15.0: Nieuwe paden
“Voorzichtig oké?” Ik knik en geef Harry een korte zoen, maar hij denkt daar anders over. Traag en liefdevol smakken onze lippen tegen elkaar waarna hij me met een glimlach van zich afduwt. Idioot, hij weet dat ik nu meer wil en niet meer wil vertrekken. Rune staat buiten te wachten en ik jog naar haar toe. Een grote koets staat opnieuw klaar. Ik vraag me af of het elke keer dezelfde paarden zijn, want ze lijken allemaal zo vreselijk veel op elkaar.
“Instappen?” Rune knikt en stapt naast me in de koets, nadat de koetsier voor haar de deur open heeft gehouden en weer netjes doe heeft gedaan.
“Weet je nu al wat je wilt kopen voor Harry?” Ik haal mijn schouders op. Het idee van een ring vind ik nog steeds wel passend, aangezien hij daar echt erg aan gehecht is, maar het moet ook speciaal zijn.
“Iets uniek. Iets dat echt naar mij en hem verwijst.”
“Romantisch.” Ze grijnst maar haar ogen staan afwezig. “Ik weet denk ik wel iets. Er is een smederij, en hij kan zelf ringen maken. Ik heb Harry’s maat, en dan moet jij enkel nog kiezen wat je wilt en hoe. Het zal even duren, maar ondertussen kunnen we rondwandelen en extra dingen voor op de bruiloft zoeken.” Ik knik, dat klinkt wel redelijk.
“Klinkt goed, nu moet ik dus alleen nog over de kleur nadenken.” De kleur. Ik zou de emerald kleur van zijn ogen er wel in willen steken, maar het is voor hem. De kleur van mijn ogen dan? Of een combinatie? God, kan Rune dat niet voor me beslissen. Ik leun met mijn vermoeide hoofd tegen de wand aan, luisterend naar de klapperende hoeven van de paarden. “Wat gebeurt er met die twee mensen?” Ik draai mijn hoofd terug richting Rune die liever niet antwoordt precies.
“Ze worden eerst ondervraagd, onder begeleiding van je vader om er zeker van te zijn dat het eerlijk gebeurt. Daarna zien we wel. Ofwel verbannen of een waarschuwing, of…erger.” Erger? Het waren twee griezels, al heb ik de tweede man of vrouw, wie het ook was, niet eens gezien. Logisch als je aan het sterven bent.
“Ik weet niet wat ik het liefste zou hebben. Toch is een leven hier precies niet veel waard.” Twijfelend staart Rune naar haar handen, ze weet dat ik gelijk heb. Ze weten het allemaal verdomd goed.
“Een leven wel. Het moet alleen in het plaatje passen.”
“Speciale gevallen zijn dus niet welkom.” Ik grom en kijk terug uit het kleine venstertje. De bomen worden steeds minder in aantal en we gaan steeds verder en verder. Ik ben ook een speciaal geval, en niet welkom dus. Dat betekent niet dat ze een uitzondering op een uitzondering zouden moeten doen. Als ik niet in het plaatje pas, zou ik ook opgeruimd moeten worden, hoe eng dat ook klinkt.
“Het komt allemaal wel goed Louis.”
“Geloof je het zelf?” Ik bijt haar neus er bijna af en draai dan beschaamd mijn gezicht terug. Ze heeft de verkeerde vlam in me aangewakkerd. “Jullie blijven dat maar zeggen, maar er zijn mensen waar het nu eenmaal niet goed voor afloopt. Misschien niet bij mij nee, maar wel bij die andere persoon. Dat is ook een leven, net als het mijne!” Ik weet dat ik zo niet zou mogen uitvallen tegen haar. Ik weet dat ze hier zit om goed te doen voor me. Ik weet het, maar ik kan mezelf niet beheersen, alweer niet. Net voor ze iets zegt doe ik mijn mond terug open, net op tijd. “Het spijt me Rune, dit is helemaal jouw schuld niet.”
“Soms moet je gewoon je frustraties kwijt.”
“Klopt.” Ik bijt op mijn lip. Dat is een groot nadeel voor de mensen die het dichtst bij me staan; ze moeten mijn buien van onrust en ontevredenheid doorstaan, ook al kunnen ze er helemaal niets aan doen. “Is het ver?”
“Net over de grens. Het duurt nog wel even.” Ik knik en staar terug naar buiten, mijn ogen zakken langzaam toe, nog moe van gisterenavond.
***
“Louis, we zijn er bijna.” Ik wrijf in mijn ogen met mijn knokkels om zo snel mogelijk scherp zicht te krijgen over de plaats waar we zijn. De weg is vlakker en er staan overal kleinere gegroepeerde huizen. De straat is gevuld met verscheidene mensen. De koets komt langzaam tot stilstand. Rune loopt handig voor me uit, de smederij binnen. Ik volg maar, Harry zou haar vermoorden als ze me kwijt speelt, en daar twijfel ik niet eens aan.
"Mevrouw prinses Styles." De man heeft een raar accent, maar hij is nog wel verstaanbaar. Zijn donkerdere gelige huidskleur is iets wat ik nog nooit gezien heb. Is hij wel een van ons? Hij heeft zwart haar en bleke tanden.
"Mohammed. Fijn om je weer te zien. Waar kan ik mevrouw en meneer mee helpen?" Zijn ogen blijven even bij mijn gestalte hangen en branden dan terug op Rune. Zij is immers de persoon die het gaat kopen.
"Ik heb een speciale aanvraag. We zouden graag een unieke ring maken. Eigen ontwerp, eigen geur met eigen herinneringen." Even krabt Mohammed aan zijn gelige hoofd.
"Dat is mogelijk maar het kost erg veel tijd en geld."
"Dat is geen probleem."
"Rune-" Het is niet mijn bedoeling om het keizerlijk fortuin op te doen, zeker niet. Ik wil Harry gewoon verrassen, en dat zal ook wel goedkoper kunnen.
"Het is niets Louis. Wat hij veel vindt is voor ons weinig." Ik slik ongemakkelijk en blijf op de achtergrond wachten totdat de man mij wenkt.
"Komt u verder. U kan geheel kiezen. Wilt u goud, zilver of brons?" Even ben ik verward door de verschillende materialen voor me. Het zijn stevige blokken. Zo heb ik het nog nooit gezien. Het zilver en brons spreekt me wel aan. Ik denk dat het zilver het beste zou passen bij de kleur van mijn ogen.
"Zilver?" Ik richt mijn blik op Rune. Zei kent hem het langste.
"Welke kleur wil je erbij doen?"
"Mijn oogkleur." Ze maakt een hummend geluid.
"Zilver," bevestigd ze. "Mooi zilver met een tikkeltje brons Mohammed, geen rommel." De man knikt en legt het al klaar. In de kamer brandt ook een soort van open kachel.
"De maat van de vinger?"
"1.3 duim." Heb ik even geluk dat Rune dit allemaal weet.
"Prima. En de kleur was de kleur van je ogen?" Ik knik en volg de man. Hij heeft op een tafel allemaal poeders met verschillende kleuren klaar staan. "Als u me even aan wilt kijken." Verlegen staar ik naast de man door. Dit is zo vervelend om te doen, maar goed. Het is nodig. De man begint allerlei kleuren te mengen met een ander zwaarder vloeibaar goedje. Als ik naar beneden kijk merk ik dat hij er goed in geslaagd is.
"Nog iets meer wit Mohammed." Ik neem terug afstand en ga langs Rune staan die vriendelijk glimlacht. "Dat is het ja." Tevreden kijkt ze verder rond. Ze heeft hier overduidelijk ervaring mee.
"En wat had u gewenst als logo, als schild?" Ik frons, waarom heb ik hier niet eerder over nagedacht?
"Een combinatie van een L en een H zou wel mooi zijn."
"Wat is haar naam?" De man kijkt me geïntegreerd aan, uiterst nieuwsgierig.
"Het is nog een geheim." Ik probeer beleefd te blijven ondanks dat hij me geïrriteerd heeft door te vermoeden dat het over een vrouw ging.
"Zoiets meneer?" De man heeft een prachtige schets gemaakt waarbij de L en H samen zijn gevoegd. Hij heeft overduidelijk talent.
"Perfect."
"Als u nog graag een geur wilt toevoegen..." Niet begrijpend wat hij van me wilt draai ik me naar Rune.
"Je bloed Louis."
"Maar-" Mijn bloed is erg waardevol. Kan ik die man hier wel mee vertrouwen? Wie weet wat men er mee kan doen.
"Hij weet dat ik zijn familie afslacht en hem martel als hij maar iets verkeerd ermee doet." Aardig van haar. Onzeker haal ik mijn arm boven en doe ik mijn hemd wat naar boven. Ik doe mijn ogen dicht als de man een vlotte snee maakt en ik iets warm voel vloeien. Niet veel daarna voel ik hoe Rune het weer heelt.
"Was je arm eerst als je thuis komt. Anders vermoedt 'zij' iets." Ik knik en staar naar het kleine plasje bloed voor me. "'Zij' had trouwens gelijk. Je smaakt goed."
"Ik heb alles mevrouw. Als u later terug komt..." Rune knikt en loopt behendig terug voor me uit.
"Tijd om spulletjes te kopen!" God ze klinkt zo vreselijk enthousiast.
***
"Alles ziet er zo leuk uit!" Rune kirt enthousiast in mijn oor waardoor ik een wenkbrauw optrek. Ze heeft al veel te veel aankleding spullen gekocht, maar echt te veel. Gelukkig heeft ze een goede smaak waardoor alles er wel prachtig uit gaat zien.
"Heb je nog niet genoeg?" Mijn toon is spottend maar ze weet dat ik het allemaal goed bedoel.
"Misschien wel, maar zo vaak gaan we nu ook weer niet naar de markt." Verlangend kijkt ze naar een bos bloemen, beseffend dat die al lang dood zijn voor het feest plaats vindt. "Ik denk dat ik het heb... Zullen we eens naar jouw ring gaan kijken?" Ik knik misschien net iets te fanatiek, maar mijn nieuwsgierigheid is dan ook geweldig groot. Ik ben echt benieuwd. Straks is het erg lelijk en dan moet ik hem toch afgeven. Dat is echt het ergste wat er kan gebeuren. Zelfs als Harry nee zou zeggen, zou ik nog een mooie ring willen hebben. Dan was dat tenminste goed verlopen. Ik hoop dat Harry geen nee zegt. Als ik Christiaan moet geloven kan hij dat simpelweg niet. Ik hoop het echt. Anders zou ik niet weten hoe te reageren buiten wenen in mijn kamer en in een hoekje. Ik zou hem dan nog steeds onder ogen moeten komen, dat is het risico. "Je bent echt zenuwachtig." Rune heeft me door, maar ik verzet me toch even tegen haar opvatting, ik verbeter haar.
"Nieuwsgierig." Mijn blik vertrekt echter iets anders. Mijn voeten gaan steeds sneller en sneller tot we aan het gebouw zijn. Mohammed staat ons buiten op te wachten.
"Ah mijn mooie klanten! Kom maar binnen. Het is nog aan het afkoelen." Sneller als nodig volg ik hem naar binnen. Op de houten tafel staat een prachtig werk. Het is niet iets wat ik me ooit zou kunnen voorstellen, zo speciaal. Ik voel de kracht en macht die het ding uitstraalt door mijn eigen bloed. De ring is gewoon aanwezig, zoals ik wou. Harry is van mij. Ik krijg even niets gezegd en kijk dan met grote ogen naar Rune.
"Het is echt perfect." Meer als en fluistering komt er niet over mijn lippen, maar het is voldoende om ze beiden te doen glimlachen. Mohammed klapt tevreden in zijn handen. De kleur van mijn ogen is precies hetzelfde in de ring en het logo straalt pure klasse uit. Het is zo vreselijk mooi. "Mag ik het vasthouden?" Hoopvol kijk ik Mohammeds kant uit.
"Het is nog warm. Je moet het in deze speciale doek houden. Zo zal ze niets merken. Geen geur, geen kracht. Bovendien is de ring nog warm. " Ik glimlach breed en kijk zo kreeg mogelijk naar Rune.
"Alsjeblieft!?" Ze lacht.
"Wat had je nu zelf gedacht Louis." Onmiddellijk ondertekent ze en papiertje en overhandigd ze de man een aardig bedrag. Zo blij als en kind ga ik naar buiten. Ik kan niet stoppen met glimlachen. Het gaat gewoon niet...
"Je bent echt geweldig Rune. Echt echt echt!"
"Het is oké, Louis. Iedereen zou je zo blij moeten zien." Met de grootste voorzichtigheid houdt ze de ring vast. Ik vertrouw haar er meer mee dan mezelf. In de verte staat de prachtige koets ons op te wachten. Haar tassen wegen zwaar maar dat heb ik voor die ring absoluut over. Het is gewoon zo mooi... Net als de toekomstige eigenaar...
Er zijn nog geen reacties.