Deze is door verschillende mensen aangevraagd. Namelijk hoe Emiel en Aiden vrienden werden.
De leeftijd is ongeveer basisschool/kleuterklas. Fantaseer maar wat je het beste vindt passen! Het was best een uitdaging te schrijven :)

Speciaal voor de aanvragers: theprivategamer

@Jakey91

@Nienkegroenendijk

"Welke juf heb je vandaag?" Mam houdt mijn hand beet als we naar de kleuterschool lopen.

"Juf Astrid," zei ik nors. Juf Astrid is niet leuk want ze lijkt op een ribbeltjechip. Ze heeft heel veel ribbels op haar gezicht, volgens mama zijn het rimpels, maar ik vind het eerder op ribbeltjechip lijken, met ogen en een mond. Ze is eigenlijk een beetje lelijk, maar wel lief. Een lieve lelijkerd.

"Oh, nou dat is wel leuk toch? Hé, anders vraag je eens iemand te spelen vanmiddag. Dat is al een lange tijd geleden dat er een vriendinnetje is langs geweest." Ik knik. Ik neem altijd Amber mee spelen omdat het leuk is. We eten eerst een koekje, dan gaat zij met de pop spelen en doe ik alsof ik naar de WC moet. Daar ga ik lezen. Als het half vijf is gooi ik haar de voordeur uit en dan zeg ik tegen mama dat ik een leuke dag heb gehad.

"Nou, veel plezier lieverd." Mam stopt voor het hek en buigt zich naar me toe. Ze knikt vervolgens. "Wel lief wezen hoor."

Ik knik braaf en ren vervolgens met mijn kleine beentjes over het plein naar binnen. Ik zie mijn klasgenootjes met tassen klaarstaan wat betekent dat we gaan gymen. Ik vind gymen stom, ik ben te klein en iedereen wordt boos als ik uit het raam klim.

"Aiden, heb je je gymspulletjes?" Juf Astrid loopt naar me toe. Ze heeft een rode trui aan en een blauwe broek. Het is oud want er zit een gat in haar broek.

"Ja!" Ik hou de tas in de lucht en juf Astrid knikt me toe. "Kleed je maar gauw aan in de jongenskamer." Ik knikt en loop door de gang naar de jongenskleedkamer. We hebben de gymzaal aan de school zitten, ik denk dat de juffen te lui zijn om te ver gaan lopen. Want als we naar een gebouw moeten lopen kunnen ze niet met de auto, omdat niet alle kinderen erin passen. Daarom bouwen ze het gebouw tegen de school aan.

Ik stap de jongenskleedkamer binnen en ga naar de kapstok toe in de hoek. Ik zie dat Jay, Timon, Emiel en Alex er ook al waren. Bolle Bob was is nergens te zien.

"Aiden mag hier niet omkleden!"

Ik draai me om naar Emiel die me een blik geeft.

"Waarom niet?" Vraag ik terwijl ik mijn tas neerleg.

"Jij hebt een meisjes naam, je moet bij de meisjes omkleden."

Ik frons. Ik heb Emiel nooit slim gevonden maar dit was de domste opmerking ooit. Sinds wanneer ben ik een meisje geworden?!

"Jij bent lelijk en ik zeg toch ook niet dat jij bij juf Astrid moet omkleden." Zeg ik terug. Emiel geeft me een rare blik maar daar ga ik niet op in. Zijn informatie klopt toch niet.

"Aiden is raar, net als zijn naam." Klinkt de stem van Jay. Jay heeft een grote neus. Hij steekt zijn neus ook altijd in andermans zijn zaken, daarom is hij zo groot.

Ik draai me rug naar de jongens toe. Ze doen altijd stom, maar het zijn de enige jongens bij mij in de groep. Ik moet altijd met Bolle Bob samen werken, omdat niemand anders met mij wilt samen werken. Dat is niet leuk, want Bolle Bob is heel traag. Daar kan hij niks aan doen, het komt door zijn vet.

Als ik me omdraai zie ik dat alle jongens al weg zijn. Ik trippel de gang op, opweg naar de zaal.

Na een uurtje hebben we de matten opgeruimd en lopen we hand in hand terug naar de kleedkamers toe. Mijn hand zit in het klamme handje van Bolle Bob geplakt.

We lopen de kleedkamers in en ik verlos mezelf van zijn nattigheid. Ik loop naar het hoekje toe waar ik mijn tas heb neergegooid en pak het voorwerp van de grond. Er verschijnt een diepe frons op mijn gezicht als ik mijn kleding er niet in zie zitten. "Wie heeft mijn kleren gepakt?" Ik draai me om.

"Ik niet!" Roept iedereen in koor.

"Ja! Daar geloof ik niks van," ik schud mijn hoofd. "Mijn kleding is veel cooler dan die van jullie en nu hebben jullie die gestolen." Dit is niet leuk, die stomme kinderen van mijn klas zijn ook arme sloebers. Maar stelen vind ik niet leuk!

"Dat is niet waar! Wij passen jouw meisjesmaat niet eens!" Krijst Emiel erboven uit.

Ik duw mijn handen tegen mijn oren aan om mijn gehoor te beschermen. Ik ben ook zeker te jong voor een gehoorapparaat.

De rest begint zich aan te kleden terwijl ik nog in mijn sportbroekje en thisrtje sta. "Misschien moet je zoeken," helpt Bolle bob me. "Jou vertrouw ik," zeg ik dan. Hij past mijn kleding toch niet, daar is hij te bol voor. En daarnaast kleedt hij zich nooit om, hij gymt altijd in zijn dagkleding. Misschien kan hij zich niet omkleden omdat hij te bol is. Ik weet het niet.

"Ik heb ze gevonden, Aiden!" Bolle Bob zijn stem galmt door het kleedkamertje, vanuit de douchejes. Ik trippel naar het plekje toe en frons dan diep. "Oh," mompel ik. "Ze zijn nat." Helpt Bolle Bob me.

Ik raap mijn kleding op en loop dan de kleedkamer binnen. Zonder naar het groepje jongens te kijken loop ik rechtsstreeks op mijn hoekje af en wurm ik mijn lichaam in de koude, natte kleding. "Haha! Aiden heeft in zijn broek geplast." Emiels lach maakt mijn dag compleet. Het is een stomme dag.

De rest van de jongens beginnen te lachen. Ik draai me om naar ze. Het stof voelt klam aan, wat me een koud gevoel geeft. Ze lachen en wijzen naar me, wat me een beetje warmer maakt. Ze kunnen nog altijd om me lachen, want ja. Ik laat mensen met liefde lachen.

Hierdoor durf ik ook een beetje te zeggen dat ik de leukste jongen van de klas ben. Iedereen lacht om me en iedereen zorgt ervoor dat ze met me om kunnen gaan. Emiel doet dat het meest, door mijn kleren te verstoppen of grapjes over me te maken. Het leukste is dan dat ze om mij lachen en niet om Emiel. Net zoals nu.

"Kom jongens!" Juf Astrid haar stem klinkt nu. Na een paar seconden staan we buiten en lopen we hand in hand naar de klaslokaal. "Jullie mogen pauze houden. Pak jullie broodtrommeltjes maar."

"Juf?" Ik loop naar Astrid toe en trek aan haar rok, die wat naar beneden zakt. "Aiden," ze verlaagd zich tot mijn niveau en glimlacht naar me. "Niet aan mijn rok trekken, dat had ik je al gezegd. Wat is er?"

"Is Amber er ook?" Ik herinner me nog dat ik haar moest vragen om bij me te komen spelen.

"Amber is ziek maa- hé, Jay!" En haar lieve ribbeltjesgezicht verandert in de duivel. Ze rent weg en ik blijf achter.

Ik draai me om. Wie moet ik nu vragen om te komen spelen? Ik loop naar mijn tafeltje toe en laat mezelf op de stoel zakken. Eerst besluit ik mijn appel op te eten, voor ik mijn volgende slachtoffer kies.

"Meisje!" Ik voel een potlood in mijn rug prikken, waardoor ik me omdraai. Emiel staat voor me met een stompe potlood. "Hoi," begroet ik hem. "Wil jij met mij spelen?"

Emiels gezicht vertrekt. "Meteen na school, bij mij." Besluit ik. Emiel begint er nerveus uit te zien, maar dat negeer ik. Het zal misschien lastig zijn om met een populaire jongen op te trekken, maar het zal vast meevallen. Amber had het ook overleefd..

"Mama!" Ik ren op mijn moeder af die bij het hek staat. School is voorbij. Ze glimlacht naar me en neemt me in haar armen. "Héé, lieverd." Ze buigt naar me toe en geeft me eerst een kus voor ze mijn tas vast pakt. "Ik ga vanmiddag met Emiel spelen." Vertel ik haar. "Emiel?" Ze begint te fronsen. Ik knik en wijs de donkerharige jongen aan. Vanmiddag was Emiel erg stil en nu ziet hij eruit alsof hij elk moment zou kunnen gaan overgeven. Misschien vindt hij het wel erg spannend..

Mijn moeder loopt naar Emiels moeder toe. Ze praten wat en dan neemt mijn moeder ons mee naar huis.

"Willen jullie wat drinken?" Vraagt ze als we in de gang staan.

"Nee," beslis ik. "Mogen we naar de speeltuin?"

Mijn moeder schudt haar hoofd. "Het gaat zo regenen, blijf maar binnen. Moet ik een spel pakken?"

Opnieuw schud ik mijn hoofd. "Ik laat Emiel mijn kamer zien." Ik gooi mijn jas neer en ren dan op de trap, gevolgd door Emiel. We rennen naar boven en ik schiet naar de eerste deur rechts. "Dit is mijn kamer!" Roep ik als ik de deur open trap. Emiel loopt nieuwsgierig naar binnen. Ik heb een lichtblauwe kamer met een eigen bed. Op mijn bed heb ik geen knuffels meer, dat is niet stoer. Ik heb drie boeken.

"Slaap je helemaal alleen?"

Ik knik naar Emiel. Dan loop ik naar mijn bed toe en gooi ik alle boeken, kussens en dekens ervan af. "Help me." Ik duw het matras in Emiel zijn handen en loop dan samen met hem naar de trap. Daar laat ik het matras op de grond vallen.

"Wat gaan we doen?"

"We halen de speeltuin hier natoe," ik zet een fluistertoon op. "Dit is de glijbaan." Ik wijs naar de trap.

Emiel lijkt niet overtuigd.

"Ik doe het voor!" Ik leg het matras goed op de trap, maar niet te ver anders glijdt hij weg. Dan zet ik een paar stappen naar achteren. "Drie, twee, één.." Ik ren op het matras af, laat me erop vallen en meteen schiet ik met matras en al de trap af.

Als ik op de grond lig boven op het matras lach ik. Het blijft leuk.

"Ben je dood?!" Ik draai me om naar Emiel die achter me staat. Hij heeft een diepe frons op zijn gezicht. "Nee, wil jij ook?" Ik sta op en trek het matras overeind. Emiel antwoordt niet. "Help me naar boven tillen."

Emiel pakt het matras beet aan de voorkant. Samen lopen we de trap op en ik leg hem klaar. "Nu moet jij."

Emiel staart naar het matras. Het gaat niet echt bepaald snel, want hij blijft op dezelfde plek staan.

"Moet ik aftellen?" Ik loop naar hem toe. "En dan moet je rennen."

"Ik durf niet," hoor ik hem mompelen.

"Je wat?" Ik begin te fronsen. "Waarom niet?"

"Ik heb dit nog nooit gedaan, straks val ik eraf."

"Wat voor spellen speel je dan met vriendjes?"

"Voetbal," zegt hij simpel. Ik kokhals.

"We gaan samen!" Ik pak zijn hand en trek hem mee naar het matras. Emiel twijfelt zichtbaar, maar daar heb ik geen tijd voor. Ik ga op het matras zitten, het is wel het saaiste manier maar als Emiel niet in zijn broek pist heb ik het er voorover.

Bah.. Anders slaap ik in Emiels plas.

"Kom achter me zitten."

Ik voel hoe Emiel achter me gaat zitten en zijn armen om me heen klemt. Met een beetje moeite duw ik ons af en sleeën we naar beneden. Nog geen twee seconden later hoor ik Emiel schaterlachen.

Hierna gaan we nog een paar keer, na een tijd duw ik Emiel de trap af en zwaai ik hem na.

"Dit is echt grappig," Emiel legt de matras weer klaar terwijl ik tevreden toe kijk. Het is wel handiger met Emiel erbij want nu hoef ik hem niet alleen naar boven te tillen.

Op het einde hebben we een leuke dag gehad. Als Emiels moeder er is ruimen we het matras op. "Emiel, waarom doe je altijd gemeen tegen me?"

Emiel kijkt me aan en hij valt stil. "Omdat jij nooit iets tegen de juf zegt. En je bent slim omdat je kan lezen."

Ik kijk naar hem. Wel een leuk compliment maar ik weet niet of dat het enige is.

**

Emiel en ik begonnen steeds meer met elkaar om te gaan, eerst begon het met een middagje spelen en het liep uit tot samen zitten in de kring naar de pauze bij elkaar doorbrengen. Ik voelde me trots dat ik eindelijk iemand had gevonden die me wilde duwen op de schommels.

Vandaag was een bijzondere dag. Ik had mijn eerste slaapfeestje bij Emiel, want hij had me uitgenodigd. Ik wilde mijn matras in de auto duwen maar toen werd mijn mama een beetje boos, ze zei dat dat niet hoefde.. Ik gok dat ik in Emiels bedje slaap, en hij op de grond.

We stappen uit de auto en lopen Emiels tuinpad op. Ik was hier sinds de afgelopen weken vaak geweest, bijna elke dag. En anders waren we bij mijn thuis spelen. Op woensdagmiddag kon Emiel niet, want dan had hij voetbal. Ik ben een keer meegegaan, maar de coach werd boos op me omdat ik wilde meedoen. Uiteindelijk eindigde ik in de kleedkamer, waar ik moest wachten. Ik heb maar wat dansjes gedaan om de tijd te doden. Zonde dat ik daar alleen zat, want ze waren prachtig.

"Hee Aiden, kom binnen. De rest zit al in de woonkamer!" Ella, de moeder van Emiel, staat in de deuropening. Ze heeft dezelfde donkere krullen als Emiel en ik vind haar heel aardig. Ik knik en ik loop met mijn tas vol slaapspullen en cadeautje de woonkamer in.

"Hoi!' Emiel zwaait naar me. Naast hem zitten Alex en Timon. Tegenover Emiel aan de tafel zit Jay. Op de tafel staat een taart en cola. De kamer is versierd met ballonnen en slingers. Ik zwaai simpel terug en zet mijn tas op de grond. Dan loop ik naar de tafel toe en pak ik een stoel. Met een beetje moeite sleur ik het houten voorwerp naar Emiel toe en plaats ik hem tussen Emiel en Alex neer. Dan ga ik op de stoel zitten.

Zo, nu zit ik naast Emiel.

"Waarom is Aiden er ook?" Alex kijkt vragend naar Emiel.

"Omdat ik goed kan dansen," verklaar ik. En paar van de jongens geven me gefronsde blikken, maar daar ga ik niet op in.

"Zullen we voetballen?" Vraagt Emiel. Meteen vliegt iedereen de deur uit. Ik frons naar de taart die op tafel staat. "Ga je mee Aiden?' Emiel trekt aan mijn mauw. "Zonde van de taart," fluister ik. "We moeten hem gescheldschap houden."

"Waarom?"

Mijn mond schiet open. "Omdat hij eenzaam is!"

"Aiden, kom nou." Dringt hij aan. "De rest wacht."

"Sssht!" Ik duw mijn vingertoppen tegen Emiels mond aan. "Hij praat!" Ik buig dichter naar de taart toe.

"Taarten prate-"

"Wat zeg je?!" Roep ik door Emiels woorden heen naar de taart. "je wilt gegeten worden, nu?!" Ik richt me op Emiel. "Het is etenstijd."

"Ik wil wel taart.." Hij fronst naar me. "Maar taarten praten niet."

Owja, dat is waar ook. "Oke! We gaan voetballen." Ik hop van de stoel af en pak Emiels hand beet. Hij is iets groter dan mij, net als mijn hand. "Emiel?"

"Ja?"

"Zullen we verkering nemen?"

Emiel kijkt me met een raar gezicht aan. "Verkering?" Vraagt hij. Ik knik. "Ik zag gister met mama een tvserie, en mensen hadden verkering. Mama zei dat je verkering hebt met iemand die je aardig vindt. Ik vind jou aardig."

Emiel knippert een paar keer en dan knikt hij. "Goed, dan hebben we verkering." Hij neemt me mee naar buiten, waar Jay, Timon en Alex al aan het voetballen zijn.

Emiel en ik rennen het veld op. Ik krijg nooit de bal, maar dan oefen ik op danspasjes. Daar ben ik echt goed in. Als ik de bal krijg schop ik hem aan de kant. Dan doe ik een overwinningsdansje

Hij ging over de lijn!

Ik word later profvoetballer.

"Die is uit!' Roept Alex. "Wij mogen uitnemen!"

"Nee," krijst Jay. "Aiden zit niet in ons team, hij is slecht!"

"Ik zit inderdaad niet in jullie team, jullie zijn te slecht." Ik steek mijn tong uit. Ik zal nooit met die sukkels samen kunnen dansen.

"Niet gemeen doen! We hebben verkering!" Bemoeit Emiel zich dan ook ermee. Het blijft een tijdje stil, dus ik ga maar weer met die heupen zwingen.

We blijven een tijdje buiten, tot Ella ons roept dat er patat is. Die we eten, met een glas cola. Daarna gaan we om half negen naar bed! Ik voel me stoer, want meestal moet ik van mijn mama om kwart voor acht plat. Anders word ik te druk, zegt ze.

Maar wie gelooft dat..

"Heeft iedereen de pyjama aan?" Ella komt de slaapkamer in die van Emiel is. Hij ligt samen met Rick, maar die slaapt sinds gisteren in een andere kamer. Nu liggen er een paar luchtbedden op de grond en slaapt Emiel in zijn eigen bed. "Ga maar gauw liggen dan, jullie moeten ook snel gaan slapen want het is al bijna de volgende dag."

Jay kijkt verschrikt en ook Alex ziet er gechoqueerd uit. Ik haal mijn schouders op, het moet toch ooit de volgende dag worden.

Nog geen vijf minuten later liggen we, doet Ella het ligt uit en de deur op een kier, en beginnen de jongens te keten. Ik snap weinig van slaapfeestjes, ik heb nog nooit bij iemand anders geslapen. Ze fluisteren over dingen en dan beginnen ze rare dingen te doen als stickers op elkaar plakken. Zonde..

Al snel is het stil. Aan mijn zijde die ik de jongens al slapen. Ik trek de dekens iets hoger op, tot mijn neus en kijk dan onder het bed van Emiel. Eigenlijk vind ik het maar stom en wil ik liever naar huis toe..

Ik duw de dekens van me af en ga rechtop zitten. "Emiel," fluister ik. "Is het slaapfeestje al voorbij?"

"Nee," hij wrijft in zijn ogen. "We moeten nog slapen."

"Ik wil naar huis." Mompel ik dan zacht. Ik mis mijn bed en mama.. Mijn stem trilt en zelfs mijn bovenlip begint bewegingen te maken. Het dansen zit nog in me, diep in de nacht.

"Niet huilen," hoor ik Emiel zacht zeggen. Toch kan ik er niks aan doen en blijven de tranen opkomen.

"Aiden?" Emiel tikt tegen mijn schouders aan. "Niet huilen, we hebben verkering weet je nog?" Ik knik. "Wil je anders bij mij komen liggen?"

Ik knik opnieuw en dit keer ga ik erbij staan, om me vervolgens tegen Emiel aan te leggen. "Hoi," fluister ik. Hij schiet in de lach. "Dit is wel dichtbij," zegt hij dan zacht. "Het kan nog dichterbij-er." Zeg ik simpel. Ik kruip in zijn armen en het rare gevoel van net is als sneeuw voor de zon verdwenen. "Ik vind je best aardig, maar je bent soms ook raar." Zegt Emiel uiteindelijk. "Jij bent ook raar." Mompel ik tegen hem aan. Hij ruikt best lekker..

"Mama zegt dat mensen die raar zijn samen het langst vrienden blijven."

Ik knik en sluit mijn ogen, ik voel me veilig bij hem. Na mijn eerste nacht bij Emiel bleef ik vaker slapen, en Emiel ook bij mij. Op een gegeven moment gaf Emiel het voetballen op, want bij mij zijn vond hij veel leuker. Onze verkering duurde tot groep zeven, toen begrepen we pas echt wat het inhield.. Maar boven alles had Emiels moeder gelijk.

Twee gestoorde debielen hebben de langste vriendschap ooit.

Reageer (1)

  • Krazyrayray

    AAAHWW dit vind ik altijd zo mooi! Heel erg mooi geschreven

    7 jaar geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen