Hoofdstuk 2
Hoofdstuk 2 • Knappen
Net zoals de bladeren van de bomen hun kleur begonnen te verliezen en de overgang maakten van groen naar bruin en zoals de zee kon veranderen van kalm naar woest, zo veranderden ook Renées ideeën. Haar eerst nog rustige gedachten die enkel in haar hoofd leefden, begonnen zich steeds meer naar buiten te wringen alsof haar hersenen te klein geworden waren om al die informatie te kunnen bewaren. Zo voelde Renée zich ook, alsof haar hersenen elk moment uit haar hoofd zouden kunnen lopen. Ze had barstende hoofdpijn, al een hele dag door. Maar toch was ze euforisch. Alle puzzelstukjes waren ongeveer op hun plaats gevallen. Alles leek nu duidelijker dan ooit tevoren. Het was nu tijd voor vrijheid.
Renée wandelde naar haar kamer die zich op de zolder bevond. Er was slechts één raam in de kamer, een dakraam waardoor het licht schuin naar binnen viel en je de stofdeeltjes kon zien ronddwarrelen. Renée blies hard in de richting van de stofdeeltjes om te zien hoe ze gedesoriënteerd raakten en in het wilde weg door elkaar begonnen te vliegen om uiteindelijk terug in alle rust en stilte te dwarrelen zoals ze daarvoor deden en zoals ze altijd gedaan hadden. Bij mensen was het net hetzelfde vond Renée. Niemand durfde risico's te nemen, te gaan en staan waar ze zelf wilden en af te gaan op hun gevoel. Mensen leken schrik te hebben voor onzekerheid en daardoor kozen ze massaal voor zekerheid. Het leven leek voor de meesten uit niet meer te bestaan dan een saaie kantoorjob om hun gezin te kunnen onderhouden en zelfs met dat gezin waren ze dan nog niet eens tevreden. Altijd zouden mensen op elkaars kap zitten en als ze dat niet deden dan zaten ze doelloos voor zich uit te staren naar een televisiescherm of een scherm van een smartphone. Renée schudde haar hoofd van walging bij die gedachte. Nooit zou ze zo willen worden en daarom moest ze nu werken aan haar vrijheid. Nu was het nog niet te laat. Ze zou alle doorzichtige draadjes die aan haar lichaam en hersenen vastgemaakt leken te zijn doorknippen, doorscheuren als het moest. Ze zou loskomen van al dat geplande en die eenheid. De wereld moest haar niet besturen, zij zou de wereld besturen of toch tenminste haar eigen wereld.
Renée zette zich op haar knieën neer naast haar bed en tastte de vloer onder haar bed af met haar hand. Verschillende keren voelde ze een grote stofvlok en ze vond zelfs haar knalrode, verloren sok terug onder het bed, maar dat was niet wat ze zocht. Ze zette zich snel terug recht en begon haar kleerkast uit te laden. Haar truien, broeken en zelfs ondergoed vlogen letterlijk doorheen de kamer en belandden ergens op de grond. Toch vond ze uiteindelijk wat ze zocht: de kleine sleutel die ze had gekregen toen ze slechts vijf jaar oud was. Renées mondhoeken krulden omhoog en snel wandelde ze naar de andere kant van haar kamer waar ze de oranje mat die op de grond lag wat aan de kant schoof. Daarna opende ze een luikje met de sleutel en daar haalde ze allerlei spulletjes uit zoals foto's, kaartjes, brieven,...
Niet veel later likten de vlammen van het haardvuur al aan de foto's die meteen in elkaar krompen en vergingen in een zee van rood en oranje. Renée had met haar ogen gesloten al de spullen die ze op haar kamer had gevonden in het haardvuur gegooid. Aan al die dingen was er wel een herinnering verbonden, soms iets klein en belachelijk maar een herinnering was een herinnering en dat was dus ook een draadje dat Renée vastbond aan een bepaalde plaats of persoon.
'Renée waar ben je mee bezig?!'
Ze draaide zich om en zag haar moeder in de deuropening staan. Renée zuchtte. Haar moeder zou dit toch niet begrijpen. Ze was net als iedereen anders, een grijze pion in deze grijze wereld, iemand zonder stem in deze massa, iemand die net probeerde zo veel mogelijk draadjes overal te hebben zodat ze niet vergeten zou worden wanneer ze zich niet meer op deze wereld zou bevinden. Haar moeder leek net zo veel mogelijk draadjes aan te maken om haar een houvast te geven, zekerheid,... alsof ze zo niet van de wereld gezogen zou kunnen worden.
'Ik probeer me te bevrijden uit deze grijze wereld waar we allemaal een deel van zijn mama'
Ze zag de frons op haar moeders gezicht verschijnen en ze schudde haar hoofd.
'Laat maar, je begrijpt het toch niet. Je bent net als hen!', riep Renée uit en ze stormde naar buiten.
Renée begreep niet dat ultieme vrijheid een ideaalbeeld was dat onmogelijk te verwezenlijken was. Daardoor begreep ze ook niet dat al haar vrienden en familie haar wilden helpen van haar eigen ondergang. Het was alsof iedereen zag dat Renée langzaam aan het verdrinken was in haar eigen ideeën en ze haar wilden helpen door haar terug te trekken naar het droge terwijl zij gewoon verder bleef zwemmen. De draadjes van de herinneringen doorknippen was een begin maar dat was niet genoeg. Er waren nog duizenden draadjes die aan Renée vasthingen en ze wilde ze allemaal van zich losrukken. Maar terwijl Renée druk bezig was met het doorknippen van haar eigen draadjes, terwijl ze daar zat te vechten tegen al die draden, zag ze niet dat er rondom haar draadjes knapten bij haar familie en haar vrienden. Ze geraakte hopeloos verloren in een grote wirwar van draden maar ze had het zelf niet door.
Renée vergat dat alle draden konden knappen, maar dat dat niet alle draden weer gemaakt konden worden. Ze was vergeten dat als iemands draadjes knapten, deze persoon volledig gedesoriënteerd geraakte en er chaos ontstond en ze was vergeten dat het leven ook een draad was die kon knappen.
Renée was vergeten dat draden nu eenmaal niet zo eenvoudig door te knippen waren. Knappen deden ze daarentegen in een pietluttige seconde.
Reageer (2)
Wat een origineel verhaal. Er zit veel diepgang in je story. Er zit echt iets 'achter', iets 'in'. Dat is heel mooi.
8 jaar geledenJe laatste zinnen zijn zo sterk! Toen ik ze bij de omschrijving voor de eerste keer las vond ik ze ook al zo mooi!
8 jaar geledenIk mis nog steeds wat meer 'actie', maar ben wel blij dat de gedachten al wat meer door handelingen worden afgewisseld. Renée's gedachten zijn interessant, maar ik vrees dat ze richting een chaos aan het gaan is waar ze zich met moeite gaat uitkrijgen.