#002
Het is een paar maanden later, inmiddels ben ik helemaal op de hoogte van wat er nu aan de hand is. Ik heb de gruwel verhalen gehoord van Voldemort, dat hij vorig jaar tijdens het toverschool toernooi weer is opgestaan. Deze duistere tovenaar heeft ook mijn ouders vermoord, nog meer bevestiging om naar Zweinstein te gaan en sterk te worden voor de strijd tegen Voldemort. Wat waarschijnlijk wel gaat gebeuren zei Professor Perkamentus. Professor Perkamentus is ongeveer 7 jaar bezig geweest om mij te zoeken. Een artikel in de lokale krant over mijn school waar ik een stukje over mocht schrijven heeft mij verraden als het ware. Doordat ik al 15 ben mocht ik gelijk instromen in de vijfde, tijdens de zomervakantie heb ik daarom veel gestudeerd om niet te ver achter te lopen. Ook ben ik veel geholpen door Professor Perkamentus zelf, ik heb veel lessen van hem gehad. Op mijn oude middelbare school ben ik uitgeschreven en in het weeshuis heb Perkamentus en ik aangegeven dat ik naar een kostschool ga in het noorden van Engeland en alleen tijdens kerst en de zomervakantie weer terug naar het weeshuis kom. Een week geleden was met ik met een man die aardig aan de grote kant is, Rubeus Hagrid genaamd, naar de Wegisweg gegaan. We zijn naar goudgrijp gegaan waar de nalatenschap van mijn ouders ligt, we hebben een toverstok gekocht en andere benodigdheden.
Vandaag is het dan eindelijk zover. Ik ga naar Zweinstein! Ik heb ongeveer dertig keer gecheckt of ik alles bij mij heb. Toverstok, schoolboeken, mijn gewaad en nog veel meer. Ik loop met mijn karretje het station van Londen binnen, op zoek naar mijn trein. Ik zoek gehaast naar mijn kaartje die ergens onder in mijn tas zit, ik pak hem stevig vast. Perron 9 ¾ staat erop, Perkamentus had gezegd dat ik gewoon door de muur moest lopen tussen perron 9 en perron 10. Ik zie het staan perron 9 en perron 10. Ik kijk om me heen, is dit nou echt wel zo een goed idee. Ik bedoel door een muur heen lopen is niet echt gebruikelijk. Ik wacht even en zie dat er meer kinderen door de muur heen lopen, samen met hun ouders. Ik zucht, nou dat moet ik er ook maar aan geloven. Ik zet mijn karretje recht voor de muur en begin te rennen. Als ik door de muur ben zie ik een vol station met allemaal ouders en kinderen die van elkaar afscheid nemen. Het is een enorme drukte, ik hoor overal mensen praten en kinderen rennen langs me heen. Ik geef mijn koffer aan een medewerker van de trein die met behulp van magie mijn koffer in de trein legt. Ik hoor een fluitje, vlug sprint ik naar een deur en stap gehaast in. Ik bots tegen iemand aan. ‘Sorry!’ zeg ik gelijk. Geen vijanden maken op deze eerste dag Rosa dat is niet slim. ‘Kijk eens uit!’ zegt een jongens stem. Ik kijk op en kijk in twee grijsblauwe ogen, ik kijk veder en zie een jongen met witblond haar en een bleke huid. ‘Ik zei toch sorry.’ Hij kijkt me aan met, er ontstaat een grijns op zijn gezicht. ‘Jou heb ik nog nooit eerder gezien, Draco Malfidus.’ Hij steekt zijn hand uit, ik pak zijn hand aan en schut hem. Er gaat een rilling over mijn lichaam maar een goede rilling. ‘Klopt ik ben nieuw hier, Rosa.’ Hij knikt, draait zich om en loopt weg.
Er zijn nog geen reacties.