Hooftstuk 8
Lisa kon die nacht niet goed slapen, ze dacht steeds aan die mail.
Om vier uur kon ze echt niet meer slapen.
Ze ging naar haar laptop om te kijken of ze mail had.
Dat was het handige van tijdverschil.
Ze had mail.
Lisa,
Ik ben blij dat je weg bent!
En hij is niet meer mn vriend maar mijn man!
We zijn samen heel gelukkig en hebben 2 kindjes.
Ik heb heel veel spijt dat ik je niet eerder weg gedaan heb.
Mijn leven is veel leuker zonder jou.
Als je me nog eens mailt, doe ik je wat aan!
Je moeder.
Lisa begon te huilen, hoe kon ze dit nou doen?
Ze maakte Nick wakker.
“Nick… Nick, word wakker.” zei Lisa zachtjes.
Nick werd wakker en zag dat Lisa aan het huilen was.
Hij begreep wat er aan de hand was.
Lisa hoefde niets te zetten, Nick liep gelijk naar haar laptop.
Toen hij de mail gelezen had wist hij niet wat hij moest zeggen.
Kevin en Joe werden wakker.
Ze waren verbaasd dat Nick en Lisa al wakker waren.
Lisa wees naar haar laptop en ze begonnen ze lezen.
“Hoe kan ze zoiets nu doen?” vroeg Joe.
Lisa was ondertussen wat rustiger geworden.
“Weet je zeker dat je moeder dit heeft geschreven?” vroeg Kevin.
“Ja dat denk ik wel… OF MN STIEFVADER HEEFT HET GEDAAN!” riep ze.
“Maar ik zou niet weten hoe, mn moeder heeft een wachtwoord voor haar email account.” Zei Lisa.
“Ja maar misschien weet je stiefvader dat wachtwoord.”zei Nick.
“Ik ga naar Nederland” zei Lisa beslist.
Ze stond op en pakte haar spullen.
Nick hield haar tegen.
“Je weet toch niet waar ze wonen.” Zei hij.
“Dat weet ik wel, ze wonen in mijn oude huis.” Zei Lisa
Nick wist niet meer wat hij moest zeggen.
“Oke maar dan ga ik mee.” Zei Nick.
Lisa wou het eigenlijk niet, maar ze zei niets.
Die avond zaten ze in het vliegtuig naar Nederland.
“Nick waarom ben je mee gegaan?” vroeg Lisa.
“Ik wil gewoon niet dat er iets met je gebeurt.”zei hij.
Lisa was verbaasd.
“Mij gebeurt niets hoor.”zei ze zachtjes.
“En wat nou als je stiefvader je iets aandoet?”zei Nick weer.
“Daar had ik nog niet over na gedacht.”Zei Lisa.
De rest van de reis hadden ze bijna niets tegen elkaar gezegd.
Lisa wist niet wat ze tegen hem moest zeggen.
Toen ze aankwamen was het midden in de nacht.
Er reden bijna geen treinen.
Gelukkig nog wel een trein die richting het oude dorp van Lisa ging.
Ze moesten een uur in de trein en daarna een kwartier in de bus.
Lisa was moe en legde haar hoofd op Nick’s schouder.
Ze viel bijna in slaap en toen waren ze er.
“Kom.”zei Nick.
Ze stapten uit de bus, het was 4 uur ’s nachts.
Er zijn nog geen reacties.