan de andere kant van de tafel, maar ik zal het vergeten.'
Hij begon hard te lachen tot dat iedereen aan de tafel naar hem keek. Er waren iets minder mensen als toen ik weg ging, maar die had ik stuk voor stuk gekend en hier kende ik alleen Lana en Gaby.
En Frenk ook een beetje. Hij stond op en hief zijn glas. 'Beste bewoners, we zijn hier vandaag samen om te vieren dat komende koningin, Mia Fordan, op haar doorreis naar ons paleis mijn kasteel een bezoek brengt. Op Mia Fordan!'
Alle gasten stonden op en hieven hun glas. Ik ging ook staan, maar deed voor de rest niks.
Nadat Frenk gesproken had, viel iedereen aan op het eten. En ik deed ook mee.
Ik vond Frenk erg aardig, hoewel hij misschien een heel klein beetje gemeen was voor Lana. En die had een hekel aan hem, dat was duidelijk.
Toen iedereen uitgegeten was werden we naar onze kamers gebracht.
Ik had een prachtig fluwelen dekbed, waar ik meteen onderkroop. Ik begroef mezelf in de kussens en zuchtte diep.
Ik was op reis. Ik was op reis met mensen. Ik was op reis met mensen die problemen hadden. Ik was op reis met mensen die problemen hadden, en ik gaf ze er nog meer. Ik was op reis met mensen die problemen hadden, en ik gaf ze er nog meer, maar die kon je oplossen. Ik was op reis met mensen die problemen hadden, en ik gaf ze er nog meer, maar die kon je oplossen, maar mijn probleem was eeuwig tot dood...
Er zijn nog geen reacties.