Foto bij De slapende draak

Hoofdstuk 1: Een nieuwe slaapplek.

Law vloog tussen dikke grijzen wolken. Hij sloeg enkele malen met zijn machtige ijsvleugels. Zijn snelheid nam toe terwijl er in de wolken boven hem gerommel klonk. Daar heb ik echt helemaal geen zin in, omweer. Het is al erg genoeg dat ik moet vliegen, dat ik iets in de richting van bewegen moet doen. De draak keek met zijn lichtgevend helderblauwe omhoog en zag lichtflitsen, het gerommel begon heviger te worden en langzaam begonnen alle wolken om hem heen te veranderen. Ze gingen langzaam van wollig grijs over tot bedreigend zwart.
De draak met een mengeling van verschillende kleuren blauwe schubben dook de donkere wolken in. Hij voelde een koude wind langs zijn bruine buik glijden. Dit vliegen is echt teveel moeite, waarom moet ik nu weer vleugels hebben? Ik wil een plek waar ik lekker kan liggen tot mijn oude dag. Heerlijk in de warme zon zonder lastig gevallen te worden. Razendsnel als een zwaard sneed Law door de wolken.
Regendruppels begonnen zijn zicht te belemmeren. Hij voelde ze over zijn rug lopen die onder de ijskristallen zat. Kristallen die doorliepen tot zijn lange scherpe staart. De draak begon te gapen en zuchtte diep. Zijn koude adem bevroor de regen waarna hij er doorheen vloog om de druppels te veranderen tot kleine ijskristallen. Waarom moest de vallei van de stilte nou verwoest worden, de ideale plek om lui te zijn. Ik had daar tot in de eeuwigheid kunnen liggen en niets doen. De draak begon hoogte te verliezen. Zijn vleugels bleven stil hangen en Law nam niet meer de moeite om te vliegen.
Hij zetten een duikvlucht in. De draak kwam tussen de wolken vandaan en zag hoge bergen en valleien vol gras. Law stuurde met zijn vleugels waardoor hij recht kwam te hangen. Hij gleed door de lucht en bekeek de omgeving. Waar is er een mooie landingsplek? De wolken boven hem begonnen weer geluid te maken. Stevige bliksemschichten schoten langs hem naar beneden. De draak zag het gras in de vallei vlam vatten.
De draak zag hoe de vlammen zich verspreiden en de rook alles alleen maar donkerder maakte. Zonde zeg, had vast een heerlijk bed geweest. Law zweefde verder tussen twee hoge bergen. Hun toppen verdwenen tussen de bewolking.
Law vloog verder, om enkele bergen tot hij een richel zag verschijnen. Hij zweefde onder de richel door tot zijn grote frustratie. Ik wil geen moeite doen, daar wordt ik zo verschrikkelijk moe van. De draak sloeg met tegenzin met zijn vleugels en klom langzaam omhoog.
Na volgens hem teveel moeite hing hij boven de richel. Deze was net aan breed genoeg om op te liggen. Goed genoeg voor mij. Law liet zijn vleugels stoppen en zakte meteen naar beneden. Een harde klap volgde. De draak voelde de grond trillen terwijl hij met zijn rug op de richel lag. Stukjes ijs lagen om hem heen. De luie draak liet zijn armen meteen hangen en zijn vleugels verdwenen als sneeuw voor de zon. Ook liet hij zijn kop over de richel hangen.
Law keek naar beneden en zag daar een groot kasteel. Dat doet me denken aan de goede oude tijd. Kasteel stilte zag er ook zo uit. De draak bekeek de hoge torens van het kasteel dat zo uit een sprookje leek te komen. Het is ook niet verrassend, alle kastelen in Yunnan zijn praktisch kopieën van elkaar.
Onder hem zag hij hoe soldaten over de muren liepen en de wacht afgewisseld werd. In het grote dorp voor de kasteelmuren waren enkele mensen nog druk in de weer. Voor de rest was alles donker behalve de herberg. Daar kwam nog gezang vandaan. Law ademde diep in en kon ruiken wat er geschonken werd. brandwijn, honingbier en bokjenever. De draak rolde met knarsend ijs tot gevolg op zijn buik en legde wederom zijn ledematen over de richel zodat ze vrij hingen. Zijn kop plaatste hij op het absolute randje. Wat heb ik al in geen tijden zoiets lekkers gedronken als honing bier en bokjenever. De draak zuchtte diep en hij blies sneeuw de lucht in. Dikke vlokken begonnen te vallen en hij kon de verbijstering horen van de soldaten op de muur van het kasteel. Als Dillon niet gekomen was, als hij de vallei niet verwoest had dan had ik nu brandwijn, bokjenever of honingbier gehad. De draak likte over zijn lippen.
Law bleef kijken naar het dorp, hij hoorde de gezelligheid. Misschien moet ik ook naar beneden gaan? Ik heb dorst en gezelligheid is altijd handig. Law tilde zijn hoofd op en liet deze meteen weer zakken.
'Onmogelijk.' Gromde hij. De kosten overschaduwen de baten teveel. Het gaat me teveel energie kosten om naar beneden te gaan en daarna weer omhoog te klimmen. Weer volgde er een diepe zucht van de draak en weer volgde er een sneeuwbui. Waarom moest Dillon nou komen, waarom moest hij mijn perfecte leven nou verpesten. Ik had alles, gezelligheid, mensen die mijn alles brachten wat ik wilde. Niemand viel mij lastig en ik kon doen wat ik het liefste wilde. Nu moet ik weer zo een plek zoeken. Dat gaat in tegen alles wat ik wil doen. De draak merkte dat zijn aandacht weg getrokken werd naar de hemel. De donkere wolken trokken voorbij en lieten een prachtige sterrenhemel achter. Misschien is het hier nog niet zo slecht.
Law sterkte zijn klauwen uit en trok zijn dolkachtige klauwen in, zijn staart viel stil en de draak begon naar de maan te staren. Jij hebt het lekker makkelijk, compleet niets doen de hele nacht en dag. Je hoeft niet te bewegen of iets anders. Ik wou dat ik jou werk had. De draak begon te gapen en probeerde het juiste plekje voor zijn kop te vinden.
De richel lag niet goed genoeg, het randje was te scherp. Law keek langs de rand hopend een stuk te zien waar een dikke steen lag. Hij vond er eentje maar deze lang buiten zijn bereik. Hij probeerde zijn poten in beweging te krijgen maar het was teveel moeite. Hij sloeg met zijn staart richting de steen maar ook dit haalde niets uit. Law legde brommend zijn hoofd toch maar op de rand. Maar moet alles altijd zoveel beweging kosten?


Hoofdstuk 2: De nieuwe kasteelheer
Een gekraak maakte de draak wakker, hij opende slaperig een oog en keek om zich heen. Er viel niets te zien. het gekraak bleef aanhouden. Law zuchtte diep en opende zijn andere oog. Hij keek direct de lucht in. Ben ik weer omgedraaid? De draak lag weer op zijn rug, met enkele moeizame bewegingen wist hij op zijn buik terecht te komen. Het gekraak stopte toen Law op zijn buik lag. De draak kwam helemaal tot stilstand, alleen door zijn rustige ademhaling bewoog hij.
De draak legde zijn hoofd weer neer en sloot zijn ogen. Wat kraakte er? Law opende zijn ogen meteen weer. Hij bewoog zijn langere nek en keek goed in het rond. Er was totaal niets te zien waar gekraak vandaan had kunnen komen. Law trok zijn poten omhoog en plaatste deze moeizaam op de richel. Hij duwde zichzelf overeind en stond nu, hij keek naar de richel en daar liep een kleine barst. Dat verklaard niets goeds. De draak hing zijn kop over de richel en bekeek de onderkant. Dat is erg vervelend.
Onder de richel waren tientallen barsten te zien van allerlei verschillende soorten grootte. Law zakte heel voorzichtig weer door zijn poten en ging liggen. Hij zag een kleine barst meteen groter worden. Als een bliksemschicht sneed deze barst door het steen. De draak hing zijn poten weer ontstappen langs de richel en meer barsten begonnen groter te worden. Moet ik weer opzoek naar een andere plek.
Law bewoog zijn staart en er was een kraak die alle kraken deed verbleken. Een geluid harder dan de donder van de vorige avond. Het leek wel alsof er een bom ontploften. Law voelde de richel in beweging komen. Het grote stuk steen waar hij op lag zakte weg. De draak zag stukken steen weg rollen richting het kasteel. Daar gaat de kasteelheer niet blij mee zijn. Law volgde de stenen met zijn ogen terwijl ze de kasteeltorens kapot sloegen. Deze zakte meteen in elkaar. Alarmbellen werden geluid en paniek brak los, hij zag soldaten tevoorschijn komen die schreeuwde naar elkaar. Ze waren druk in de weer mensen onder alle brokstukken vandaan te halen.
De draak zag het kasteel sneller dichterbij komen, de steen waar hij op lag nam in snelheid toe. Ik kan mijn vleugels uitslaan en weg vliegen. Law lachte kort en schudde meteen zijn hoofd. Hij trok zijn poten weer in en zetten zich schrap voor de klap.
Zijn grote rustplaats suisde voorbij de eerste torens, Law hing zijn staart naast de steen en deze kwam tegen de torens aan. hij voelde hoe simpel zijn staart door de toren sneed als een mes door boter.
'Draak!' Law keek over de rand en zag dat de soldaten eindelijk door hadden dat er iets meer naar beneden kwam dan zomaar een steen. De soldaten vluchten van de binnenplaats af waar sommige struikelde over de brokstukken van alle torens.
Het stuk steen klapte tegen de grond. Een enorme schokgolf kwam vrij en sloeg tegen de muren van het kasteel. De muren begonnen te trillen en sommige stenen kwamen los. Law keek in het rond en zag gedeeltes van de muren instorten. Wat teleurstellend zeg zo een zwakke muur. De soldaten bleven schreeuwen.
'Draak! We worden aangevallen!' Law kwam overeind, spierpijn had controle genomen over zijn lichaam. De klap deed hem geen schade maar het maakte zijn lichaam wat stijf. Iedere beweging ging langzaam en liet hem lijken op een oude draak. De draak keek in het rond en zag dat alle soldaten verstopt zaten, bang voor wat er komen ging. Dat ze een draak herkennen, niemand van deze mensen hier hoort ooit een draak gezien te hebben. Draken zijn al in geen vierhonderd jaar gezien en mij herkennen ze meteen.
Toen alle stenen gevallen waren en het kasteel geruïneerd was kwamen de soldaten pas tevoorschijn. De meeste liepen nog in hun slaapkleding en het duurde niet lang of de kasteelheer kwam naar buiten. Hij was gemakkelijk te herkennen, het was de man met de dikste buik en de mooiste baard. Dit gaat heel vermoeiend worden, hier heb ik de energie echt niet voor.
Law kwam uit de krater die de steen geslagen had, keek in het rond en inmiddels was de binnenplaats bezaaid met dappere soldaten, tot op de tand bewapend met magische wapens. Hij had net enkele stappen buiten de krater gezet voordat hij zichzelf liet vallen. Hij plofte neer op zijn buik en rekte zich uit. Law legde zijn armen en benen zou weid mogelijk neer. Ahh een draak! laten we die proberen te doden. Domme mensen, er is niemand in leven die ooit een draak heeft gedood, de manier om een draak te doden is ook verloren gegaan in de tijd. Hij sloot zijn ogen en begon rustig adem te halen.
'Is hij dood?' Serieus? Law hoorde de soldaten dichterbij komen, hij voelde hun de magische wapens geactiveerd werden. Een ijszwaard, een aardehamer en een luchtbijl. De soldaten kwamen dichterbij tot de draak met zijn staart sloeg. Haha.
Law merkte dat de soldaten niet dichterbij durfde te komen, ze liet haast hun wapens vallen om weg te rennen. Er was er zelfs eentje die in zijn broek had geplast. Hij sloeg nogmaals met zijn staart.
'Hij is niet dood heer!' Law begon te glimlachen door de stommiteit van de soldaten. Hopelijk is de kasteelheer was slimmer.
'Dat zie ik ook wel!' snauwde de kasteelheer. 'Zorg dat het verdwijnt!' iemand is duidelijk met zijn verkeerde been uit bed gestapt. Law hoorde hoe de soldaten aarzelend dichterbij begonnen te komen. Hij sloeg nogmaals met zijn staart en ze sprongen een meter in de lucht. Dapper als ze waren bleven de drie soldaten dichterbij komen. Law klapte zijn nagels uit en wapens vielen op de grond. De soldaten renden alle drie weg tot groot genot van de draak. Hij opende zijn ogen en zag dat op de plekken van de muur die nog stonden, er tientallen boogschutters klaar stonden om te vuren.
De kasteelheer keek vol afgunst naar zijn vluchtende soldaten, deze renden richting de poort en verdwenen er doorheen. Law sloot zijn ogen weer. Hij hoorde woeste voetstappen en wist dat de kasteelheer op uitbarsten stond.
'Goede heer.' Begon de draak met gesloten ogen. 'Ik ben hier alleen maar om te slapen. Ik ben u niet tot last en zal dat nooit worden als ik hier alleen maar kan liggen. Ik zoek geen moeilijkheden.' De kasteelheer kon zijn oren niet geloven. Ik ben te lui om moeilijkheden te zoeken.
'Dood hem!' boogpezen werden aangespannen. Dat is zwaar overdreven maar als het toch moet raak dan me schouder, mijn linkerschouder. Daar heb ik jeuk. Pijlen werden losgelaten en vlogen fluitend op hem af. De pijlen kletste allemaal van zijn stevige schubbe af.
'Als je dat nog een keer gaat proberen, mik dan op mijn linkerschouder. Dat is mijn zwakke plek.' Law richtte zijn kop op de kasteelheer, deze trok meteen wit weg. Hij stapte geschrokken naar achteren.
'Alsof ik zo stom ben om je te geloven!' De draak rolde met zijn ogen. Sowieso dat je dom genoeg bent om dat te proberen.
'Maar durf je het risico te lopen dat ik lieg?' De kasteelheer aarzelde en keek naar zijn boogschieters.
'Vuur op zijn linkerschouder.' Pezen werden aangespannen en pijlen vlogen door de lucht. De pijlen suisde op zijn schouder af en troffen hem. Hij voelde lichtte tikjes maar dat was niet genoeg.
'Dat was rechts...' Law probeerde met zijn staart bij zijn schouder te komen maar het koste hem teveel moeite. Met een klap liet hij zijn staart weer zakken om het vervolgens met zijn poot te proberen, ook deze kwam in de buurt maar de beweging kosten hem teveel energie.
'Nog een keer!' schreeuwde de kasteelheer. Je hebt echt een irritante stem weetje dat, mijn god zeg.
De boogschieters volgde het bevel op en raakte Law dit keer precies op juiste plek. De jeuk verdween. De pijlen bleven komen en de draak slaakte een kreun van genot dat eindelijk de irritante jeuk was verdwenen.
'Bedankt.' Lachte Law.
Met een snelle beweging rolde de draak op zijn rug en openbaarde zijn buik. Hij ging helemaal open gespreid liggen. Hij keek naar de boogschieters die vragend naar de kasteelheer keken.
'Wat bedankt? Jij zei...' Law begon hard te lachen waardoor de grond begon te schudden en meer stukken van de muur zakte in elkaar. Mensen blijven me keer op keer toch weer verbazen.
'Ik had jeuk.' Law stopte met lachen en sloot zijn ogen weer. 'Maar relax een beetje.' De draak keek met een schijnoog naar de kasteelheer
'Wel verdomme!' De kasteelheer begon te krijsen en te schreeuwen als een klein kind dat zijn zin niet kreeg. 'Een eigen kasteel voor de persoon die de draak weet te doden!' Law opende zijn ogen weer. Dit gaat echt heel vervelend worden.
'En als ik jou dood, krijg ik dan dit kasteel?' De kasteelheer viel stil en keek naar zijn soldaten. Hij wenkte dat ze moesten aanvallen. 'Er zijn heel veel dingen die ik niet graag doe, alles eigenlijk. Alles waarbij ik in beweging moeten komen of gewoon iets moet doen dat wil ik niet. Voor jou wil ik best een uitzondering maken, want zolang jij hier nog leeft zal ik geen rust hebben. jij met je verschrikkelijke stem.' Law rolde op zijn buik. Hij draaide zijn kop naar de kasteelheer.
'Iemand! Doe iets!' De kasteelheer wilde naar binnen rennen, Law tuiten zijn lippen en haalde diep adem. 'De prijs op het doden van deze draak is een kasteel!' De draak blies uit maar in plaats van vlammen vloog er een kleine ijspegel uit zijn mond. De kasteelheer probeerde naar binnen te vluchten maar werd in zijn rug getroffen. Hij smakte tegen de deur aan en zakte vervolgens in elkaar. Donkerrood bloed stroomde niet veel later zijn lichaam uit. Zo doen we dat. Na een diepe vermoeide zucht liet Law zijn hoofd weer vallen op de grond. Nu is dit mijn kasteel.
'Dit is mijn kasteel nu, alleen van mij.' De draak keek in het rond naar de soldaten. Wapens werden op de grond gegooid en ze probeerde te vluchten. Niemand mag weg komen, anders lek het woord uit. Ik wil niet lastig gevallen worden.
De draak liet zijn vleugels verschijnen. In een felle flits van kou en een sneeuwstorm verscheen Law voor de poort. Alle soldaten kwamen tot stilstand en konden hun ogen niet geloven. De draak liet zijn ogen gloeien en opende zijn bek. IJssperen regende neer op de soldaten. De binnenplaats werd rood geverfd met bloed.
Law landen en sjokte door het bad van bloed, hij keek naar de krater die langzaam vol begon te lopen. Nu ik toch in beweging ben. De draak keek op naar het paleis van het kasteel en opende zijn bek. Hij bestookte het paleis en deed deze instorten. Stofwolken werden in de verte te zien. Law liep richting het puin en beklom deze bende. Hij keek in het rond en plofte vervolgens neer in het midden van al het puin. Perfect.

Hoofdstuk 3:

'Ik zei toch dat er een draak was!' Law opende zijn ogen en zag drie kleine kinderen staan. Wat doen die nu weer hier?
'Dat is geen draak.' Lachte het andere kind.
'Echt wel, kijk dan.' Een kind met bruine wilde haren klom over grote stukken steen om dichterbij de draak te komen. Law kon het kind beter zien en het had niet veel ouder kunnen zijn dan tien. Drie weken, het waren maar drie weken van rust en nu dit. 'De schubben en staart.' De andere kinderen begonnen ook dichterbij te komen.
'Zolang hij geen vleugels heeft is het geen draak.' We hebben zo te zien een expert in huis. Law liet zijn vleugels verschijnen en hoorde de kinderen alleen maar gillend weg rennen, hun voetstappen stierven uit. Geweldig.
Law draaide zich om en opende zichzelf voor de zon, deze stond heerlijk hoog aan de hemel en geen wolken. Zijn buik werd zichtbaar en een warmte overstroomde hem. De draak zuchtte opgelucht. Hij sloot zijn ogen en begon te snurken alsof hij een bos aan het omhakken was. Het gesnurk ging door tot laat in de middag.
De draak werd weer gewekt toen de schemering in begon te slaan, een steentje stuiterde in het rond. Law opende zijn ogen en keek wazig in het rond. Dat is een tweede keer vandaag, ik haat deze dag nu al.
'Ik weet dat je er bent, je bent niet zo stil als je zou willen.' Gromde hij, weer kwam er een kleine steen in beweging.
'Ik probeerde ook niet stil te zijn.' Nadat Law zijn visie bijgesteld was zag hij een dunne man zitten op een grote steen. Hij zat veilig buiten het bereik van Law en keek toe hoe de draak ging zitten.
'Dat kan ook.' Law gaapte.
'Je slaap al de hele dag en nog steeds moe?' Law knikte kort.
Hij probeerde de man goed te zien maar er was een schaduw over zijn gezicht gevallen. De stem kwam Law vreemd bekent voor. Het was een stem uit een ver verleden, iemand uit zijn jeugd.
'Ik ben altijd moe, dat is mijn gave en vloek.' Law keek naar het puin om hem heen. Ik wil weer liggen.
'Het is lang geleden, tien jaar.' De draak begon naar de man te staren, plotseling werd liggen niet meer zo belangrijk. Dus ik ken je toch. 'De slapende draak van Nozzo is niemand minder dan Kaleo Law.' De man begon te lachen. Het was een lach die Law meteen herkende, hoe kon het ook iemand anders zijn. Verbazing moest in zijn lichtgevende blauwe ogen te zien zijn.
'Wat doe jij hier? En nog belangrijker, heb je iets te drinken bij je?' Selyf Sudhir, de verhalenverteller. De man stapte van de steen en wreef over zijn dikke zwarte baard. Hij was flink veranderd sinds de laatste keer dat ze elkaar zagen. Selyf had het uiterlijk van een gezellige herbergier en niet meer van een goed getrainde magiër. Hoewel Law wist dat Selyf nog altijd goed getraind moest zijn, magiërs zoals hij waren nooit niet goed getraind. De herbergier haalde een kruik tevoorschijn en gooide deze richting Law. De draak pakte deze op en rook er aan. yeah, bokjenever.
'Ik kom je waarschuwen.' Hij stapte over grote stukken steen en ging tegenover Law zitten. Hij bekeek Law van top tot teen. 'Toen ik het verhaal hoorde over een slapende draak met ijsstekels wist ik genoeg. Er staat een prijs op je hoofd, op dit moment zijn er tientallen magiërs onderweg om die prijs te innen.' Alsof ik daar bang voor ben, ik heb honderden magiërs verslagen en hun hoofden terug gestuurd naar hun opdrachtgevers. Law rekte zijn uit en krapte aan zijn kont.
'Laat ze maar komen, wat kunnen ze doen?' Selyf haalde zijn schouders op.
'Ik zou het niet wagen, er zitten er een paar tussen die ik niet tegen wil komen. Er komt een keer een magiër die je niet kan verslaan.' Law begon hard te lachen en hij hoorde hoe honden begonnen te blaffen door het geluid.
'Daarom verschuil jij je ook in een bewegende herberg die nergens langer blijft dan een week.' De bebaarde magiër knikte instemmend. 'En daarom kan ik lekker met mijn buik bloot in de zon liggen, niemand doet mij iets.' Selyf zuchtte diep en schudde zijn hoofd, hij kwam weer overeind.
'Het is niets meer dan een waarschuwing mijn vriend, je mag best komen schuilen in mijn herberg tot dit alles overgewaaid is. je hoeft zelf niet eens terug te veranderen.' Nee want dat kost teveel moeite. Law liet zich naar achteren vallen en krapte zichzelf heerlijk relaxt op zijn buik.
'Maak je niet zo een zorgen, het komt allemaal wel goed.' De draak maakte een wuivend gebaar.
'Het drakenlied staat nog een paar dagen in dit dorp mocht je van gedachten veranderen.' Law knikte en keek hoe Selyf langzaam verdween in de duisternis van de gevallen nacht. Waarom kunnen mensen mij niet gewoon met rust laten?


Hoofdstuk 4: Kleine Tim.

Law lag omhoog te kijken naar de schaapachtige wolken die voorbij kwamen. Het was makkelijk te doen en kosten hem geen energie. Hij hoefde alleen zijn ogen te bewegen om de wolken in alle vormen en maten te volgen.
Hij zag een schaduwtje verschijnen vanuit zijn ooghoek. Het kind wat hij had laten schrikken was weer terug gekomen. Was ik slechts eng genoeg om je een week weg te houden? Het kind klom tussen het puin door.
'En wat doe je hier?' Gromde Law en hij ging op zijn zij liggen.
'Ben je een draak?' De draak haalde zijn wenkbrauwen verbaasd op terwijl het kind apart dichterbij kwam. Beginnen we dit nu weer, je hebt mijn vleugels toch gezien. Het kind keek wachtend naar de draak.
'Wat doe je hier?' Het kind dacht kort na.
'Je een vraag stellen.' Law zuchtte diep.
'Ja ik ben een draak en als je het niet erg vind wil slapen.' Het kind kwam weer in beweging en ging bijna neus aan neus staan met de draak.
'Je doet niets anders.' Law begon te glimlachen. waardoor het kind meteen weer naar achteren stapte.
'Daar ben ik een draak voor, het machtigste wezen van deze wereld.' Het kind knikte heel voorzichtig.
'Je bent dan wel een hele luie draak.' Dat ben ik inderdaad. Law ging zitten en klapte zijn nagels uit.
'En wie ben jij?' Het kind bekeek de nagels en ging achter een steen staan zodat hij zichzelf kon verstoppen.
'Tim.' Sprak hij met een trillende stem.
'Nou Tim, je hoort niet zo dicht bij een draak te komen, strak eet ik je op.' Tim schudde heel rustig zijn hoofd.
'Dat doe je niet.'
'Hoezo niet?' Tim lachte ongemakkelijk.
'Daar ben je te lui voor, anders was je het dorp ook al in gekomen om ons op te eten.' Daar heb je een goed punt. Law liet zich weer vallen en begon wat rond te rollen tot hij zijn plekje had gevonden. 'Liggen stenen lekker?' nee totaal niet maar hier wordt ik niet lastig gevallen, of dat was tenminste zo.
'Heel erg.' Law maakte een wegwerp gebaar. 'En ga nu weg, ik wil slapen.' De draak sloot zijn ogen weer. Er was een moment van stilte waardoor Law langzaam in slaap sukkelde maar Tim was nog niet weg.
'Wist je dat er allemaal mannen zijn in de herberg die je willen doden?' Law opende zijn ogen weer.
'Ik zit er eigenlijk wel op te wachten.' De draak veranderde weer van positie. 'Laat ze maar snel komen dan heb ik tenminste rust.' Zouden ze in het drakenlied zitten? Selyf houdt ze vast bezig met zijn verhaaltjes. 'Misschien moet je hier weg zijn voordat ze komen?' Het kind keek vragend naar de draak.
'Je probeert me gewoon weg te krijgen.' Law knikte meteen.
'Maar ze zijn serieus onderweg.' Het kind kwam geschrokken tevoorschijn en wilde weg rennen. 'Niet die kant op, daar zijn ze. Verstopt je achter die rots daar zo.' De draak wenkte naar een grote steen. Tim hoefde dat niet twee keer te horen en renden heel snel naar de steen. Hij verdween. 'Kom niet tevoorschijn tot ik het zeg.' Nu moet ik die klier ook nog beschermen, dit is echt verschrikkelijk.

Hoofdstuk 5: Wren Shad.

Law ging snel weer liggen, hij rolde zichzelf op en maakte zichzelf zo klein mogelijk. Voetstappen kwamen dichterbij tot ze op tien meter afstand bij hem vandaan stopte. hij hoorde zware adem, de persoon was buiten adem.
'Wel heb ik ooit, er is echt een draak.' Law bleef doodstil liggen en wachten tot de man dichterbij kwam. Een aanval moet genoeg zijn. De man bleef gewoon staan en Law merkte dat hij magie ging gebruiken.
De draak opende zijn ogen en de man begon te lachen. Hij klapte vrolijk in zijn handen en kwam weer in beweging. Law bekeek de man van top tot teen. Hij had een beangstigende grijns en zijn ogen schreeuwde gestoordheid.
'Nee ik ben nep.' De sarcasme was onmiskenbaar.
'Ik weet wie je bent Kaleo Law.' Alweer? Ik voer letterlijk helemaal niets uit, heb de afgelopen tien jaar nauwelijks iets gedaan en nog steeds herkent iedereen mij gewoon. Wat doe ik fout. De man maakte vrolijk een dansje. 'Weetje ook wie ik ben?' Law schudde meteen zijn hoofd. 'Echt niet?' Nogmaals schudde de draak zijn hoofd.
'Moet dat dan?' De man aarzelde.
'Wren Shad?' Law haalde zijn schouders op. 'Ik ben toch wel een beetje beroemd.' Als je beroemd wil zijn moet je doen wat ik doe, dat werkt schijnbaar erg goed.
'Waar moet ik je van kennen dan?' De man stapte op een grote steen zodat hij nu boven Law uit torende. De draak ging zitten en bekeek de man. Je bent echt een hele rare snuiter.
'Ik ben een beroemde monsterjager.' Wat doe je hier dan, een monster ben ik echt niet. De man stapte van de steen af en ging voor Law staan. 'Ik ben verantwoordelijk voor het verdwijnen van de weerwolven, elven en centaurs om er een paar te noemen.' Is dat iets om trots op te zijn? Law keek naar de enkele littekens die hij had, een paar op zijn armen en enkele op zijn buik.
'En nu denk je meer faam te kunnen winnen door mij te doden? Een draak?' Wren knikte gretig.
'En natuurlijk dit kasteel te winnen.' Hij keek om zich heen.
'Doe je best.' Law ging weer liggen en strekte zich kort uit en gaapte. 'Vele hebben het geprobeerd, allen hebben gefaald en jij bent niets bijzonders.' Law gaf Wren een laatste blik voordat hij zijn ogen sloot.
'Dat zal ik zeker doen.' De draak hoorde hoe Wren in zijn handen wreef.
Law merkte dat er magie uit de handen van Wren begon te vloeien, naarmate hij harder wreef nam de magie toe. Hij opende een oog om te kijken wat er nu allemaal gebeurde en zag slierten van mist. Deze kropen over de grond naar Law. De draak sloot zijn oog weer maar voelde de mist onder hem door geleiden. Het gleed langs zijn buik en wikkelde zich om hem heen.
De draak opende zijn ogen toen hij in beweging begon te komen. De mist tilde hem op van de grond. Wren keek tevreden naar hoe de draak opgetild werd. Hij bewoog zijn handen als een poppenspeler en liet de mist bewegen.
'Je bent overgeleverd aan de genade van mijn mistmagie!' De draak hoorde hoe trots Wren was op zijn magie. Law zuchtte diep en liet zijn ijsvleugels verschijnen. Meteen werd hij bevrijd van de koude mist. De draak sloeg nog een paar keer met zijn vleugels en de mist was compleet verdwenen en Wren was achterover gevallen.
'Je zei?' Law landen weer en ging liggen. 'Je bent de moeite niet waard, ga weg en leef.' Hij hoorde Wren tandenknarsen. De magiër kwam overeind en begon nogmaals zijn magie te gebruiken.
Meer mist kwam tevoorschijn maar verspreide zich nu over de hele binnenplaats. Het begon zo dicht te worden dat Law geen hand voor ogen kon zien. Wren was verdwenen en alleen een onaangenaam gevoel vergezeld met een vervelende kou. Law bibberde en legde zijn staart over zijn neus. Meer dan ik van hem verwacht had maar nog altijd niet bedreigend, waarom komen er toch altijd van deze idioten.
Law keek in het rond en ademde diep in door zijn neus, Wren had een speciale geur en deze werd niet vermond door zijn mist. Vervolgens opende de draak zijn bek en begon hij ijs te spuwen. Law hoorde iemand gillen en vervolgens begon de mist te verdwijnen. Wren werd zichtbaar en was voor de helft bevroren.
'Vlucht en vertel iedereen dat ze mij met rust moeten laten.' Wren kroop bij de draak vandaan en was zichtbaar woest.
'Dit is nog niet afgelopen!' snauwde de magiër.
'Als je dat denkt ben je dommer dan je lijkt.' Law ging weer liggen en zag Wren verdwijnen. De draak keek naar de steen waar Tim zijn hoofd om de hoek stak. Hij kwam tevoorschijn en liep naar de draak. 'Had ik gezegd dat je kon komen?' Tim schudde zijn hoofd. 'Ga gauw naar huis. Zorg dat Wren je niet ziet vertrekken, anders volgen er meer problemen.' Ik ben actief genoeg geweest vandaag. Law sloot zijn ogen en het diepe gesnurk begon weer opnieuw.


Hoofdstuk 6: De wraak van Wren Shad.

Ik moet iets beters zoeken om op te liggen dan stenen, eens had ik een heerlijk bed van hooi en stro. De draak kwam weer in beweging en ging recht op zitten. Hij keek naar de stenen waar hij op slag en sloeg zijn kapot met zijn staart. Zal ik toch echt in beweging moeten komen, hier ga ik mijn leven niet slijten. Law liet zijn vleugels verschijnen en ging op twee poten staan.
'Draak!!' Tim kwam hard aangelopen en had een verschrikkelijke angst in zijn ogen. Wat is er aan de hand? 'Die enge man is terug gekomen met een leger.' Dus? Alsof hij dan wel iets kan klaar spelen.
'Laat hem maar komen, dit keer ontkomt hij niet levend.' Law bewoog zijn vleugels om zichzelf al warm te draaien.
'Maar ze vallen mijn dorp aan!' De draak keek verbaasd naar Tim.
'En de rede daarvan is?' Tim haalde zijn schouders op.
'Je moet me helpen, mijn ouders zijn in gevaar.' De draak begon hard te lachen en schudde zijn hoofd.
'Waarom zou ik dat doen? Ik ben een draak, geen held.' Het kind staarde verbijsterd naar Kaleo Law.
'Maar die man van de herberg.' Selyf Sudhir...
'Hij is een verhalenverteller niets meer, ik weet niet wat hij je verteld heeft.' Het kind begon na te denken.
'Dat jij eens een magiër was, een briljant iemand met onbegrensde kennis van geneeskunde. Je hebt in een oorlog gevochten en hebt een eed afgelegd. Hij verteld dat als ik ooit in gevaar was of dit dorp dat ik jou om hulp moest vragen. Dat je zou helpen.' Tranen sprongen bij de jongen in zijn ogen.
'Ik ben al heel lang geen magiër mee genoemd, ik ben slechts een beest dat te lui is voor zijn eigen goed. Ik kan je niet helpen. Ik ben niet je redder of beschermer. Ga echte hulp zoeken.' Tim schudde zijn hoofd.
'Daar is geen tijd voor, hij verwoest het dorp!' Law haalde zijn schouders op.
'Ik ben een draak.' Law bracht zijn vleugels in beweging en kwam heel langzaam van de grond af.
'Je was een held volgens de herbergier.' Kom op Tim, het enige waar ik nog om geef is een lekkere slaapplek waar ik mijn dagen kan slijten. Ik wil rust hebben en genieten van het leven.
'En nu ben ik een draak. Mijn prioriteiten liggen bij lui zijn en de ideale plek vinden om te slapen.' Law hing inmiddels twee meter boven de grond. 'Dit is niet mijn strijd, vaarwel Tim. Succes met je zoektocht.' Tim raapte een steen op en gooide deze woedend naar de draak. Law nam niet de moeite om deze te ontwijken.
'Dan probeer ik het zelf wel!' Ben je helemaal gestoord, je hebt geen magie en ben slechts een kind. Kinderen horen niet te vechten, ze horen te dromen van avontuur en geweldig te zijn. Law keek toe hoe Tim bij het puin van het paleis weg renden naar een lang zwaard. Hij probeerde deze op te rapen maar het zwaard was te zwaar. Het kind keek in het rond en ging richting een bijl. Ook deze was te zwaar voor hem, dit ging een tijdje door tot Tim uitkwam bij een dolk. Deze was groot en licht genoeg om te gebruiken. Interessante keuze, een bliksemdolk.
Tim wierp een laatste blik richting de draak die langzaam uit het zicht begon te verdwijnen. Law zag het mannetje terug rennen naar het dorp dat bestookt werd door mist. Maar er waren meer soorten magie te zien. vlammen schoten door het dorp en zetten de rietendaken in vuur en vlam. Ook grote boomwortels raasde door de huizen en verwoesting was overal. De draak zag de jonge Tim richting Wren rennen.
Tim had de dolk geheven en richtte deze op Wren. Een schicht van bliksem schoot uit de dolk. De schicht vloog over het hoofd van Wren. De magiër keerde zich naar Tim en stuurde slierten van mist op hem af.
Law zag de jongen opgetild worden, de dolk viel op de grond en de jongen begon te schreeuwen om hulp. Waarom kijk ik ook hier naar. De draak bleef in de lucht hangen. Ik haat je Selyf, de volgende keer dat we elkaar tegen komen pak ik je terug hiervoor. Law keek naar een ring om zijn klauw en wist dat hij zich aan zijn eed moest houden.
De draak kwam in beweging, hij suisde door de lucht en de stekels op zijn rug begonnen te groeien. Law gebruikte zijn drakenadem om alle vlammen te bevriezen en sneed vervolgens door de mist. Hij landen tussen Tim en Wren in.
'Ik doe dit en dan moet jij mij helpen!' Tim knikte meteen.
Wren keek geschrokken naar de draak. Law richtte zich groot op en met een enkele beweging van zijn vleugels liet hij de mist verdwijnen. De magiër keek in het rond en zag al zijn bondgenoten als bevroren standbeelden staan. De draak stapte op Wren af en deze viel naar achteren.
'Onmogelijk!' Law begon zachtjes te lachen.
'Alleen voor jou, je bent een middelmatige magiër. Je komt niet eens in mijn buurt.' Wren wilde rennen maar Law zetten hem vast onder zijn poot. Hij drukte zijn nagels in het lichaam van de magiër. Wren begon te schreeuwen en bloed vloeide. Law bracht zijn bek naar het gezicht van de magiër. 'Dat was het dan, zo een grote domme fout. Ach Wren, hoe stom kan je zijn.' Law blies een ijsspies door het hoofd van Wren. De draak trok zijn klauw terug en keerde zich naar Tim. 'Alsjeblieft.' Tim was lijkbleek weggetrokken en keek naar het lichaam. Law ging voor het lichaam staan.
Langzaam begon de rest van het dorp ook tevoorschijn te komen. Ze keken dankbaar naar de draak. 'Ik zoek een plek om te slapen.' Gromde de draak en de inwoners knikte stuk voor stuk. Law keek in het rond. 'Een groot bed van stro en hooi zal goed genoeg zijn.' Iedereen kwam meteen in beweging.
'Bedankt.' Tim ging naast de draak staan.
'Nu kan ik tenminste slapen, goed slapen.' De draak keek toe hoe iedereen druk in de weer was om een grote stapel van hooi en stro te bouwen in het midden van het dorp. De stapel groeide per minuut. Zo een grote stapel doet me terug denken aan de goede oude tijd. Waarom ben ik niet eerder dit dorp in gelopen. Law liet zich vallen op de stapel en bleef voor de eerste maanden gewoon liggen. Het dorp werd weer opgebouwd en het verhaal van de slapende draak verspreide zich over de wereld. Niemand durfde het dorp beschermd door de draak meer lastig te vallen.
Law sliep nog lang en gelukkig met alles dat zijn hartje begeerde om zich heen. Hij kreeg drank wanneer hij er om vroeg en hoefde niet te bewegen. Alles was precies goed voor de ijsdraak.

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen