4
Tess snapt maar niets van wiskunde. Waarom bestaat dat vak überhaupt? Ze heeft er geen zin meer in en pakt haar laptop. Als ze een kwartiertje bezig is komen Vera en Pascalle binnen. Tess kijkt verbaasd op. “Waar is Marit?” Ze ziet hun bezorgde gezichten. “Marit is...” “Marit moet nog even wat geld pinnen, die komt wat later.” Valt Vera haar in de rede. Pascalle kijkt haar boos aan. Waarom moet haar vriendin nou zoiets oplepelen? “Marit is helemaal niet geld pinnen!” “Ah nee, wat stom van me,” Onderbreekt Vera haar weer. “Ze is nog even wat halen bij het tankstation, ze had zo'n honger. Nou, wij gaan maar eens slapen, toch?” Nou wordt Pascalle woedend. “Wat doe je makkelijk, zeg. Kan ik ook.” Ze draait zich naar Tess. “Marit is gaan drinken in de kroeg. Ze...” Vera legt haar hand op de schouder van haar vriendin. “Ze kletst maar wat uit haar nek! Ze heeft enkele glaasjes te veel op.” “Toevallig, Vera, heb ik nog geen druppel gedronken. Ik ben zo nuchter als een kalf.” Dan beginnen ze ruzie te maken. Vera rukt aan Pascalle's haar. Dan geeft Pascalle haar een trap. “Meiden... stop. Doe alsjeblieft niet zo kinderachtig.” Maar ze vechten gewoon door. Tess gooit een kussen naar Pascalle's hoofd. “Ha!” Zegt Vera. “Dat krijg je ervan.” “Even serieus, meiden. Wat is er met Marit?” Pascalle kijkt Vera aan. Vertel nou de waarheid, denkt ze. “Beloof dat je Marc geen woord vertelt?” Tess knikt. Vera vertelt het hele verhaal. “...toen trok ze een paar jongens mee de toiletten in. Je wil niet weten wat ze daar hebben uitgespookt.” “Heftig.” Ze is helemaal verbaasd als er op de deur wordt geklopt. Pascalle opent de deur en ziet Marc staan. “Hai.” Hij kijkt de kamer rond. “Is Marit er niet? Ik wil haar even wat vragen.” Als Tess opkijkt en Marc ziet, schrikt ze. Haar hart begint ineens sneller te kloppen. “Ha, Tess. Bevalt het je beter dan in kamer 68?” Tess knikt en voelt dat ze rood wordt. Snel wendt ze haar gezicht af. Waarom is ze nou zo schrikkerig? Het zal wel komen doordat ze slecht heeft geslapen. “Ja. En Marit is nog even weg, die komt vanavond terug.” Marc zucht. “Is het weer zover?” Ze weten niet wat hij bedoelt. “Dat ze weer naar de club is om te drinken.” “Hoe wist je dat?” Vraagt Pascalle, die net de deur dicht doet. “Ze denkt dat ik het niet weet. Maar ik heb haar een keer over straat zien lopen met een glas in haar hand. Ik heb haar die nacht nog thuisgebracht. Maar ze herinnerde zich niets meer van de avond daarvoor.” Vera begrijpt het niet. “Waarom heb je het haar dan nooit verteld?” “Ze is nog al fel weet je? Ik dacht dat ik zo gezeik zou besparen.” Tess moet lachen. “Heel verstandig.” Tess denkt na. Wat een stomme opmerking. Kan ze niets beters verzinnen? “Ik vraag het wel een andere keer.” Dan loopt hij naar de deur. “Dag.”
's Avonds zit Tess op bed en verveelt zich kapot. Ze besluit haar laptop erbij te pakken. Niemand heeft het toch door. Ze gaat naar een website waar alle bekende rappers op staan. Door muziek vergeet ze alles. Alles wat ze wil en moet vergeten. Ineens verschijnt er een pop-up in beeld. Wat is dat? denkt Tess. Ze klikt erop en ziet een website waar ze een mix-programma kan downloaden. Dat is vet, straks weet ze alle rappers in een nummer te krijgen. Ze besluit het te downloaden. Schiet op, rotcomputer! denkt Tess. Het kan voor haar niet snel genoeg gaan. Hèhè, eindelijk. Vlug start ze het programma en haalt al haar gedownloade nummers erbij. Ze zet haar koptelefoon op en begint met het beluisteren van alle gave effecten die het programma bezit. Dan experimenteert ze met de knip-en-plakversie van het programma. Geweldig. Ze is er helemaal ondersteboven van.
Marc loopt zijn kamer binnen. Gelukkig, er is niemand. Kan hij mooi even weer aan zijn schilderij. Hij kan het nog steeds niet geloven. Hij haalt zijn schetsboek onder zijn kussen vandaan en kijkt nog eens naar de schets. Meer details, denkt hij, maar aan de andere kant lijkt het hem tijd worden om te beginnen. Die details komen later wel. Hij pakt zijn blikken verf die hij in een verhuisdoos verstopt heeft. Ze zullen hem wel een nerd noemen als ze erachter komen als hij schildert. Maar nu is hij alleen, dus kan hij zich flink uitleven. De eerste veeg komt op het doek. En de tweede. En de derde. Hij gaat helemaal in zijn schilderij op. Als hij net lekker bezig is klopt er iemand op de deur. Daar gaat zijn concentratie. Hij veegt zijn handen aan zijn schort af en gooit hem snel op bed. Hij opent de deur en ziet Marit staan. Hij zucht. “Hoi, wat is er?” Marit lacht lief naar hem. “Ik wou even weten hoe het met mijn kleine artiest ging.” Marc kijkt door de gangen. “Sst. Niet te hard.” “Mag ik even binnenkomen?” Marc zucht weer. “Heel even.” Hij doet de deur achter Marit dicht. “Wordt mooi.” Marc weet dat Marit het niet meent. Ze knapt er juist op af dat hij schilder wil worden. Ze probeert hem steeds geniepig over te halen om wat in de modewereld te gaan doen. “Dat is echt iets voor jou.” Heeft ze gezegd. Ze is zijn moeder niet. Maar toch wil hij haar niet kwijt. Als hij het uitmaakt bazelt ze allemaal dingen over hem rond. En hij weet dat hij dan een moeilijk conflict gaat krijgen met zijn vrienden. Ze heeft wel eerder een leugen over hem aan zijn vrienden verteld. Toen wilden ze hem een week niet meer zien. Ze hebben het wel uitgepraat, maar toch is hij niet meer echt verliefd op haar. Ook nu hij weet dat ze elk weekend met andere jongens gaat stappen. Marit besteedt verder geen aandacht aan zijn schilderij. “Ik heb nieuwe kleren gekocht. Wat vind je ervan?” Marit draait een rondje zodat de rok van haar jurk groter wordt. “Leuk.” Reageert Marc. “Maar wat is er?” Marit legt haar hand op zijn schouder en gaat achter hem staan. “Ik wilde je gewoon even zien.” Fluistert ze in zijn oor. “Luister, ik vind je superlief, maar ik wil nu even verder. Alleen verder. Met mijn schilderij.” Marit is duidelijk geïrriteerd. “Dan ga ik maar...” Marc moet lachen om haar drama. “Is er iets?” Marc schudt zijn hoofd. “Nee hoor.” Marit loopt naar de deur en slaat het achter haar dicht.
Hafida had geluk vandaag. Weer een kort dagje. Gisteravond zou ze eigenlijk de hoofddoek passen, maar dat heeft ze van zich af weten te praten. “Druk, druk, druk.” Loog ze. Maar nu zal ze wel moeten. Ze hoort subtiele voetstappen de trap op komen. Daar komt haar moeder al aan... Snel verbergt Hafida de hoofddoek achter haar rug. Als de deur opengaat staat haar moeder in de deuropening. “Hoi. Ben je net thuis?” Hafida knikt. “Ja, en ik heb héél veel huiswerk.” Hafida's moeder denkt na. “Heb je twee minuutjes voor me?” Het zou vast wel weer zo'n klusje zijn als laatst, denkt Hafida. Toen moest ze een kopje pakken waar haar moeder niet bij kon. “Ja, tuurlijk. Wat is er?” Hafida weet zeker dat het niet belangrijk is. “Die hoofddoek van gisteren,” Begint ze. “heb je die al gepast?” Chips! denkt Hafida. Dus toch! “Euhm...” Hafida's moeder kijkt teleurgesteld. “Waarom heb je dat niet gedaan? Je zal toch een tweede stap moeten maken.” “Ik ben het denk ik vergeten. Ik had veel leerwerk gisteren en daar moet je goed met je hoofd bij zijn. Sorry, ik zal het een andere keer doen.” Liegt Hafida. “Een andere keer?” Vraagt haar moeder. “Ik had juist nu er voor ingepland!” Hafida weet dat het tijd is. Vanaf morgen lacht iedereen haar uit. Dan is ze de nerd van de school. Omdat ze een suffe hoofddoek draagt. Ze kan wel janken. Maar ze houdt zich groot en houdt haar handen op. Haar moeder legt de hoofddoek in haar handen. Hafida trekt het over haar hoofd en manoeuvreert het tot er geen rimpels meer zijn. Ze kijkt in de spiegel en ziet een totaal andere Hafida. In de spiegel ziet ze haar moeder glunderen. “Morgen,” Begint ze weer. “mag je iedereen laten zien wie je bent.” Wat bedoelt ze daarmee? denkt Hafida. Ze hoopt niet dat ze hem morgen al op moet. “Morgen mag jij hem op naar school.” Hafida's maag krimpt ineen. Ze hoopt oprecht dat Raphael morgen ziek is. Ze knikt naar haar moeder en lacht onderdrukt.
De volgende dag stapt Hafida op de fiets met haar hoofddoek op. Haar moeder leunt tegen de zijkant van de deuropening. “Ga je niet met de bus vandaag? Het gaat regenen.” Hafida schudt beslist haar hoofd. “Nee.” Iedereen zal haar uitlachen. Ze draait de garage op slot en geeft haar moeder een kus op haar wang. “Tot vanmiddag.” Dan stapt ze op haar fiets en rijdt vliegensvlug naar school. Als ze is aangekomen zet ze haar fiets in de stalling en loopt onzeker naar binnen. Ze kijkt steeds om zich heen of niemand haar raar aankijkt. Oh nee! Daar staat Raphael! Snel verbergt ze haar gezicht, maar hij heeft haar al gezien. Hij loopt aarzelend naar haar toe en geeft haar een kus. “Hoi.” “Hallo. Zit jij al naast iemand in de les?” “Euh... volgens mij zit ik al naast Bo. Ik vraag het wel even.” Hafida haast zich naar Bo toe. “Bo, zullen wij naast elkaar zitten in de les?” Bo bekijkt haar hoofddoek. “Wat heb je nou?” Hafida staart beschaamd naar de grond. Even is het stil. “Nee, ik zit naast Sanne. Oh, en Jessica zit naast Daan.” Hafida weet dat het door haar hoofddoek komt. Ze knappen op haar af. “Oh, oké.” Ze sjokt terug naar Raphael. “Wij zitten naast elkaar.” De deur van het lokaal gaat open en iedereen loopt naar binnen. “Iedereen stil graag!” Moppert mevrouw Visser. Iedereen gaat op zijn plaats zitten. Raphael kijkt de hele tijd naar Hafida. Hafida stoort zich aan hem. “Wat is er?” Vraagt Hafida beledigd. “Ik wist niet dat je moslim was.” Nee, maar hij denkt het nu dus wel. Ze kan het niet ontkennen met een hoofddoek op. “Het geeft niet.” Zegt hij gauw. “Ik wist het gewoon niet.” Dan kijkt Mevrouw Visser Hafida's en Raphaels kant op. “Hafida. Wil je Raphael eens met rust laten, a.u.b.?” Hafida wendt haar gezicht van Raphael af. Ze schaamt zich zo!
Reageer (1)
Ze hoeft zich er niet voor te schamen. Mensen moeten het accepteren. Iedereen geloofd iets anders. En het is echt niet ze opeens een ander mens is met hoofddoek. Ze blijft gewoon zich zelf.
8 jaar geleden