O39 - Torture
Voldemort keek mij aan, en hij haalde toen zijn toverstok uit zijn gewaad. 'Sarah, je moet begrijpen dat ik al een lange tijd op jou heb gewacht,' zei Voldemort. Hij streelde met zijn vinger over het handvat van zijn toverstok. 'In dat geval, kunt u wel wat langer wachten, niet?' Er trok een wederom een woedende blik door zijn ogen. 'Jij bent mijn dochter, Sarah. Jij hoort niet thuis tussen dat tuig. Tussen Muggle's en Mudbloods,' siste de stem van Voldemort. 'En ik hoor wel bij u thuis?' Voldemort knikte met zijn hoofd. Ik was even stil, en ik pakte een pluk van mijn haar vast. Ik draaide het om mijn vinger heen. Voldemort scheen te denken dat ik nadacht, maar in werkelijkheid probeerde ik een uitweg te zoeken. 'Ik denk dat..' begon ik, maar ik was al snel stil. Voldemort keek mij dwingend aan, ik moest verder gaan. 'Ik denk dat ik dat niet wil.' De woede van Voldemort leek even teveel te worden, en hij richtte zijn toverstok op mij. Ik zette geschrokken een stap achteruit, maar verder gaf ik geen kik. 'In dat geval, help ik je wel,' zei Voldemort.
Het volgende moment kwam er een rood licht op mij af, en het volgende moment trok er een brandende pijn door elke zenuw in mijn lichaam. Het was alsof ik met duizenden naalden op hetzelfde moment werd gestoken. Met een harde klap viel ik op de grond, en een schreeuw die door merg en been ging, kwam over mijn lippen. 'Stop!' Ik hoorde hoe Voldemort lachte; hij stopte niet. Voldemort hield de Cruciatus Curse nog enkele minuten vol, maar toen liet hij zijn toverstok zakken. De ergste pijn in mijn lichaam kwam tot een einde. Mijn ademhaling was snel en ongecontroleerd. Voldemort kwam op mij af lopen, en hij keek mij aan. Ik duwde mezelf af van de grond, en ik stond trillend op. Zonder enige emotie keek ik hem aan. 'En nu, Sarah, geef je mij je arm, en voeg je je bij me.' Een van mijn wenkbrauwen schoot omhoog, alsof hij werd gelanceerd als een raket. 'Nee,' fluisterde ik, mijn stem trilde. Het volgende moment hief Voldemort zijn toverstok weer op, en daarna werd alles zwart.
Toen ik wakker werd, was ik in een donkere, koude en natte ruimte. Moeizaam stond ik op. Mijn hele lichaam deed zeer. Ik probeerde mijzelf te oriënteren, maar het was erg donker hier binnen. 'Hallo?' Niet lang daarna hoorde ik langzame voetstappen. 'Miss Delaney, wat doet u hier?' Er klonk een stem uit de schaduw. Ik herkende de stem. 'Ollivander?' vroeg ik vol ongeloof, 'wat doet u hier?' Ik hoorde hem zuchten. 'You Know Who wilt wat van mij, en daarom zit ik hier,' zei hij. 'H-hoelang zit u hier al?' 'Enkele maanden nu,' zei Ollivander, en hij hoestte. Het viel me nu pas op hoe zwak hij klonk. 'Ik ga u helpen,' zei ik, 'ik ga u hieruit krijgen. Ik ga ons hieruit krijgen.' 'Hoe? Je hebt geen toverstok, Miss Delaney. Je maakt geen schijn van kans tegen You Know Who.'
Het volgende moment kwam er een rood licht op mij af, en het volgende moment trok er een brandende pijn door elke zenuw in mijn lichaam. Het was alsof ik met duizenden naalden op hetzelfde moment werd gestoken. Met een harde klap viel ik op de grond, en een schreeuw die door merg en been ging, kwam over mijn lippen. 'Stop!' Ik hoorde hoe Voldemort lachte; hij stopte niet. Voldemort hield de Cruciatus Curse nog enkele minuten vol, maar toen liet hij zijn toverstok zakken. De ergste pijn in mijn lichaam kwam tot een einde. Mijn ademhaling was snel en ongecontroleerd. Voldemort kwam op mij af lopen, en hij keek mij aan. Ik duwde mezelf af van de grond, en ik stond trillend op. Zonder enige emotie keek ik hem aan. 'En nu, Sarah, geef je mij je arm, en voeg je je bij me.' Een van mijn wenkbrauwen schoot omhoog, alsof hij werd gelanceerd als een raket. 'Nee,' fluisterde ik, mijn stem trilde. Het volgende moment hief Voldemort zijn toverstok weer op, en daarna werd alles zwart.
Toen ik wakker werd, was ik in een donkere, koude en natte ruimte. Moeizaam stond ik op. Mijn hele lichaam deed zeer. Ik probeerde mijzelf te oriënteren, maar het was erg donker hier binnen. 'Hallo?' Niet lang daarna hoorde ik langzame voetstappen. 'Miss Delaney, wat doet u hier?' Er klonk een stem uit de schaduw. Ik herkende de stem. 'Ollivander?' vroeg ik vol ongeloof, 'wat doet u hier?' Ik hoorde hem zuchten. 'You Know Who wilt wat van mij, en daarom zit ik hier,' zei hij. 'H-hoelang zit u hier al?' 'Enkele maanden nu,' zei Ollivander, en hij hoestte. Het viel me nu pas op hoe zwak hij klonk. 'Ik ga u helpen,' zei ik, 'ik ga u hieruit krijgen. Ik ga ons hieruit krijgen.' 'Hoe? Je hebt geen toverstok, Miss Delaney. Je maakt geen schijn van kans tegen You Know Who.'
Reageer (4)
owwww, SHIT
8 jaar geledenHij is gemeen tegen haar
8 jaar geledenJeeeee! Ik heb nu haat aan Voldie
8 jaar geledenLeuk stukje snel verder gaan hoor!! X
8 jaar geleden