A horrible truth
Marcel stond naast me en pakte mijn hand vast. ‘Er zijn nog meer dooddoeners naar je op zoek, ben ik bang.’zei hij. Ik knikte, maar was erg afwezig. Hoe kon ik dit vergeten zijn? Dit was vlak nadat ik een dooddoener was geworden. Ik bleef staren. ‘Professor?’ Roos ging voor me staan. ‘Professor? A..alles goed?’ Ik gaf geen antwoord, maar bleef staren naar de plek waar het tafereel was verschenen. ‘Doris?’ Severus probeerde me aan het praten te krijgen. ‘Doris, dit had je niet kunnen voorzien. Wist jij veel waar ze het over hadden toentertijd. Zelfs ik wist hier niks van, ik zweer het.’ Ik keek hem aan en zag dat hij de waarheid sprak. ‘Die anderen. Wie waren dat?’vroeg ik Severus. ‘Dat waren Fenrir, je oom, Totelaer en Waldemar Bijlhout. Twee ervan zijn dood, zoals je weet, de andere twee zijn overleden in Askaban. Ik geloof dat alleen deze vier van het plan wisten.’ Ik zuchtte van opluchting en plofte op een stoel. Ik deed even mijn ogen dicht. Toen ik ze weer open deed, keek iedereen me geschrokken aan. ‘Wat?’vroeg ik. Iedereen keek elkaar aan, alsof ze in stilte aan het uitvechten waren wie me moest vertellen wat er was. Niemand zei iets. ‘Nou?’ Marcel deed zijn mond open, maar toen weer dicht. Ik keek iedereen doordringend aan. ‘Komt er nog wat van?’vroeg ik. ‘Ik kan het makkelijk uit jullie halen, maar het is niet fijn.’ Toen schraapte Severus zijn keel. ‘Eh… Je deed net een voorspelling. Een echte, als je begrijpt wat ik bedoel.’ Ik knikte. ‘Wat zei ik?’ Het was raar om die vraag te stellen. ‘Wat voorspelde ik?’ Severus twijfelde even. ‘Je voorspelde dat er een nieuwe Duistere macht zou komen, maar deze keer geen man. Dat de ex-dooddoeners zich zouden hergroeperen om een vrouw, een ex-dooddoener.’ Hij stopte even. ‘En aangezien Kragge ook overleden is, ben jij de enige vrouwelijke ex-dooddoener.’ Ik kon mijn oren niet geloven. ‘N..nee. D..dat is onmogelijk..’stamelde ik. ‘Ik… waarom in godsnaam ik?’ Ik werd bang. Ik haalde snel adem en voelde mijn hart in mijn keel kloppen. ‘Doris, kijk naar me.’ Marcel knielde naast me. ‘We zullen ervoor zorgen dat ze je niet te pakken krijgen. Dat beloof ik je.’ Hij pakte mijn hand vast en kneep erin. Ik omhelsde hem stevig. Ik dacht aan die keer dat hij het deed toen hij erachter was gekomen dat Bellatrix mijn moeder was. Hij omhelsde me net zo. ‘Ik vraag me af wie zich nou om mij zou willen hergroeperen.’zei ik toen Marcel me weer had losgelaten. ‘Je vergeet dat je vader nog steeds in Askaban zit he?’zei Severus. ‘Nee, hij zou het niet willen. Hij wilde al niet dat ik een dooddoener zou worden. Hij heeft niet meer met me gesproken sinds ik een dooddoener ben.’ Severus dacht na. ‘Wat dacht je van je neef, Draco?’ Ik schudde mijn hoofd. ‘Nee, dat zou hij niet doen. Hij was al lang blij dat hij de Heer niet meer hoefde te helpen. En hij heeft nu immers een zoon, dat zou hij…’ Toen begon het me te dagen.
Er zijn nog geen reacties.