#027
Ik voel hoe een hand door mijn haar strijkt, langzaam open ik mijn ogen. Ik kijk om mij heen. Ik zie dat ik in een kamer lig, er hangen wat schilderijen aan de muur maar voor de rest is het grauw. Ik herken deze kamer niet er gaat een vlaag van angst door mij heen. Als ik de andere kant op kijk zwakt mijn angst af. Ik zie de persoon waar ik mij het meest vertrouwd bij voel Ron. Hij kijkt uit het raam.
‘Waar ben ik?’ Ik merk dat ik een schorre stem heb. Ik vraag mij af wat er is gebeurd, het laatste wat ik mijzelf kan herinneren is dat ik in het ziekenhuis was. Geschrokken kijkt Ron om, hij kijkt mij recht in de ogen aan. Ik zie aan zijn gezicht dat hij opgelucht is.
‘Eindelijk je bent wakker. Je hebt ongeveer 12 uur geslapen. Je bent in het huis van Sirius Zwarts, de ontmoetingsplek van de Orde van de Feniks.’ Ron pakt mijn hand vast.
‘Wat?’ Wie is Sirius zwarts weet ik wie hij is, hij is de peetvader van Harry. Maar hoe ben ik hier terecht gekomen, en de Orde van de Feniks?
‘Nadat je mijn vader had genezen ben je omgevallen. Je was helemaal op, toen hebben we je hier heen gebracht. Hier heb je 12 uur op bed gelegen, we zijn hier nu trouwens ook kerstvakantie omdat het ziekenhuis hier dichtbij is.’
‘En de Orde van de Feniks?’ vraag ik aan Ron.
‘Ja, ik weet niet of ik je dat had moeten vertellen. Het is een bondgenootschap die tegen Jeweetwel samen spant. Ik roep mijn moeder even ja, ik moest het haar gelijk melden als je wakker was.’ Voordat hij opstaat drukt hij nog een kus op je voorhoofd. Dan loopt hij de kamer uit en begint wat te schreeuwen naar zijn moeder. Niet veel later zie ik een vrouw de kamer binnen stormen.
‘Ah meisje, wat ben ik blij dat je wakker bent. Ron heeft continu over je gewaakt.’
Ik veer omhoog en ga rechtop in mijn bed zitten, ik zie hoe Ron rood kleurt achter zijn moeder.
‘Mam!’ zegt Ron.
‘Dat mag ze best wel weten Ronnie, dat is helemaal niet erg. Ik ben Molly en jij bent Rosa toch?’ Ik knik en steek mijn hand uit, ze pakt hem aan en schut hem.
Molly heeft mij verboden om vandaag uit bed te komen, ze had een uitgebreide lunch voor mij gemaakt die ik op bed mocht op eten. Nu zit ik samen met Ginny, Ron, Fred en George knalpoker te spelen. Ik kijk gelukkig om mij heen. Deze familie is zo lief voor mij, er is nog nooit zo goed voor mij gezorgd als door Molly. Ron is nog geen seconde van mijn zijde afgeweken. Fred en George kwamen mij al gelijk vrolijk maken met hun grapjes en Ginny had een tijdschrift gekocht waar we samen uren in hebben zitten lezen. Dit was nu al een van de beste kerstvakanties ooit.
Er zijn nog geen reacties.