Dromenvanger
Lang geleden was er op de prairie in Noord-Amerika een indianenstam zoals er zoveel waren. In deze stam woonde een moeder met haar dochter. Maar de dochter was niet zoals de anderen: zij kreeg de laatste nachten telkens een boze droom, een nachtmerrie. Ze sliep niet goed en liep overdag vermoeid en futloos rond. De moeder, die alles had geprobeerd en gedaan, was ten einde raad. Er zat niets anders op dan naar de wijste van de stam te gaan.
Zo gezegd, zo gedaan. De moeder ging naar de wijste en vroeg haar smekend om hulp. De wijste dacht diep na en zei dat ie tegen de volgende dag iets zou zoeken.
De volgende dag keerde de moeder terug naar de wijste en liet haar een vreemd ding zien: een dromenvanger. Het was een houten wiel met draden er doorheen en vanonder hingen er parels en veren. De wijste legde aan de moeder uit dat de boze dromen in de vorm van druppels vast kwamen te zitten aan de draden, terwijl de mooie dromen de draden konden ontwijken. 's Ochtends zouden de boze dromen dan verdwijnen, opgelost in het zonlicht. De moeder bedankte de wijste en nam het mee naar haar tipi, waar ze het wonderbaarlijke spul boven het bed van haar dochter hing. Ze gingen 's avonds slapen en de nacht viel.
Toen er een nieuwe dag aanbrak, was haar dochter terug levendiger en zag er uitgerust uit. De dromenvanger had gewerkt, en de dochter kon weer van mooie dromen dromen.
Reageer (1)
Mooi verhaaltje!
8 jaar geleden