Woede
In een donker hoekje van de ruimte sta ik naar het tafereel te kijken. Het arme dienstertje zit op haar knieën op de stenen vloer, haar rechterhand schichtig tegen de zijkant van haar hoofd geduwd. De klap die ze gemaakt had toen de jongen haar bruut van het trapje had getrokken, had naargeestig in mijn hoofd nagegalmd.
Het meisje spreekt geen woord als er eindelijk een einde is gekomen aan de tirade van de jonge prins. Vlak voordat hij haar de rug toe keert blaft hij haar nog toe dat ze van geluk mag spreken dat hij haar niet gelijk de deur gewezen heeft en dat ze het aan zijn goede hart te danken heeft. Hij krijgt geen antwoord. Het ineen gedoken meisje snikt zonder geluid en heeft haar hoofd van hem afgewend, niet in staat een ander geluid voort te brengen.
Moedeloos zie ik toe hoe hij bedrieglijk koel zich omdraait en weer naar haar toeloopt.
‘Vergeef me,’ hoor ik hem met een griezelig giftige stem zeggen. ‘Ik heb je dankbetuiging niet kunnen horen.’ Hij legt twee vingers onder haar kin en dwingt haar hem aan te kijken. ‘Wat was het precies?’
De onderhuidse dreiging geeft me de rillingen. Het liefst zou ik nu ingrijpen, voordat het dienstertje de woorden uitspreekt die hij horen wil, de woorden waarmee ze hem iets verschuldigd zal zijn. Hoewel zij en hij maar mensen zijn, krijg ik het nare voorgevoel dat het wel degelijk betekenis heeft. Misschien niet zo zwaar als bij ons fae, maar zeker meer dan zou moeten kunnen. Maar ik mag niets doen, dat is me duidelijk gezegd. Ook is heel nadrukkelijk eraan toegevoegd dat als ik dat wel doe, ik het voor de komende honderd jaar wel kan vergeten. Er rest me niets dan toekijken hoe dit verhaal zich voltrekt.
‘Dankuwel, heer,’ fluistert ze dan, zo zacht dat ik het haast niet gehoord heb. Een arrogante en tevreden grijns verschijnt op het gezicht van Adam de la Porté, de prins en enige heer van het landgoed, als hij weer opstaat en boven haar uit torent.
‘Zo mag ik het horen.’
Het meisje spreekt geen woord als er eindelijk een einde is gekomen aan de tirade van de jonge prins. Vlak voordat hij haar de rug toe keert blaft hij haar nog toe dat ze van geluk mag spreken dat hij haar niet gelijk de deur gewezen heeft en dat ze het aan zijn goede hart te danken heeft. Hij krijgt geen antwoord. Het ineen gedoken meisje snikt zonder geluid en heeft haar hoofd van hem afgewend, niet in staat een ander geluid voort te brengen.
Moedeloos zie ik toe hoe hij bedrieglijk koel zich omdraait en weer naar haar toeloopt.
‘Vergeef me,’ hoor ik hem met een griezelig giftige stem zeggen. ‘Ik heb je dankbetuiging niet kunnen horen.’ Hij legt twee vingers onder haar kin en dwingt haar hem aan te kijken. ‘Wat was het precies?’
De onderhuidse dreiging geeft me de rillingen. Het liefst zou ik nu ingrijpen, voordat het dienstertje de woorden uitspreekt die hij horen wil, de woorden waarmee ze hem iets verschuldigd zal zijn. Hoewel zij en hij maar mensen zijn, krijg ik het nare voorgevoel dat het wel degelijk betekenis heeft. Misschien niet zo zwaar als bij ons fae, maar zeker meer dan zou moeten kunnen. Maar ik mag niets doen, dat is me duidelijk gezegd. Ook is heel nadrukkelijk eraan toegevoegd dat als ik dat wel doe, ik het voor de komende honderd jaar wel kan vergeten. Er rest me niets dan toekijken hoe dit verhaal zich voltrekt.
‘Dankuwel, heer,’ fluistert ze dan, zo zacht dat ik het haast niet gehoord heb. Een arrogante en tevreden grijns verschijnt op het gezicht van Adam de la Porté, de prins en enige heer van het landgoed, als hij weer opstaat en boven haar uit torent.
‘Zo mag ik het horen.’
Reageer (8)
NU MAAK JE MIJ VRESELIJK NIEUWSGIERIG NAAR DE "IK" Froukje hoe durf je.
Did you mean: Adey?
I ship ittt
Froukje, evil hoor, dit. Ik ben heel benieuwd naar het plot! 8 jaar geleden
Hij lijkt wel een beetje op Gaston, maar ja No one's slick as Gaston
8 jaar geledenNo one's quick as Gaston
No one's neck's as incredibly thick as Gaston's
Super leuk! Kan niet wachten tot het volgende hoofdstuk!!!
8 jaar geleden