002. Een nieuw begin.
Ik word wakker door het licht dat tussen de opening van de gordijnen schijnt, en mijn bed in een lichte gloed hult. Slaperig tast ik naar mijn telefoon, die op het nachtkastje ligt, en doe mijn ogen voorzichtig open als ik het vind. Het felle licht laat me met mijn ogen knipperen, terwijl ik er langzaam aan wen. Na een paar minuten kan ik naar mijn telefoon kijken zonder dat ik blind word. 06:17. Met een zucht ga ik rechtop zitten en staar versuft naar de muur. Nu ik toch al wakker ben kan ik net zo goed opstaan, dan hoef ik me straks niet meer te haasten. Uit mijn kast haal ik een zwart rokje met een bordeauxrode blouse, en onder mijn bed vind ik nog een paar witte All Stars. Nog maar half wakker kleed ik me aan en prop een paar boeken die ik vandaag nodig heb in mijn tas. Ik heb nog tijd zat, dus pak ik een dik boek uit mijn uitpuilende boekenkast en ga comfortabel op mijn bed liggen en begin te lezen. Ik had het boek al vaker uitgelezen, zeker 3 of 4 keer, maar het is een van mijn lievelingsboeken.
Als ik mijn ouders op de trap hoor, klap ik het boek dicht en leg het op mijn nachtkastje. Met mijn rugzak op een schouder ren ik de trap af en storm de keuken binnen. Mijn rugzak belandt in een hoek van de keuken, terwijl ik mijn ouders een goedemorgen wens. Mijn vader leest zoals gewoonlijk de krant, en mijn moeder staat koffie te maken. 'En, zin in je eerste schooldag?' vraagt mijn vader zonder van zijn krant op te kijken. Ik knik uitbundig, maar realiseer me dan dat hij dat niet ziet. 'Ja, echt wel. Ik ben benieuwd naar de klas, de leraren, de school, de vakken, alles eigenlijk,' lach ik vrolijk. We zijn in de zomervakantie verhuist, voor het werk van mijn vader. Vandaag is de eerste dag op mijn nieuwe school, en ik ben zo opgewonden als een puppy die de bal in de gaten heeft gekregen. Ik ga op het puntje van mijn tenen staan om een kom te pakken, pak de cornflakes en maak de kom bijna helemaal vol. Met een zucht plof ik op een stoel en begin te eten. De klok die aan de muur tegenover me hangt geeft aan dat het al halfacht is. Als ik klaar ben schuif ik mijn stoel naar achter en stop alles in de afwasmachine, waarna ik naar boven loop om mijn tanden te poetsen. Onderweg pak ik mijn borstel en haal die snel door mijn haar heen, zodat het er toch een beetje fatsoenlijk uitziet. Nadat ik nog snel wat mascara heb opgedaan, storm ik weer naar beneden, pak mijn rugzak en kondig aan dat ik naar school ga.
Mijn lichtblauwe fiets staat in de garage, en na wat geruzie met de sloten van alle deuren, ben ik om acht uur al op weg naar school.
Ik ben een paar keer verkeerd gereden, maar om acht uur sta ik eindelijk voor de fietsenstalling. Tot mijn verbazing is die dicht, zodat ik begin te twijfelen of vandaag wel de eerste schooldag is, en niet morgen. Onhandig vis ik mijn telefoon uit mijn rugzak en ga naar de schoolsite. Om 9 uur worden alle leerlingen op school verwacht. Geweldig, ik ben een uur te vroeg. Met een zucht zet ik mijn fiets op de standaard en ga op het stoepje zitten met het boek dat ik vanochtend was begonnen en voor de zekerheid toch in de tas heb gestopt. 'Zo zo, jij bent vroeg,' zegt een geamuseerde stem, afkomstig van de conciërge die de poort van de fietsenstalling kom doen. Volgens mijn telefoon is het al twintig voor negen; ik heb dus drie kwartier op een stoep zitten lezen. Glimlachend sta ik op en stop mijn boek in mijn tas, waarna ik mijn fiets pak en achter de man aan de fietsenstalling in ga. 'Ja, vergeten dat ik hier pas om negen uur hoef te zijn,' verklaar ik mijn aanwezigheid, terwijl ik mijn fiets neerzet en op slot zet.
Als ik eindelijk mijn kluisje heb gevonden en er een paar boeken in heb gestopt, zijn er al meer leerlingen die langzaam binnen druppelen. Ik loop naar een vrije tafel en ga daar zitten, haal mijn boek weer uit mijn rugzak en ga verder waar ik was gebleven. Een groepje jongens komt aan dezelfde tafel zitten, en praten druk met elkaar, waarschijnlijk over wat ze in de zomervakantie hebben gedaan. Rond tien voor negen gaat er een zoemer af, en het grootse deel van de menigte staat op om naar het lokaal te gaan. Ondanks de drukte en iedereen die een andere kant op gaat, vind ik het lokaal en ga ergens achterin zitten, omdat ik nog niemand anders ken. Alle stoelen zijn bezet, op die naast mij na, als er een meisje nog binnenkomt. 'Hoi,' zegt ze kort, en gaat naast mij zitten. Ik glimlach even naar haar, maar als de vrouw voorin de klas begint te praten richt ik mijn aandacht op haar. 'Namenrondje, begin maar bij de laatkomer,' zegt ze glimlachend. Het meisje naast me bloost en noemt haar naam; Jane McCartney. Daarna wijst ze naar mij. 'Amanda Gregory,' zeg ik met een kleine glimlach, en kijk naar mijn tafel om de blikken van mijn klasgenoten niet te hoeven zien. Ik heb er een hekel aan om 'de nieuwe' te zijn, maar ik had niet anders verwacht. Een nieuwe leerling is altijd een hele happening, waar je ook gaat. 'Wil jij naar 5 HAVO?' De stem van het meisje naast me doet me opschrikken. Onmiddellijk herpak ik me en kijk haar vriendelijk aan: 'Ja, dat is wel mijn bedoeling,' zeg ik zacht, terwijl ik de mentor in de gaten hou. Aangezien ze niks heeft gezegd over praten, denk ik dat we gewoon stil moeten zijn. Ze stelt zich voor als mevrouw Van Hoek, en deelt dan de roosters uit. Jane zucht als ze naar het rooster kijkt, en als ik het mijne bekijk snap ik waarom.
'Ben je rood of blauw?' vraagt ze aan mij. Onwillekeurig vraag ik me af of ze altijd zoveel vragen stelt, maar omdat ik nog niemand ken en niet de halve klas tegen me wil krijgen, antwoord ik simpel: 'Rood.' 'Wat een vreselijk rooster is dat. Aangezien ik rood ben,' Zou ze echt nooit stil zijn? 'Het is inderdaad een druk rooster. Misschien hebben we wel een aantal lessen samen,' zeg ik glimlachend en bekijkt het rooster iets beter. Lange dagen, veel vakken. Geweldig.
Er zijn nog geen reacties.