Ik deed mijn ogen niet open, maar merkte dat ik niet meer op de parkeerplaats lag. Ik lag op mijn rug in een comfortabel bed, en zelfs met mijn ogen dicht zag ik wit licht. Voorzichtig deed ik mijn ogen open. Ik zag een wit plafond met witte lampen. Eerst keek ik links van me, mijn ogen moesten even scherp stellen, maar toen zag ik het silhouet van Ian. Hij keek bezorgd, maar toch opgelucht dat ik mijn ogen opendeed. Ik glimlachte vaagjes naar hem, maar kon geen geluid uitbrengen. Toen keek ik rechts. Ik zag een grote bos rode krullen en een al even bezorgd gezicht. 'Alice!' Gilde ik. Ik viel haar snikkend in de armen. Het kon me niks schelen dat mijn lichaam luid protesteerde of dat Ian er bij was. Ik voelde ook warme tranen van haar op mijn haar vallen. Ze duwde me voorzichtig op het bed neer. 'Wat doe je hier?' Vroeg ik half huilend. 'Rustig maar...' Suste ze me. 'Ik heb gisteren een telefoontje van je moeder gekregen dat ze gebeld was door het ziekenhuis en dat jij niet tuis was gekomen. Toen zijn we zo snel mogelijk naar je toe gekomen.' Ze legde haar hand op mijn hoofd. 'Hoe slecht is het met me?' Vroeg ik met een flauw glimlachje. Alles deed pijn, maar ik wist niet of dat nou door de klappen of het huilen kwam. Ik voelde een andere hand langs mijn gezicht strijken. Ik was door de onverwachtse verschijning van Alice helemaal vergeten dat Ian er ook was. Hij slikte en bracht moeizaam uit: 'je hebt twee ribben en gekneusd, je pols is niet erg maag wel gebroken en je hebt nog wat schaafwonden en een snee in je wang.' Ik schrok. Hij legde zijn hand tegen mijn wang. 'Er is nog iets wat we moeten vertellen' zei Ian met een blik op Alice. Ze keek hem aan met een waarom-moet-ik-het-nou-zeggen blik en fluisterde toen: 'je moeder, ze heeft een auto-ongeluk gehad in haar haast om naar je toe gekomen.' 'Is ze dood?!' Vroeg ik geschokt. 'Nee.' Zei Ian snel. 'Maar haar hersenen zijn beschadigd waardoor ze niet meer voor zichzelf kan zorgen.' Ik moest nog een huilbui onderdrukken, en zei toen:' ik kan wel voor ons tweeën zorgen.' 'Nee,' zei Alice. 'Wij komen in Cotton wonen, en jullie komen bij ons in huis.' En voor het eerst keek ze een beetje blij. Ik was al mijn ellende even vergeten en ging razendsnel overeind zitten. Ian snakte geschokt naar adem door mijn onverwachtse beweging. Ik omhelsde haar opnieuw. Het was alsof waar ik heel de tijd van had gedroomd was uitgekomen. Alleen was het in mijn dromen niet om zulke ernstige omstandigheden. 'Wil je dat echt?' Vroeg ik met een klein stemmetje. 'Natuurlijk!' Zei ze lachend. 'Onze kinderdroom! En natuurlijk zou ik dat voor jou doen!' Ik merkte dat mijn borstkas verschrikkelijk veel pijn deed, dus liet ik me weer naar achteren vallen zodat ik weer ik heg bed lag. 'Ik zal wel even een zuster halen.' Zei Ian lief. 'Nee, doe ik wel.' Zei Alice met een knipoog naar mij. Waarschijnlijk wist ze alles al. Ze liet mij en Ian alleen. 'Je was toch nog in Brazilië?' Vroeg ik dat opeens beseffend. 'Je loopt een beetje achter.' Zei hij, en aaide over mijn hoofd. 'Het is al vrijdag. Ik ben vanochtend aangekomen, en belde meteen naar jou huis om heg te laten weten. Maar daar nam niemand op, dus belde ik naar je moeder en die legde alles uit en zei dag ik snel naar het ziekenhuis moest komen. Daar zat er opeens een roodharige krullenbos naast je bed en zei dat ze je beste vriendin was.' Ik grinnikte zwakjes. ' Alice vertelde me de details nog, en twee en een half uur later kwam je bij.' Hoelang ben ik weg geweest?' Vroeg ik. 'Bijna een dag.' Zei hij ernstig. 'Ik had nooit weg moeten gaan, het is allemaal mijn schuld.' Zei hij toen een beetje beschaamd. 'Helemaal niet!' Zei ik een beetje boos. 'Je hoeft niet je hele leven naast me te lopen en geen eigen leven te hebben! Het is allen de schuld van de pesters of van mij.' 'Hoezo van jou?' 'Nou, omdat ik wel eens wat flinker mag zijn en eens van me af mag bijten.' Hij keek me aan, maar wist niets te zeggen. Gauw ging hij over op en ander onderwerp. 'Als ze bezig zijn met de verhuizing dan kun je wel bij mij logeren. Mijn ouders zijn dan toch je moeder en die van Alice aan er helpen.' Ik moest opeens lachen, maar hield daar gauw mee op toen mijn hoofd pijn begon te doen. 'Doet het nog erg pijn?' Vroeg Ian bezorgd. 'En beetje.' Loog ik. Ik streek mijn haar uit mijn gezicht en kwam er achter dat er zo'n klemmetje aan mijn vinger zat. Aan het gepiep van een machine te horen was er een hartslagmeter. 'Grappig ding he?' Vroeg Ian snel. 'Ik kon je verbazing horen toen je je bete vriendin naast je bed zag zitten.' Ik grinnikte. Plotseling kreeg hij een ondeugende grijns op zijn gezicht. Hij boog zich naar me toe en gaf me een kus. De hartslagmeter piepte er op los. Hij grinnikte. 'Nou, dat is niet eerlijk. Je maakt er misbruik van!' Zei ik zelf ook wel een beetje lachend. Toen kuste hij me opnieuw. Deze keer deed hij heg iets minder voorzichtig. Hij hield mijn hoofd tussen beide handen vast, en trok zachtjes aan mijn onderlip. Maar toen hoorde hij wat op de gang en boog snel naar achteren. Ik nog juist naar voren om de kus langer te laten duren. Eg apparaat piepte nog steeds snel. Alice kwam binnen gevolgd door een zuster. Ze zag de hartslagmeter en onze gezichten en vroeg plagerig: 'oh, stoor ik?' 'Eigenlijk wel.' Zei Ian. Ik lachte. De rest van de dag werd er vooral veel gelachen. Ian en Alice gingen alleen weg om eten voor zichzelf of voor mij te halen of om naar de wc te gaan. De dag daarna was minder grappig. Ik mocht uit mijn bed komen en naar mijn moeder. Ze herkende me gelukkig wel, maar heg was veel lastiger dan normaal om een gesprek met haar e voeren. Zij mocht wel gewoon uit bed als ze dat wilde en de dokter zei dat het met de jaren wel steeds beter zou gaan, maar het nooit over te gaan. Het was verschrikkelijk pijnlijk om mijn moeder zo te moeten zien, hulpeloos en totaal in de war. Ze was heel bezorgd om mij geweest. En een paar dagen daarna mochten we allebei naar huis. De eerste dag hielp ik nog mee met de verhuizing. Alice liep druk pratend om me heen en Ian hielp me met álles. Het was heel lief, maar ook een beetje irritant om geholpen te worden met eten. Mijn moeder zat de hele tijd op de bank en zei wat er niet en wel mee mocht naar het nieuwe huis. Soms moest ik gaf wel even helpen. Ik had ons nieuwe huis gezien, en het was prachtig. Het was een heel groot huis, en ik had gesmeekt of Ian er niet ook kon komen wonen. De dag daarna zouden ik en Ian heel de tijd in zijn huis alleen tuis zijn.

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen