Foto bij De eerste kwalificatieronde ~ Marcel, Margot en Peter

Er wordt op de deur geklopt. Zodra Marcel de deur open doet komt Perkamentus met een dikke vrouw binnen. De vrouw zweeft een beetje boven de grond. ´Wat doet u hier?´ vraagt Marcel. ‘We hebben een probleem’, antwoordt Perkamentus, ‘Een vlieg geval. Dit is Margot Duffeling, de tante van Harry Potter.’ ‘Hallo mevrouw.’ Margot maakt een raar geluid. ‘Ik heb het druk dus kun jij haar met een drankje normaal maken?’ ‘Ja, maar eigenlijk...’ ‘Mooi, dat is dan geregeld. Oh ja, en al het lucht in haar hoofd verandert haar persoonlijkheid. Als niks werkt wordt ze vanzelf wel minder… Opgeblazen.’ Perkamentus duwt Margot verder de kamer in, en loopt naar buiten. ‘Dank je wel, Lubbermans’, zegt hij, en verlaat het huis.

Marcel kijkt gauw in zijn boek. Ergens moet een oplossing staan voor opgeblazen gevallen. ‘Aha, daar ben je!’ zegt Marcel opgelucht. ‘Ik sta gewoon hier hoor jonge man. En maak me weer normaal!’ ‘Rustig, ik doe mijn best.’ ‘Dat rot joch ook.’ ‘Wie, Harry? Hij is wel mijn vriend.’ ‘Haal. Mij. Hier. UIT!’ Marcel pakt wat ingrediënten die in het drankje moeten, en Margot blijft klagen. ‘We missen wat ingrediënten voor dit middeltje…’ ‘Waarom ga je die dan niet halen? Ik wil zo snel mogelijk weer terug naar mijn lieve neefje.’ ‘Dit kan wel eens wat langer duren’, antwoordt Marcel, terwijl hij op een lijstje zet welke ingrediënten hij moet halen. ‘Hoelang precies?’ ‘Zolang het duurt om deze ingrediënten te halen.’ Met zijn lijst in zijn rugzak, en zijn toverstok in zijn hand gaat hij naar buiten. ‘Ik moet om vier uur naar iets toe. Als ik niet op tijd klaar ben zul je mee moeten gaan’, zegt Marcel zuchten. ‘Laat je me hier dan alleen? Hoe ongastvrij!’ ‘Taart en thee staan op de tafel als je dorst krijgt.’ Dan sluit Marcel de deur en gaat op weg om de ingrediënten te verzamelen.

‘Twee kever ogen, vijf gedroogde brandnetels, een Mandrake blad en drie paddenstoelen’, mompelt Marcel. Langzaam loopt hij naar het bos. Het zou niet zo lastig moeten zijn om deze ingrediënten te krijgen. Uit zijn tas pakt hij drie potjes. Een voor de kevertjes, een voor de brandnetels en een voor de paddenstoelen. Thuis heeft hij namelijk al een Mandrake blad. Al gauw heeft hij een kever te pakken en stopt de hele kever in zijn pot. Daarna doet hij de pot weer in zijn tas. Tien minuten later ziet hij wat brandnetelstruiken langs het pad. Voorzichtig plukt hij vijf brandnetels, en legt ze zelfs voorzichtiger in de pot. Tenslotte zoekt hij wat bruine paddenstoelen. Maar helaas waren deze lastiger te vinden. Na anderhalf uur in het bos rond te hebben gelopen komt Marcel eindelijk vier paddenstoelen tegen. Hij zucht van opluchting. Wie weet wat de tante van Harry allemaal gedaan heeft in zijn huis. Vlug pakt hij drie van de vier paddenstoelen en rent zo snel mogelijk naar huis.
Onder tussen in het huis van Marcel heeft Margot Duffeling zich ook niet verveeld. Langzaam wordt het opgeblazen effect minder sterk, het was maar een tijdelijke spreuk. Ze gaat rond snuffelen met een stuk taart. Er staan een paar foto’s in de woonkamer. Met een kritische blik kijkt ze de kamer rond. Het is een klein huis, en redelijk stoffig. ‘Dit kan zo toch niet’, praat Margot tegen zichzelf. Ze zucht. Op dat moment hoort ze een vreemd gekwaak. Ze schrikt op. Een kikker springt rond de kamer. Margot schreeuwt het uit, en jaagt de kikker het huis uit met haar dikke lichaam. Ze neerploft op de net te kleine bank. Ook al is ze iets minder dik is ze nog steeds redelijk groot. ‘Wel verdient’, denkt Margot.

Op dat moment komt Marcel binnen en kijkt naar de oude klok. Het is al tien voor vier! ‘Het spijt me maar voordat ik dit middel voor u kan maken moet ik naar het ministerie van toverkunst.’ ‘Je laat me toch niet weer alleen in dit oude huis?’ ‘Dan kom je maar mee’, zegt hij met tegenzin. ‘Welke kant is het op?’ Marcel lacht, ‘Door verdwijnselen en verschijnselen.’ Dan pakt Marcel haar vette arm en spreekt de spreuk uit. Het is een van de weinige spreuken die hem lukt. Margot loopt verbaast door de stille gang heen. Er is een misselijk gevoel in haar maag. ‘Deze kant op, mevrouw’, zegt Marcel deftig.

Marcel opent de deur voor Margot en ze lopen samen naar binnen. ‘Ah, net op tijd. Kom, we moeten hier zitten’, vertelt Marcel terwijl hij naar de bank wijst. Er wordt geroezemoesd in het ministerie van toverkunst. ‘Wat doet een mens nou hier?’ ‘Geen idee.’ ‘Is ze niet iets te vors?’ ‘Ze zouden zulke mensen...’ Langzaam wordt het stiller.

Ron zit naast zijn vader met zijn rat, Schurfie, op schoot. Peter, ook wel bekend als Schurfie, probeert uit Rons handen te komen. Vandaag zou Ron mee gaan met zijn vader om hem aan het werk te zien. Maar eigenlijk boeide dat Peter niet zo veel, als hij maar weer vrij kon zijn. En daar was het moment! Peter bijt Ron in zijn hand, maar sinds Peter een rat is verdenkt Ron niks. Peter rent zo snel hij kan op zijn vier poten. Maar knalt tegen iets diks en zachte aan.
Margot schreeuwt, een vieze rat rende recht tegen haar been aan. Marcel probeert haar gerust te stellen maar Margot blijft schreeuwen, en stampt op de grond. Uiteindelijk pakt Marcel de rat op en stopt Margot eindelijk met schreeuwen. Peter piept zachtjes van pijn, die vrouw heeft hem bijna dood gemaakt! Hij gaat vermoeid in Marcels handen liggen. ‘Is dat niet mijn vervelende neefje? Hoe heette hij ook alweer…. Harry?’ ‘Ja, dat is Harry.’ ‘Wat doet hij hier?’ Peter vond het nieuws dat Potter een tante had geweldig. Ook al was ze dan een beetje luchtig in haar hoofd. Hoe zou het eigenlijk komen dat ze zo dik is? Peter schuift de vraag weg zodra Marcel onder zijn kin aait.

Ron kijkt de zaal rond voor zijn rat. Hij moet hier ergens zijn. Peter merkt het op en gaat langzaam terug naar Ron. Opgelucht dat Ron zijn rat terug heeft gaat hij weer zitten. Peter weet dat dit nog voor een interessante wending kan leiden…

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen