Hoofdstuk 8 - Chapter 1.
De hoofdpijn begon toen ik wakker werd. Ik wilde me net weer omdraaien om verder te slapen, toen ik me bedacht wat er gebeurd was. Meteen schoot ik overeind en kreunde van de pijnscheut die door mijn hoofd ging. 'Doe je wel voorzichtig?' vroeg een zachte stem. Even dacht ik dat ik hallucineerde, maar ik zag Edward in de deuropening, bezorgd naar mij kijkend. Ik knikte snel. 'Mijn keel,' mompelde ik terwijl ik erover wreef. 'Zo droog.' Hij gaf me een glas water aan en ik nam voorzichtig een slokje, duidelijk op mijn hoede.
Edward grinnikte. 'Het is niet vergiftigd hoor.'
'Altijd dubbelchecken,' was mijn reactie en ik grijnsde. 'Vooral in dit soort gevallen.'
Zijn knappe gezicht werd ernstig. 'Maak je geen zorgen, ze zullen je geen haar krenken, als je maar bij ons blijft.'
'Dat kan ik niet!' protesteerde ik. 'Harry en Lila zijn mijn dierbaren, ik kan ze toch niet in de steek laten? Wat moet ik tegen ze zeggen?'
'Dat weet ik ook niet,' zei hij peinzend. 'Maar je kunt ervoor zorgen dat Lila uit Forks gaat, dan kun je hier gerust verder leven.'
'Hoe?' vroeg ik ernstig. Ik voelde aan mijn blonde lokken die weer zo vet waren. 'Mag ik trouwens douchen?'
Edward knikte en knikte naar de deur. 'Moet ik je dragen?' vroeg hij beleefd.
Ik dacht dat hij een grapje maakte, maar ik zag zijn serieuze gezicht. Ik kleurde een beetje. 'Ik kan wel lopen, denk ik dan.' Ik gooide de dekens van me af en sleepte mezelf met moeite naar de deurpost, waar ik snel tegen aan leunde. 'Bij nader inzien neem ik je aanbod wel aan,' zuchtte ik.
Hij glimlachte, liep naar me toe en tilde me moeiteloos op. 'Nu voel ik me hulpeloos,' klaagde ik. 'Alsof ik een watje ben.'
'Misschien ben je dat ook, dat je hier zo graag weg wilde.' Hij keek me zelfvoldaan aan.
Ik wierp hem een kwade blik toe en sloot de deur achter me.
Er zijn nog geen reacties.