Chapter 15

Isran wrijft even door zijn gezicht. 'Oké, zeg het me als ik het fout heb.Jullie hebben twee Scrolls weten te bemachtigen, waarin staat waar Harkon achteraan zit. Althans, dat denken jullie. En Vaerel heeft zich in een volbloed vampier laten veranderen om ze in de gaten te houden. En jullie zijn naar de Soul Cairn geweest...Oké dan.' 'Ja, maar we kunnen ze niet zomaar openen. We hebben iemand nodig die dat kan lezen.' Ik sla mijn armen over elkaar. Isran knikt. 'Jullie hebben een priester nodig. Er is er een gesignaleerd in de buurt van Riften. Zijn naam is Dexion Evicus. Ga naar Riften en haal de priester.' Ik knik. 'Enig idee waar hij zou kunnen zitten?' Isran zucht. 'Dan moet je toch echt het riool in, denk ik. Het is niet gebruikelijk voor zulke priesters om in Riften te vertoeven. Hij moet onraad hebben geroken. Ik kan het hem niet kwalijk nemen.' 'Dus je denkt dat hij in de Ratway zit?' vraagt Bokul. Isran knikt. 'Ja, ik zou het dievengilde daar ondervragen. Misschien dat zij je kunnen helpen.'
De geur hier is ondragelijk. Hoe houdt het dievengilde het hier uit? 'Die lui van het dievengilde zijn gestoord,' zegt Bokul. 'Het ruikt hier naar een orc kampement na een bruiloft van drie dagen. Gadverdamme!' Shakari loopt voorop. Ze heeft een tijdje bij het dievengilde gezeten, dus ze weet hier de weg. 'Heb je er zin in om je oude kameraden weer te zien, Shakari?' vraagt Bokul. Ze zucht. 'Als het aan Shakari ligt, mogen ze elkaar opvreten en hier wegrotten. Hier is het, de Ragged Flagon. Shakari zal wel spreken. Bokul, Shakari meent het. Wees stil!' Hij haalt zijn schouders op. We lopen naar binnen. Het is een soort herberg, zo te zien. Er is een bar. In het midden van de ruimte ligt een bassin met water. We lopen achter Shakari aan. Een bosmer heeft ons gezien. 'Ah, hallo Shakari. Lang niet meer gezien.' Shakari zucht. 'Hallo, Niruin.' 'En hoe gaat het met Etienne? Oh, wacht. Die is dood.' Ze zucht weer. 'Daarom zijn we niet hier.' Maar waarom dan wel?' Die stem ken ik. Het is Brynjolf. 'Je bent heel lang weggeweest, Shakari.' 'Dat kan best zijn, als iemand de Dragonborn moet helpen,' antwoordt ze. Zo te zien is ze niet bang. Ik houd mijn hand op mijn wapen, voor het geval dat. 'Wat wil je?' vraagt Brynjolf. 'Dexion Evicus,' zegt Shakari. 'De priester? Wat is daarmee?' vraagt Brynjolf. Ik stap naar voren. 'We hebben hem nodig. We hebben een paar...documenten die hij moet ontcijferen voor ons.' Hij kijkt me aan. 'Kijk eens aan, Dragonborn. En jij denkt dat ik je zo naar hem toe breng? Dan schat je me toch echt verkeerd in.' 'Hé, luister vriend! We hebben haast,' zegt Bokul. 'Oh, en de orc heeft haast,' zegt Brynjolf. Ik kijk Shakari aan. Ze knikt. 'Luister, ik vraag het niet nog een keer. Waar is Dexion Evicus?' Brynjolf grinnikt. 'Je snapt het nog steeds niet, Arwen. Ik doe niks gratis. Mijn dienst, kost geld.' Nu heb ik het gehad. 'Oké dan, Brynjolf. Bokul, Shakari, zoek dekking.' Ik wacht totdat ze gedekt zijn. Ik haal diep adem. 'Fus Ro Dah!' Een harde knal, en de helft van de herberg ligt op de grond. Brynjolf staat op. 'Je hebt lef!' zegt hij. 'Ik heb nog veel meer,' antwoord ik. 'Yol Toor Shul!' Een zee van vlammen daalt neer. Ik zie de dieven dekking zoeken. Ik zie dat Brynjolf weer op de grond ligt. Ik kniel bij hem neer. 'Oké Brynjolf. Genoeg spelletjes voor vandaag. Breng me nu maar naar de priester toe, en ik laat je slaafjes leven. Is dat duidelijk? Je hebt precies 2 minuten voordat ik een einde maak aan dit dievengilde.' Brynjolf ademt zwaar, maar staat op. 'Oké dan, Dragonborn.'
We staan voor een deur. 'Hier verblijft hij. Verder dan dit kan ik ook niet gaan.' Hij kijk me aan. 'Ik houd je in de gaten, Arwen.' Ik knik. 'Goed, Brynjolf. Ik zou ook maar oppassen als ik jou was. De volgende keer laat ik niks en niemand meer heel. Nu wegwezen!' Hij snuift even en loopt weg. Ik kijk de rest aan. Bokul knikt goedkeurend. 'Nee maar. Ik zei toch dat je assertiever moest zijn. Kijk eens hoe goed dat werkt.' Ik zucht. 'Ja, Bokul. Je bent een waar genie.' Ik klop een paar keer op de deur. 'Dexion Avicus? Ik ben Arwen Stenav, de Dragonborn.' 'Ga weg...Dexion Avicus is hier niet. Je hebt de verkeerde deur.' Het is de stem van een oude man. En hij klinkt alsof hij in paniek is. Er is nog iemand bij hem, dat weet ik zeker. We moeten snel handelen. 'Weg bij de deur, Dexion. We komen naar binnen!' Ik kijk naar de rest, die snel hun wapen pakt. 'Fus Ro Dah!' De deur vliegt open. We rennen naar binnen. Ik zie de priester liggen en ik zie een vampier. Bokul schiet snel een paar kogels af, en de vampier gaat neer. Ik buig neer bij de priester. Gelukkig is hij ongedeerd. 'Dexion Avicus?' vraag ik hem. Hij knikt. 'J-ja...Bedankt v-voor de redding. Ik weet niet waarom deze wezens achter me aan zitten. Ik dacht dat ik veilig was.' Bokul helpt hem overeind, terwijl Shakari de vampier onderzoekt. 'Heb ik hem goed geraakt, of heb ik hem goed geraakt?' vraagt Bokul. Shakari zucht. 'Ja, ja. Bokul is de beste. Arwen, kijk dit eens!' Ze geeft me een papiertje. Ik begin te lezen.

Autar,
de meester is ongeduldig en heeft de scroll nog niet ontvangen, of uitgevonden waar de andere scroll is, maar de tijd dringt. Vindt de priester genaamd Dexion Avicus in Riften. Betaal het dievengilde wat ze willen. Op dit moment wordt de nieuweling en de dochter goed in de gaten gehouden. Zodra de nieuweling de fout ingaat, gaat hij eraan. Wees snel, en wees geluidloos.
Vingalmo.

Ik haal zwaar adem. Vaerel is in gevaar. Ik wist dat het maar een kwestie van tijd was. Ze hebben hem door. Ik weet niet wat ze al weten, maar ze weten genoeg. We moeten opschieten! Ik kijk de rest aan. 'We moeten opschieten,' is het enige wat ik kan zeggen.