Schuilplaats
Na drie dagen toen ze bijna bij het de rand van het bos waren stopten ze. Will keek om zich heen en zag een ravijn aan de ene kant en aan de andere kant een dicht, donker bos.
Spica en thomas die voorop reden lieten hun paarden zo draaien dat ze de rest aan keken. Spica nam het woord 'we zijn er bijna we moeten alleen nog maar naar beneden over een redelijk stijl weggetje en dan zijn we er'. Thomas voegde er snel nog even wat aan toe 'in het begin is het een redelijk smal weggetje dus je moet goed uitkijken waar je voeten neer zet'. De rest knikte dat ze het begrepen hadden en gingen in een rijtje rijde. Spica reed vooraan en stuurde dribbel op het ravijn af. Het paardje had alle vertrouwen in zijn baasje maar vond het toch wel spannend om zo recht op een ravijn af te rijden. Spica merkte dat haar paardje gespannen was en klopte op zijn hals en fluisterde wat geruststellende woorden. Toen stapte ze het ravijn in, na een paar millisecondes kwam dribbels hoef op het paadje terecht en langzaam liepen ze naar beneden het ravijn in.
Langzaam werd het breder en niet veel later konden ze weer naast elkaar rijden. Naarmate ze dichter bij de bodem van het ravijn kwamen hoorde ze steeds harder een riviertje kabbelen. Toen ze bij de bodem van het ravijn kwamen zagen ze dat er een redelijk brede rivier liep. 'Niet ver hier vandaan hebben Thomas en ik een kleine brug gemaakt en dan zijn we er.' En inderdaad na een minuutje rijden kwamen ze bij een klein hoen bruggetje en Arnaut keek er even benauwd naar 'hoe weten we zeker dat dat bruggetje ons allemaal gaat houden.' Spica keek hem even aan en haalde haar schouders op 'dat weten we niet.' Daarna stapte ze af en liep samen met Dribbel de brug over. Daarna ging Thomas en hij deed het zelfde stapte af en leidde zijn paard de brug over ergens halverwege begon de brug lichtjes te kraken en hij liep snel verder. Daarna ging Maddy toen zij op de brug stond kraakte het net zoals bij Spica niet. Toen Maddy aan de overkant was ging Will nu kraakte de brug nog erger dan bij Thomas. Toen Gilan na Will ging kraakte de brug nog ergen dan eerst. En toen Cassandra ging nog meer. Arnaut had de hele tijd bang naar het schouwspel gekeken en kromp bij elke kraak steeds verder in elkaar. Toen Cassandra over de brug was stapte hij heel langzaam af en zette voorzichtig een voet op het hout. Er klonk een zachte kraak toen zette hij nog een voet en nu kraakte het wat harder. En bij elke stap die hij zette kraakte het harder en Arnaut begon steeds harder te lopen. Toen hij bijna bij bij het eind was kraakte een plank heel hard en brak door de midden. Arnaut en Schopper (Arnaut's paard) schrokken zo dat ze het laatste stuk rende. Toen Arnaut een beetje bijgekomen was van de schrik merkte dat iedereen stond te lachen zelf Will glimlachte. Boos ging hij rechtop staan en snoof even 'gaan we verder?' Thomas knikte en steeg op de rest volgde en ze reden weer verder daar kwamen ze bij een spleet in de wand. De spleet was ruim genoeg om een hele kar erdoorheen te laten en hij werd nog breder naarmate ze de gang in liepen. Toen de uiteindelijk bij de grot kwamen ze in een enorme ruimte die nog groter was dan de troonzaal in kasteel Araluen.
'Zo, wat denken jullie van' vroeg Spica glimlachend. 'Ik denk dat het wel groot genoeg is' antwoorde Cassandra. De rest knikte instemmend.
Reageer (1)
Mooi stukje! Snel verder?
8 jaar geleden