Foto bij 8.1: Peripetie

“Ik zou jezelf nog even in bedwang houden als ik jou was.” Nog steeds furieus door zijn kinderachtige gedrag staar ik hem ijskoud aan. Stiekem vind ik dit spelletje vreselijk opwindend, net als de heer zelf, maar ik laat het zo niet merken als hij. Hij zou de gesloten persoon moeten zijn, maar bij elk gesprek bloeit hij open. De verborgen schoonheid klapt open alsof de jonge bloem zijn eerste zonnestralen krijgt en verblind je onmiddellijk. De rode roos met doorns. “Ik kan je namelijk nog een interessante aanbieding doen.”
“Wel, als ik jou was zou ik je daar mee haasten voor ik je iets aandoe.” Harry grinnikt enkel en beschermt zich even met zijn handen door ze voor me uit te steken.
“Jij doet mij echt niets aan. Plus, je doet het zeker niet als er een kans is dat je meegaat op de zoektocht naar je vader.”
“Betekent dat een tussenstop bij mijn moeder?” Mijn stem klinkt meteen niet meer boos maar verbaasd en een tikkeltje wanhopig. Louis, wanhoop. Nee, dat doen we niet. Niet bij Harry. Ik laat mijn gekruiste armen in mijn schoot vallen. “Harry!” De jongeman glimlacht enkel mysterieus. “Harry?!”
“Oké, oké; ja, dat betekent een tussenstop bij je familie, maar enkel als je braaf bent.” Ik rol gelukkig met mijn ogen. Mijn familie even weerzien zou zo fantastisch zijn, al kan ik ze maar even vasthouden en kijken hoe het met mijn lieve zusjes gaat.
“Ik ben altijd braaf.” Harry’s o zo diepe, hese lach echoot onmiddellijk door de gang en door het felle geluid kijk ik hem bestraffend aan waarna hij zijn mond terug snel dichtdoet.
“Als er iemand stout is ben jij het wel. Jij zoekt altijd dingen uit.”
“Dat is gewoon mijn karakter,” murmel ik met gespleten ogen terug waarna ik even een blik op de verlaten benedenverdieping werp.
“Dat kan ik wel beamen. Ik vraag me alleen af vanwaar je dat vechterskarakter hebt.” Ik slik even pijnlijk en kijk hem dan terug aan.
“Dat zal je zelf wel zien dan.” Gepijnigd wend ik mijn blik weer af. Ik wou dat ik meer kon betekenen voor het volk, echt iets voor ze doen, maar ik vrees dat ik nog steeds maar een simpele onervaren boer ben. Ik merk hoe Harry ongemakkelijk naast me schuifelt terwijl hij de gewoonte van met zijn ringen te spelen weer verderzet. Ik besluit even in te grijpen in deze ongemakkelijke situatie. “Wanneer gaan we?”
“Binnenkort. Ik weet nog niet precies wanneer, want er moet vervoer en overnachting voorzien worden, maar snel Louis.” Ik geef hem tevreden een knikje en pruts onmannelijk een beetje met de vloer onder mijn vingers waarna ik vermoeid mijn ogen kort sluit. “Dus, die korte nachtrust?” Ik zucht en open mijn ogen weer waarna ik rustig zuurstof in- en uit mijn longen laat ontsnappen.
“Slechte droom, alweer.” Harry z’n houding is op de een of andere manier niet meer zo ontspannen als daarnet en fronsend bekijk ik hem even. “Wat?” Snel en afwerend schudt de man zijn hoofd, maar daar laat ik het niet bij. “Vertel Har, het is overduidelijk dat je iets wilt zeggen.”
“Nee, laat maar. Het was maar een zielige gedachte.” Onhandig glimlacht de man en komt hij terug overeind.
“Ik heb dadelijk een bijeenkomst om die uitstap te regelen, ik zie je later wel.” Afwezig knik ik, het gevoel dat Harry belangrijke informatie voor me verzwijgt bevalt me niet, maar er valt niet veel aan te doen. Wat kan ik tegen hem beginnen? Met zware benen sta ik op en zoek ik een weg naar mijn kamer. Een verbaasd geluidje rolt over mijn lippen zonder dat ik het besef als ik briefpapier en een penningen op mijn houten kastje zie liggen. Natuurlijk wil ik meteen weten wat het is en vooral waarom en het duurt dan ook niet lang voor ik het bovenste briefje vind. In een licht maar oud handschrift staat er iets opgekrabbeld.
'Schrijf een br-ie-_f naar je moed-er. Ik ree-gel alles wel. Harry.'
Harry's handschrift doet me glimlachen. De authenticiteit straalt ervan af en toch heeft het een persoonlijke toets. Het is prachtig, net als hij. In tegenstelling tot mijn handschrift dat nauwelijks leesbaar is. Zeker zoals nu, als ik al lang niet meer geschreven heb is het moeilijk voor mij om met een verfijnde manier te schrijven. Ik had gelukkig wel het geluk rechtshandig te zijn. Linkshandigen werden geslagen en gedwongen met rechts te schrijven. Het was godslastering als je dat niet deed. Ik voel vreselijke spijt voor hen. Ik kan amper met rechts schrijven, laat staan dat ik het met mijn slechtere linkse hand zou moeten proberen. Ik zucht en zet me neer op de grond. Twee vellen perkamentachtig papier. Ik besluit er een aan de hele familie (mama en mijn zusjes) en een aan mijn moeder zelf te richten. Er ligt een heleboel rotzooi op mijn hart en die druk wil ik kwijt. Mijn moeder is de persoon daarvoor. Ze begrijpt me en zal me dan ook altijd willen helpen. Als ik zou komen weet ze dan al tenminste hoe het met me gaat en wat er allemaal aan het rollen is. Haar leesniveau is iets hoger als het mijne, wat gelukkig al niet voor complicaties zorgt. Met de familiebrief beginnen zal het makkelijkste zijn, denk ik. Gewoon lief en open, simpel. Even bijt ik op mijn lip waarna ik begin.
'Lieve mama, Daisy, Phoebe, Lottie en Felicity,
Ik hoop dat jullie blij zijn met deze brief, ik ben er in ieder geval blij mee. Al jullie gemaakte zorgen waren voor niets trouwens, ik leef hier als God in la pays bas.'
Ik zucht. Mijn geschrift is leesbaar maar mijn gedachten tollen vermoeid. Ik ben opzoek naar de juiste schrijfwijze van woorden, hun regels.
'Ik mis jullie allemaal vreselijk en er is dan ook geen dag dat ik niet aan jullie gedacht heb. Ik doe alles wat ik kan om jullie snel te bezoeken, maar hoop niet. Het leven is soms erg teleurstellend.
Ik hou van jullie met heel mijn hart. Blijf gezond, blijf sterk.
Louis William'
Ik schrijf er expres mijn achternaam niet bij voor het geval dat de brief in verkeerde handen valt of voor het geval dat er gewoon iets met me gebeurt. Dat ging best vlot. Het duurde me ongeveer een kwartier om alles begrijpbaar neer te schrijven. Nu komt het moeilijke, zware deel. Het deel waarbij je in de modder moet ploeteren om kleine dingen te laten gebeuren. Het zware gevoel alsof je in een rots schuilt tegen de hevige regenval dat je overmeestert. De lucht is ijl en koud terwijl je in een drukkende grot zit.
'Chère maman,'
Mijn moeder is dol op de Franse taal.
‘Hier is jouw speciale deel. Er is veel dat ik je wil vertellen, en ik heb het gevoel dat dat er bij een schijnbare ontmoeting niet van gaat komen. Harry zal me niet alleen laten. Ik ben een wicca, mama, net als jou. Ik weet bijna zeker dat je er een bent. Jij gebruikt je krachten in het dorp om de mensen te genezen als een onbekende heldin. Ik snap waarom je nooit niets zei. Enkel voel ik me erg onzeker en kwetsbaar met de verantwoordelijkheid die me nu wordt opgelegd. Ik ben erg sterk mama, misschien wel te krachtig. Het maakt me bang en wil me doen terugrennen naar het verleden. Dit is ook waarom we komen, verwacht je eraan.
Verder had ik nooit gedacht dat dit leven zo goed zou zijn. Ik mort opbiechten dat mijn koppigheid me wel eens in problemen brengt, maar iedereen lijkt wel bijna menselijk; Rune, Harry, Lucius, ze zijn net oude vrienden, vooral Harry. Hij is speciaal. Je weet dat ik een zwak heb. Hij raakt het recht. Als hij me aankijkt is het alsof hij recht met zijn speer in de duivels van mijn ziel steekt. Hij bevrijdt me mama, bewondert me. Ik weet dat een affaire niet mogelijk is, je weet ook dat ik de donkere kant van het leven beter zie als de lichte. Toch vreet het aan me. Hij is een van de mooiste personen die ik ooit gezien heb. Adembenemend, trots, lief en vol woede en angst. Hij is perfect. Ik hoop dat Lottie en Daisy spoedig de juiste man vinden. Ze verdienen het. Hoe gaat het met Eleanore? En met jou? Je moet niet vergeten dat ook jij zorg en liefde nodig hebt maman, jij degene die het, het meest van allen verdient. Ik ga stoppen met schrijven. Resumé, ik ben tot over mijn oren verliefd, een wicca en verdwaald in mezelf. Soms merk ik niet hoe boos en onbegripvol ik kan reageren tot Harry me erop wijst. Het zorgt voor angst dat ik mezelf kwijt raak.
Ik hou van je en verwijt je niets. Je hebt alles altijd al prachtig gedaan. Je t'aime. Ich liebe dich. (Rune zei dit vaak tegen Lucius en ik hoop dat dit hetzelfde betekent.)
Jouw William'
Ze wou me oorspronkelijk William noemen, maar dat was te Anglais voor de Duitsers. Frankrijk is een land dat ze in het verleden erg vernederd hebben, dus de naam Louis was geen enkel probleem. De pen rust uitgeput op de vloer en ik begraaf even mijn hoofd in mijn handen. De brief is niet volledig, maar ze zal wel snappen hoe me voel en wat er aan de hand is. Hopelijk, want soms snap ik het zelf niet meer.

Louis is hier natuurlijk dolgelukkig mee, maar, is dit wel een slim idee?
Tell me!

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen