01
Nooit eerder heb ik me zo vrij gevoeld. 'Mam!', roep ik verrukt en mijn moeder draait zich om. Ik ren door de bomen naar haar toe en binnen een seconde sta ik naast haar. Haar melodieuze grinnik klinkt als een orkest door het groene bos en vol fascinatie kijk ik naar haar huid. Elke keer weer sta ik versteld van hun schoonheid, ook al ken ik ze al jaren. 'Edward, als we niet oppassen wordt ze nog eerder vampier dan mens', grinnikt mijn moeder tegen mijn vader, die net de open plek op komt lopen. Hij knikt en kijkt me glimlachend aan. 'Renesmee, kom eens', zegt hij en hij wenkt me met zijn vinger. Ik loop glimlachend op hem af en hij knielt voor me neer. 'Je bent nu volwassen, maar desondanks dat zie je eruit als een tiener. Dat betekent dat we je hebben ingeschreven op school. We hebben geen keus. Maar we moeten regels stellen, dat begrijp je wel toch?', legt hij me ernstig uit en ik laat zijn woorden op me inwerken. Natuurlijk begrijp ik het wel. Maar de gedachte om me te moeten mengen tussen de mensen maakt me enigzins angstig. Jacob pakt mijn hand en ik verschuif een beetje zodat ik mijn hoofd op zijn schouder kan leggen. 'Was het Carlisle?', vraag ik en ik kijk van mijn vader naar mijn moeder en weer terug. Beiden knikken ze met een gepijnigde blik op hun normaal spiegelgladde gezichten. 'Maar waarom? Ik kan net zoals nu thuisscholing krijgen! Dat gebeurd wel meer hier in Forks', zeg ik en ik sla mijn armen over elkaar. Beiden grinniken ze ineens zacht en ik kijk ze verwonderd aan. 'Je zal je antwoord krijgen', fluistert Jacob in mijn oor en als ik hem aankijk zie ik ook een glimp van een glimlach op zijn gezicht staan. De bomen aan de andere kant van het veld bewegen zacht, alsof een bries met de takken speelt, maar ik weet wel beter. 'Alice, zeg ik verbeten en ik knars mijn tanden. Ze komt vlak voor me tot stilstand en legt haar vinger tegen haar kin terwijl ze naar voren buigt om me nog beter aan te kunnen kijken. 'Renesmee toch..', zegt ze terwijl ze haar hoofd zacht heen en weer schud. Dat is voor mij de druppel. Ik schud Jacob's arm van mijn schouder en sta resoluut op, met mijn armen nog steeds over elkaar. Vastberaden loop ik naar de andere kant van het veld, waar ik Jasper net tussen de bomen zie verschijnen. Hij wenkt me en opgelucht ren ik snel zijn kant op. We rennen samen een tijdje in stilte door het bos. Ik heb geen idee waar we heen gaan, maar ik weet zeker dat Jasper me nooit in gevaar zou brengen. Uiteindelijk komen we op een klein, rond grasveldje terecht, aan de rand van het bos. Onder ons zie ik het water zachtjes kabbelen en Jasper stopt ineens met rennen. Ik bots tegen hem aan en duw hem daarbij bijna over de rand. Hij ademt diep in en schud zijn hoofd terwijl hij zich met een glimlach op zijn gezicht naar mij toe richt. 'Renesmee, je moet echt voorzichtiger zijn', grinnikt hij en ik knik. Hij kijkt me even aan, en draait zich daarna naar het water. Ik ga naast hem staan en volg zijn blik. Het uitzicht is prachtig, en hoewel ik hem dankbaar ben dat hij me dit laat zien, ben ik toch wel erg benieuwd wat we hier doen. 'Zo ongeduldig, nietwaar?', vraagt Jasper, maar hij blijft voor zich uit staren. Ik knik zonder hem aan te kijken en weet dat hij hoe dan ook wel doorheeft wat ik doe. 'Ik heb je hier naartoe gebracht, omdat dit de enige plek is waar je rustig na kan denken. Ik kwam hier altijd in de periode dat ik moest wennen aan het hele alleen dierenbloed drinken', legt Jasper uit en ik luister vol bewondering. 'Dit is de enige plek in heel Forks waar de wind altijd goed staat, waar je nooit de geur van mensenbloed zal ruiken. De enige plek waar je veilig bent voor Edward, want hoe goed hij zich ook concentreert, er hangt hier een soort muur waar zelfs zijn gave niet doorheen komt', vertelt hij verder en terwijl hij vertelt over deze bijzondere plek dwalen mijn gedachten af. Ik ga op het zachte gras liggen, sluit mijn ogen en terwijl Jasper's zachte, melodieuze stem verder vertelt dommel ik weg in een vredige slaap.
Er zijn nog geen reacties.