Chapter 17
* Hermeus Mora is de Daedric Prince van Kennis en Herinneringen. Daedra zijn een soort demonen, of goden van de onderwereld. Ze zijn het tegenovergestelde van de Aedra, de goede goden.
Ik zit in de studeerkamer van High Hrotgar, te lezen. Ongelofelijk! Deze wereld heeft heel veel dappere mensen gehad. Dat ze het zomaar durfden op te nemen tegen Alduin. Ik zucht. Zal ik ook zo dapper zijn? Ik geef niet veel om vechten, geef mij maar kennis. Kennis wordt vaak onderschat, en dat is jammer. Ik kijk even rond. Ik ben alleen, goed zo. Ik haal iets uit mijn zak. Het is een amulet, van Hermeus Mora. Ik heb het amulet ooit gestolen van een Dunmer. Ik steel normaal nooit, maar dit amulet...Dit moest ik gewoon hebben. Ik weet niet waarom. Ik weet dat de Daedra slecht zijn, maar een amulet kan toch geen kwaad? Ik merk dat ik beter kan leren als ik dit amulet bij me heb.Ik laat mijn vinger over het embleem glijden. 'Dit is ons kleine geheimpje, Hermeus Mora. Niemand is alleen maar goed, zelfs een Dragonborn niet.' Ik stop het amulet weer terug, en lees rustig verder. 'Arwen?' Ik kijk op van mijn boek. 'Ja, meester Arngeir?' Hij loopt naar me toe, en gaat aan de tafel zitten. 'Hoe vergaat het studeren?' Ik knik. 'Goed. Ik had nooit gedacht zoveel in Skyrim te leren.' Arngeir gaat aan tafel zitten. 'Zeker als je erachter komt dat je de Dragonborn bent. Wat brengt je eigenlijk naar Skyrim? Je lijkt me niet het type om zomaar te besluiten om hiernaartoe te komen.' Ik sla het boek dicht. 'Ik was eigenlijk op doorreis door Tamriel. Het was mijn bedoeling om hier naar het college van Winterhold te gaan, en meer te leren over magie. Ook wilde ik graag een paar Dwemer ruïnes bezoeken.' 'Dan moet je bij Calcelmo zijn,' zegt Arngeir. 'Dat klopt. Ik heb enkele boeken van hem gelezen.' Arngeir knikt. 'Waar komt die interesse voor de Dwemer vandaan? Veel mensen hier in Skyrim kennen ze niet eens.' 'Het komt van mijn vader, Volodar Stenav. Hij is ook altijd geïnteresseerd geweest in de Dwemer.' 'Volodar? Een ongewone naam voor een Breton, net als je eigen naam trouwens.' Ik veeg mijn haar uit mijn gezicht. 'Mijn vader is geen Breton, net als mijn moeder. Mijn vader is een Altmer, en mijn moeder een Bosmer.' Verbaasd kijkt Arngeir me aan. 'Ah, dus je bent geadopteerd?' Ik knik. 'Soort van. Mijn ouders waren op zoek naar een veilige woonplaats, aangezien ze eigenlijk niet met elkaar mochten omgaan. Mijn vader heeft mijn moeder ontmoet in Valenwood, toen hij daar op een missie was. Hij was destijds lid van de Thalmor. Mijn moeder, Darshea, was een slavin in een van de forten die ze hadden. Mijn vader werd verliefd op haar, en zij op hem. Maar omdat zij een slavin was, en hij een Thalmor, mochten ze niet bij elkaar zijn. Ze zijn gevlucht, en op hun vlucht hebben ze mij gevonden.' 'Waar hebben ze je gevonden?' vraagt Arngeir. 'In High Rock, langs ze grens met Skyrim. Daar zaten vroeger veel Forsworn, maar die wonen nu voornamelijk in de Reach.' Arngeir knikt. 'Dus de kans bestaat dat je ook een Forsworn bent, aangezien de Forsworn eigenlijk "verwilderde" Bretons zijn.' Ik knik. 'Dat zou kunnen, ik weet het niet. Ik weet alleen dat ik geluk heb gehad.' 'Hoe oud was je?' vraagt Arngeir. 'Ik was nog een baby. Ik was nog geen jaar. Ik was een uitkomst voor mijn moeder, want door bepaalde technieken van de Thalmor, kon ze zelf geen kinderen meer krijgen.' 'Dus je bent enigs kind?' Ik schud mijn hoofd. 'Nee, mijn ouders hebben nog een Dunmer geadopteerd, Aymon. Hij is een paar jaar jonger dan ik. We hebben hem gevonden toen mijn vader naar Morrowind moest voor zaken. Hij was ook nog maar een baby. Het was ergens bij Mournhold, geloof ik.' 'Dan heb je een gemixte familie,' zegt Arngeir grinnikend. Ik knik. 'Ja, dat klopt. Maar het werkt.' Arngeir staat op. 'Het klinkt alsof je veel hebt meegemaakt.' Ik knik. 'Redelijk. We zijn vaak verhuisd. We hebben een tijdje in High Rock gewoond, toen hebben we rond getrokken door Morrowind.' 'Dus je bent al eens eerder in Skyrim geweest?' vraagt hij. Ik schud mijn hoofd. 'Nee, we zijn via Hammerfell en Cyrodiil gegaan, want Skyrim vond mijn vader te gevaarlijk.' Arngeir knikt. 'Je vader klinkt als een wijs man, Arwen. Skyrim is een woest land, en niet erg vriendelijk voor elfen.' Shakari komt de bibliotheek binnenlopen. 'Wat is eigenlijk op de top van de berg?' vraagt ze. Arngeir draait zich om. 'Goed dat je me eraan laat denken, Shakari. Arwen, voordat je vertrekt, wil ik je voorstellen aan onze grootmeester Paarthurnax.' Hij staat op. 'Kom mee naar de binnenplaats, dan zal ik je een nieuwe kracht geven, zodat je naar hem toe kunt.' Ik knik, en sta ook op. 'Ja, meester Arngeir.'
Er zijn nog geen reacties.