Foto bij 1.2 vliegtuig

Misschien dat ik opnieuw moet beginnen met mijn leven, hoe moeilijk dat ook wordt. Waarschijnlijk om het feit dat ik nou erg onzeker en terughoudend ben.

Na een paar schokken open ik mijn ogen. Zo te merken is het vliegtuig gelandt want iedereen doet geïrriteerd zijn ogen open. 'We zijn er!' gilt mijn moeder vrolijk. Ik glimlach zwakjes en kijk naar buiten. Forks is erg groen, en wat ik van internet gelezen had, ook erg nat. 3 keer per jaar schijnt de zon ofzo. Nouja, ik zou het wel overleven. Ik pak mijn 3 koffers met grote moeite vast en sleep ze het vliegtuig uit. Een stewardess glimlacht vriendelijk naar me. Ik glimlach onzeker terug. Ik loop naar buiten waar een koude winterbries mij even kippenvel geeft. Ik zucht en richt me op mijn vader. 'Pap,' vraag ik. Hij kijkt me nieuwsgierig aan. 'Je hebt toch wel een huurauto meegenomen?' tot mijn opluchting glimlacht hij en knikt hij naar een prachtige hummer die aan de rand van het vliegveld staat. Nu snap ik ook waarom hij niets zei. Hij had de sleutels in zijn mond. Ik grijns even en loop voorop naar de hummer. Mensen kijken ons verbaast aan. Ik zucht opgelucht in de hoop hier geaccepteerd te worden. Ik probeer mijn koffers als laatste in de kofferbak te proppen maar die zit al vol dus passen ze er niet in. Ik duw wat maar geef het na een tijdje op. Ik verbouw alle koffers die erin liggen en uiteindelijk passen mijn koffers er toch in. Ik krijg een brandende gevoel in mijn rug, alsof ik bekeken wordt. Ik draai me om en zie een jongen me de hele tijd aanstaren. Hij heeft een spierwitte huid en kijkt me strak aan. Ik glimlach wat onzeker en stap in de auto. 'Pastte het?' vraagt mijn moeder glimlachend. 'Ja hoor, na een tijdje.' zeg ik en ik staar de jongen gefascineerd aan. Zo iemand heb ik nog nooit gezien, zo onmenselijk, zo prachtig. Ik knipper met mijn ogen en hij is weg. 'Wat?' zeg ik verbaast. 'Is er iets schat?' zegt mijn vader. 'Nee, ik, euh, laat maar.' zeg ik en ik staar weer naar buiten. Alles vliegt voorbij. Ik grijns bij de gedachten aan mijn nieuwe leven. Ik hoop zo dat hij perfect wordt. 'Waar denk je aan?' vraagt Emily nieuwsgierig. 'Nergens aan.' lieg ik. 'Oké.' zegt ze tevreden.

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen