Als laatste neem ik mijn boog op, het nog steeds onbekende voorwerp die ik vond in de grot.
'Van mij.' klinkt een zacht, fluisterende stem in mijn hoofd. De stem komt me bekend voor, maar ik kan het nergens plaatsen. Ik staar even naar de boog, wensend dat ik ooit te weten kom wie mijn familie werkelijk is. En voor ik het weet, sta ik plots in een andere omgeving. Ik probeer te praten, maar er komt geen geluid uit mijn keel.

'Oh Maeve, je wordt later zo'n grote prinses. Mama voelt het nu al dat je machtig gaat worden.' een beeldschone vrouw houdt een pasgeboren kindje vast in haar armen. Ze kijkt erg liefdevol naar het kindje en zonder het te beseffen, ontsnapt er een traan uit mijn ooghoek. Al snel verandert de omgeving, waardoor ik omringt word door vele bomen.
Maeve, wacht op mij! Straks loop je nog verloren!' het is Morgana die roept, ze ziet er jonger uit dan in mijn andere herinnering. Een jong meisje rent steeds verder door het bos, huilend. Al snel geraakt Morgana afgescheiden van het andere meisje en zakt ze zelf wenend op de grond.
'Blijf hier Maeve, ik heb je nodig.' klinkt het als een fluistering, maar erg duidelijk door mijn oren. Alweer verandert de omgeving, alleen staat het kleine meisje nu beschaamd in een grote zaal.
'Maeve je mag zomaar niet weglopen, de buitenwereld is gevaarlijk. Zeker bij de elven en de dwergen, zodra die vernemen wie en wat je bent. Ze zijn wraak- en hebzuchtig en doen er alles aan om aan macht te komen, om welke reden dan ook. Alsjeblieft Maeve, loop nooit meer zomaar weg.' zegt een oudere man. Het meisje loopt naar hem toe en knuffelt tegen hem aan.
'Ik beloof het, papa.' zegt ze, met tranen over haar wangen lopend.

Plots word ik terug getrokken in de wereld waar ik me nu bevind, de beelden voelen zo raar aan. Het voelt aan alsof ze zo bekend voorkomen, maar toch herinner ik er me niets meer van. Ik wikkel mijn boog terug in de stof die Kili had gevonden en draag zo de boog weer op mijn rug, terwijl ik terug naar de dwergen stap.
'Dat ziet er meer comfortabeler en warmer uit.' zegt Bofur met een glimlach. Ik knikt instemmend, koud heb ik het niet.
'Hoe is het met je arm?' vroeg Fili, die naast me komt staan. Ik kijk hem vriendelijk aan, wetend dat hij bezorgt om me is.
'Prima, ik had het niet verwacht dat het zo snel beter zou gaan. Dat drankje smaakte erg vies, maar het heeft al goed geholpen denk ik.' zeg ik, terwijl ik mijn arm wat op en neer beweeg zonder pijn te hebben. Fili kijkt me opgelucht aan, alsof hij zich schuldig voelde.
'Heb je honger? Je had daarjuist niet erg veel gegeten.' merkt hij op. Hij houdt een stukje brood en een stukje vlees voor me vast en al snel laat mijn maag zich horen.
'Ik heb inderdaad nog niets gegeten nee.' zeg ik wat blozend en Fili lacht even. Hij geeft me de beide dingen aan, waarna hij gaat zitten en hij klopt op de plek tegen hem.
'Eten gaat altijd gemakkelijk als je gaat zitten en als je goed gezelschap hebt.' zegt hij. Ik knik bij zijn woorden, want daar heeft hij gelijk in. Zonder zijn woorden te bevestigen, zet ik me snel neer om vervolgens in het stukje brood te bijten.

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen