Deel 2: Wat doen we hier? 'Jenny_2'
Ik was verbaasd toen Gale een muur uit zijn hand liet komen, maar dit slaat echt alles. Ik droom, of niet? Nee, dit voelt te levendig en te echt om een droom te zijn. Ik moest nog maar kijken naar de steen en er ging een koude en warme rilling over mijn rug. Ik had hem niet eens vast, Gale liet hem alleen maar zien. Ik wist het meteen zeker, die steen is voor mij bedoeld, dat moest hij niet eens zeggen. De steen straalde gewoon mijn naam uit. Het voelt een beetje zoals toen ik die oranje steen op de heuvel sloeg. Dat laatste was enkel iets intenser. Ik wou al richting van Gale lopen om mijn steen te nemen, maar Lolan was me voor. Lolan gaf die steen een stevige mep, ik voelde mezelf en Gladiris erdoor trillen, alles begon zo raar te voelen.
Eindelijk had ik mijn eigen steen vast, nu begon het pas. Mijn zintuigen werden plots sterker: meer zien, meer ruiken, ik proefde zelfs de gemengde gevoelens van Alia. Door die versterkte zintuigen was ik wat in de war en barste ik enorm uit tegen Lolan. Het was wel een terechte uitbarsting, maar misschien ook wat overdreven.
Mijn zintuigen bleven aanscherpen, en er was ook nog een ander gevoel dat ik niet kan thuisbrengen, ik weet nog steeds niet wat echt was en wat niet. Als ik niet nog hier met de anderen zou staan, zou ik zweren dat ik het gedroomd had. De steen begon nog meer te gloeien, zo intens dat het mijn lichaam binnen drong. Het kan niet dat de anderen dat niet gezien hebben. De warmte van de steen leek op de warmte bij mijn favoriete plek in de woestijn. De gloed stroomde door mijn hele lichaam en veranderde iets in mijn bloed. Ik kan het nog steeds niet benoemen, maar het voelt niet slecht, ik voel nu levenslust door mijn aderen vloeien, ik kan alles aan.
Dan gloeide ook Gladiris op en schoot los van mijn heup. Doordat Ik de steen vasthad, kon ik er niet naar grijpen. Achteraf bekeken kon ik helemaal niet bewegen, dat zal ook de reden zijn dat de steen in de lucht vloog zonder dat ik er iets aan kon doen. De steen werd kleiner alsof er in gekapt werd, tegelijkertijd voelde ik dat de stukjes steen die er vanaf vlogen in mijn lichaam verdwenen. Het heeft me sterker gemaakt, alsof het een soort pantser werd.
Net zo plots als het begonnen is, is het over, de steen is zover gekapt tot er enkel een oranje diamant of zoiets overbleef. Ik heb weleens diamanten gezien, maar niet oranje. Ze waren ingebed in een muur van het verblijfshuis van Ja’afar in Hiën, Ja’afar houdt van pracht en praal, maar het kost veel werkkrachten en die betaalt hij maar bitter weinig. Ik heb gehoord dat de diamanten en edelstenen in Unovih gemaakt worden. Dat betekent dat Ja’afar ze zelf naar Hiën heeft moeten brengen, want hij is de enige die over de kloven kan reizen. Hoewel, tot nu, wij vieren hebben het net ook gedaan.
Gladiris zit weer met zijn schede aan mijn heup alsof er niets gebeurd is, maar dat is niet zo, dat zie je aan de oranje diamant die aan de bovenkant van het handvat zit. De diamant straalt ook iets raars uit. Er … Er is nog iets, misschien is het toeval maar ik voel iets wat Gale al beschreven heeft. Een soort afgesloten ruimte in mijn hoofd waar ik met mijn gedachte naar toe kan maar niet binnen omdat er een barrière is. Ik denk wel dat ik die kan doorbreken, maar dat wil ik nu niet doen. Denk maar aan wat Gale erover verteld heeft, toen hij de barrière doorbrak kwam er een muur uit zijn handen. Dus nu zou ik misschien ook wel magie kunnen gebruiken? Het maakt op dit moment niet uit, zou er ook maar iemand dit alles kunnen verklaren?
“Wat is er in de naam der Goden gebeurd?”
Geen antwoord, dat had ik wel verwacht, dit gaat ons begrip te boven.
Ik grijp mijn zwaard, dit wil ik van dichterbij bekijken. De edelsteen is zo mooi geslepen, geen enkele die ik ken smid kan dit zo goed, zelfs Philippe niet. Magie! Dat is de enige mogelijke verklaring, dit is ook de eerste keer dat ik geloof dat het echt magie is. Tot we uit de hand van Gale een muur zagen verschijnen, had ik waarschijnlijk het woord ‘magie’ spottend of in een sprookje gebruikt.
“Magie …” zucht ik, “Hoe zit het met jullie? Waar zijn jullie zwaarden en edelstenen? Misschien gebeurt er hetzelfde.”
“Ik denk dat je even goed als ons weet dat de enige die een zwaard heeft jij bent. Ik en Lolan hebben helemaal niets en Alia heeft een boog” antwoordt Gale.
“Nu je het zegt,” zegt Alia zacht, “hier in die boog zit ook een kleine groeve, groot genoeg voor een edelsteen zo groot als de jouwe.”
We kijken elkaar aan, recht in elkaars ogen, en we hoeven niet eens iets te zeggen, want we lopen allemaal richting van de kamer van Alia. Onderweg lijkt Gale wel in gedachten verzonken, waar denkt hij nu weer over na. Ik erger mij eraan dat hij niet alles met iedereen deelt, net zoals dit, er is iets belangrijks dat hij niet zegt. Dus daarom moet ik het hem wel vragen.
“Waar denk je nu weer over na, Gale?”
Het komt er harder uit dan ik bedoeld heb, nu ja misschien komt het er zo uit omdat ik mij zo voel, niet?
“Daarnet toen ik en Alia elkaar aankeken, voelde het alsof ze iets zei, maar dat is toch niet zo, of wel?”
Verbaasd kijkt Alia naar hem.
“Nee, tot zover ik het mij herinner niet nee, wat hoorde je mij zeggen dan?”
“Het was alsof je zei: ‘misschien is er echt een edelsteen voor mijn boog, ik moet daar nu snel naar toe!’”
Dan stopt Alia abrupt, en kijkt Gale met open mond aan.
“Dat heb ik inderdaad niet gezegd. Maar, ik heb dat wel gedacht, letterlijk zoals je het net zei. Gale, je hebt net mijn gedachten gelezen!”
Ik verwachtte dat Gale nu heel verbaasd ging kijken, maar hij had het blijkbaar wel deels verwacht.
“Dit is niet de eerste keer dat ik gedachten lees, meerdere keren dat ik het gevoel had dat ik wist wat iemand dacht, ik was dan echt in de war en ik was niet zeker dat het echt gebeurde. Meestal waren degen waar ik gedachten van las de ‘bewakers’, dat zijn de mensen die mij en de andere wezen zouden moeten verzorgen, maar ze bewaakten ons alsof we criminelen waren, we mochten ook bijna nooit buiten. Dat maakt nu niet meer uit, ik las soms hun gedachten en dan ging het er vaak over dat ik geen mens zou zijn.”
Ondertussen staan we allemaal stil in de gang, Lolan was eerst verder gelopen, ik ben er eigenlijk ook niet zeker van of hij wel naar de kamer van Alia gaat. Waarschijnlijk wou hij gewoon wat rondneuzen. Het maakt niet uit, hij is in elk geval terug bij ons.
Nu terug bij Gale, ik vind het steeds oneerlijker wat hij allemaal heeft, hij kan magie gebruiken en nu kan hij ook nog gedachten lezen. Misschien is hij op dit moment mijn gedachten aan het lezen.
“Hè Gale, weet je wat ik denk?” vraagt Lolan spottend
“Ik weet niet Lolan, ik kan maar af en toe gedachten lezen, en tot nu toe enkel als ik recht in iemand zijn ogen kijk. Maar ik begin te vermoeden dat als ik de magie en het gedachtenlezen combineer het wel eens heel handig kan zijn. Bijvoorbeeld, ik verplicht iemand recht naar mij te kijken door magie te gebruiken, daarna lees ik zijn gedachten, handig toch? Maar dan moet ik eerst weten hoe ik die 2 gaven kan gebruiken wanneer ik het wil.”
“Ik denk dat je een mep in je gezicht verdient als je durft nog eens gedachten te lezen!”
Ha mooi zo Lolan, Gale is toch maar aan het stoefen, ik wil ook gedachten kunnen lezen, dan weet ik op zijn minst wat anderen van mij denken.
“Gale, ik denk niet dat jij de enige bent die het kan. Ik denk dat wij allemaal het misschien ook zullen leren, in mindere maten, maar ik ben niet helemaal zeker.” Begint Alia, zeer onzeker.
Nu ben ik zeker jaloers, nog even en ik barst uit, hoe oneerlijk is het wel niet als iedereen iets kan, maar jijzelf niet? Ik kan helemaal geen gedachten lezen, ook niet in mindere maten, nog nooit voor gehad. Dan volgt er een gesprek tussen Gale en Alia, Lolan beseft het precies niet helemaal en ik heb geen zin om mij erin te mengen. Onwillekeurig luister ik toch naar het gesprek tussen Alia en Gale.
“Zeg maar Alia, wie weet helpt het ons allemaal om verder te gaan in wat er met ons aan de hand is, ik heb het gevoel dat we iets missen, dus wie weet.”
“Ik vertelde toch dat ik de laatste maanden voor ik naar hier kwam in het bos heb geleefd hè? Vrienden heb ik er dus wel gemaakt, maar het zijn dieren natuurlijk. Af en toe kreeg ik het gevoel dat ik hen echt begreep, alsof ik echt hun gedachten hoorde. Ik heb altijd voor mezelf volgehouden dat het kwam doordat ik zoveel tijd met hen doorbracht, maar nu denk ik dat het weleens zou kunnen dat ik echt hun gedachten las.”
Ik laat Gale niet meer beginnen, ik heb mij te vroeg jaloers gedragen bij Alia, ik heb het ook 1 keer gehad natuurlijk. Op de dag van mijn verjaardag.
“Ik heb het ook! Ik heb een parkiet, Sparky. Sparky praatte in mijn hoofd tegen mij, ik was verbaasd, het kon niet, ik geloofde het niet, het is maar 1 keer gebeurd, ik hou van Sparky, mijn ouders kochten hem, hij is zo lief …”
Mijn gedachten huppelen over elkaar, net alsof ze als eerste door mijn mond naar buiten willen springen, ik zie aan de ogen van Gale en Alia dat ze het niet verstaan. Lolan wel natuurlijk, want ik had het hem al verteld.
“Rustig Jenny,” sust Gale, “we hebben tijd, vertel maar zodat we het begrijpen.”
Tijd, ik heb het ongeruste gevoel dat er geen tijd is. Iets zegt me dat er iets zwaar gaat mislopen als we niet voortmaken.
“Ik zei het al aan Lolan, ik heb per ongeluk de gedachten van mijn parkiet gelezen. Eerst dacht ik dat het maar inbeelding was, dan hoorde ik dat Lolan al een hond had gehoord in zijn hoofd en nu dit weer. Het is geen toeval meer, we kunnen allemaal gedachten lezen, maar ik heb nog nooit die van een mens gelezen. Eigenlijk heb ik nog maar 1 keer gedachten gelezen. Een paar dagen geleden, net voor ik naar hier kwam ben ik verjaard. Toen heb ik de gedachten van Sparky, mijn parkiet, gelezen.”
Nu pas besef ik dat onze stemmen weergalmen in de gang, misschien moeten we gewoon verder gaan kijken of er nog een steen is voor Alia en de jongens. Ik denk eigenlijk alleen dat Alia er nog eentje zal vinden, want de jongens hebben geen wapens waarin die steen zou moeten passen.
“Laten we verder gaan, ik voel me niet zo goed bij het gedachten kunnen lezen.” Gale weer, waarom voelt hij zich daar nu niet goed bij? Het is toch handig om te weten wat je moet doen bij een bepaald iemand? Zeker als je het kan sturen. Waarschijnlijk vindt hij het niet leuk omdat anderen hem dan anders gaan bekijken. Ik doe dat ook eigenlijk, misschien moet ik het toch maar een kans geven, wie weet buit hij het niet uit. En daarbij, hij kan het toch niet sturen, nog niet. Dan loopt Alia vooruit naar Gale toe en legt haar arm om zijn schouder. Meteen daarna trekt ze hem terug, waarom zou ze dat doen? Is ze bang dat hij dat niet zal willen? Ach wat maakt mij het uit.
“Ik snap het Gale,” zegt ze timide, “laten we gewoon verdergaan. Je zal er wel mee leren omgaan.”
Zwijgend gaan we verder, maar onze passen worden kleiner en trager. Om de een of andere reden ben ik, vermoedelijk de anderen ook, minder blij met dit alles. Tot nu was het alsof we een droom hadden, ontsnapt uit het dagelijkse leven. Nu ja dat van mij viel goed mee, maar ik moest toch ook even weg toen ik hoorde dat mijn ouders niet mijn echte ouders waren, maar ik mis hen wel.
We komen aan in de middelste kamer, zonder aarzelen slaan 3 van ons de gang naar de kamer van Alia in. Lolan niet, hij twijfelt, je ziet zo dat hij liever terug gaat naar zijn kamer om zijn steen te zoeken. Ik denk niet dat er iets te zien is, want de edelsteen is volgens mij gekoppeld aan een wapen en Lolan heeft geen wapen. Of misschien wel? Is zijn kracht een wapen?
“Kom Lolan, we zullen straks terug in jouw kamer gaan kijken. We moeten daar toch terug gaan slapen.” Hij stribbelt nog wat tegen, maar komt dan weer onze richting uit.
“Hoe komen we aan eten?’
Hij heeft gelijk, tot nu toe dacht ik er niet aan, maar honger heb ik ook wel.
“Alia, Gale! Lolan heeft gelijk, als we niet snel eten dan vrees ik dat we snel een uitweg moeten vinden!”
Zie je wel dat er iets misloopt, als we niet snel iets doen dan komen we om van de honger!
Gale is de volgende die beseft hoeveel belang het heeft.
“Juist, eten, door alles wat we al gedaan hebben ben ik dat helemaal vergeten.”
Op het moment dat hij eten zei begint zijn boek te beven. Waarom heeft hij dat idiote boek ook altijd bij? Plots laat hij het vallen en zie ik hoe hard het beeft. Normaal gezien verwacht je dan dat het boek openvalt en blijft liggen, maar nee niet met dit boek. Dit boek valt op de grond en de bladzijden draaien een tijdje om. Dan blijft het liggen weer stilliggen.
Gale neemt het boek terug vast en probeert te lezen wat er staat. Ik gniffel wat, hij probeert dan wel de slimste te zijn, maar hij kan het niet eens lezen.
“Geef eens hier!” Alia zal het eens oplossen. Het moet niet gekker worden of ik barst in lachen uit.
“Ik weet niet wat al die woorden betekenen, lezen lukt wel. Er staat iets als ‘Mangeress minus’, maar ik heb geen idee wat het betekent. Ik heb wel een vermoeden hoe het zal werken. Luister Gale, richt je aandacht op mij, probeer weer door die barrière in je geest te breken en gelijktijdig die woorden uit te spreken.”
“Ben je zeker? Straks heeft het boek echt iets voor voedsel gekozen en verander ik jou nog in iets om op te eten.”
Wat? Hoe bedoelt hij ‘op te eten’. Het is toch niet alsof dit magie is? Of wel? En als het magie is, dan weten we toch niet wat die woorden doen?
“Ja, doe maar, ik heb het gevoel dat het goed zal aflopen.”
Lolan en ik staan er maar bij. Ik heb geen zin om mij te mengen in het gesprek en Lolan, ik denk dat hij alleen maar het eten wil. Vertwijfeld kijkt Gale naar Alia, maar toch steekt hij zijn handen uit en haalt diep adem.
“Mangeress minus!”
Hij zegt het niet, hij roept. Het lijkt wel of hij er liefst zo snel mogelijk van af is. Waarschijnlijk is hij bang dat Alia zal verdwijnen dankzij de spreuk, maar … er gebeurt niets. Ik en Lolan kijken verbaasd rond, hij weet waarschijnlijk evenveel als mij, niets dus. Alia en Gale glimlachen, ik erger me er aan dat ze steeds met 2 weten wat er moet gebeuren.
“Het is in orde jongens,” De stem van Alia klinkt minder gespannen. Ook zij was bang … waarom zegt ze dat dan niet? “Gale’s spreuk was om honger te stillen, niet om eten te toveren. Ik ben van de honger af, nu jullie nog.”
Lolan stapt meteen naar voor om Gale ook zijn honger te laten stillen. Maar ik twijfel, kan hij het elke keer zonder moeite blijven doen?
“Mangeress minus!”
Het klinkt minder krachtig als eerst, maar volgens mij niet omdat hij minder zenuwachtig is.
“Nu jij nog Jenny.” Alia ontpopt zich wel tot leider, ze werkt op mijn zenuwen, misschien moeten we eens kijken wat beter gaat, haar boog of mijn zwaard met een magische steen.
“Alia, de kracht achter die barrière geraakt wel op, ik denk wel dat het nu nog lukt, maar ik hoop maar dat ik daarna niets meer hoef te doen tot het terug is opgeladen.”
Nu schrik ik echt, wat als er niet genoeg kracht overschiet en Gale zich heeft vergist? Dan blijf ik misschien met een permanente honger rondlopen zonder er ooit vanaf te raken. Blijkbaar is het van mijn gezicht af te lezen of zit Gale in mijn gedachten want hij probeert met gerust te stellen door te zeggen dat hij weet hoeveel deze spreuk van hem vergt. Langzaam stap ik naar voren, ik ben nog niet helemaal overtuigd, maar wat moet ik anders doen?
“Mangeress minus!”
Weer minder krachtig, maar inderdaad het is alsof er een gigantische hoeveelheid voedsel in mijn maag is gepland. Niet omdat het zo veel weegt, maar omdat ik het gevoel heb van verzadigd te zijn. Thuis waren we niet arm, maar het gevoel van zo veel gegeten te hebben heb ik nog nooit gehad. Ik draai me om naar Alia en Lolan om te vragen of we verder gaan als ik achter me nog iets hoor.
“Moiress mangeress minus!”
Wat heeft Gale nu weer gedaan, het klinkt ongeveer hetzelfde als de vorige spreuk. Maar om te weten wat het doet wil ik wel weten op wie hij het gericht heeft. Als ik naar hem kijk zie ik niet dat hij zijn handen heeft uitgestrekt, hij heeft ze zelfs langs zijn eigen lichaam hangen.
“Rustig, ik heb gewoon mezelf ook zonder honger gesteld. Intuïtief wist ik dat het veel minder kracht vergt hoe dichter bij dus in mijzelf kost het bijna geen kracht.”
Nu moeten we alleen nog verder gaan naar de kamer van Alia, we moeten ons geen zorgen meer maken over eten, gelukkig.
Er zijn nog geen reacties.