5.0: Ongeriefelijk
Na dat klein beetje verdiende aandacht ben ik terug alleen. Aurus is blijkbaar de tuin aan het omploegen samen met een van de bedienden en ik ben moederloos alleen achtergelaten. Mijn curiositeit naar die vreemde kamer neemt toe. Ik word er gewoon naar toe gezogen en zonder dat ik het besef loop ik de vele antieke trappen alweer op, onderweg. Zenuwachtig bijt ik op mijn onderlip als ik over mijn schouder kijk. De hal is nog steeds even verlaten als een kwartier geleden en eerlijk gezegd maakt het me alleen maar ongemakkelijk en nerveus. Die aanhoudende stilte en verlaten ruimtes. Ik blijf me afvragen wat ze steeds doen. De grote houten deur lijkt nog steeds even verleidelijk als daarnet dus hak ik de knoop maar door en open snel de deur waarna ik ze weer sluit. Deze keer is er genoeg licht in de onbekende kamer en kan ik echt goed zien wat er allemaal aanwezig is. Het lijkt op een bureau. Voor het centrale raam staat een grote robuuste tafel met allemaal kleine persoonlijke spullen op. Voordat ik verder naar de tafel kan kijken wordt mijn aandacht naar een gigantische boekenkast getrokken. De kast staat tegen de gehele lengte van de kamer en is bomvol. Geen idee wat er in godsnaam allemaal in staat. Vast alle kennis sinds het begin tot nu. En dan te bedenken dat de boekdrukkunst nog maar een klein jaar bestaat. Ik gok erop dat de helft van de boeken nog handgeschreven is. Verbaasd laat ik mijn vingers over de kaften van de boeken dwalen. De meeste in mijn bereik zijn in een vreemde taal die ik niet versta. Ik staar omhoog. Recht boven me staat een vreselijk dik boek dat me de beste manier om tijd te verdrijven lijkt. Het trekt me naar het toe, net zoals deze kamer me vreselijk nieuwsgierig maakt. Net als ik op mijn tippen ga staan in een poging om het te hoge boek te pakken hoor ik de deur opengaan. Met grote ogen staar ik naar het furieuze gestalte dat me met een paar te donkere ogen en gebalde vuisten aanstaart. Zijn stevige lichaam torent boven me uit en de knoopjes van zijn hemd zijn nonchalant niet hoog genoeg geknoopt. Harry. Hij lijkt boos, beter nog, hij kijkt me aan alsof ik hem net verraden heb aan zijn grote aartsvijand en het kalf al verdronken is. Zonder iets te zeggen staat hij daar in de deuropening, zijn ogen flitsen controlerend door de ruimte en mijn handen zijn al veel te zweterig als hij eindelijk zijn mond open doet en zijn ogen tot spleetjes maakt.
“Wat doe je hier in mijn bureau, Lewis?” Zijn zin is geen vraag maar een constatering. Zenuwachtig open ik mijn mond om hem daarna terug toe te doen en op mijn lip te kauwen. “Laat me mijn vraag niet herhalen.” Zijn kaaklijn verstrakt doordat hij zijn tanden gedwongen op elkaar zet en er zo mogelijk nog angstaanjagender en prachtiger uitziet.
“Ik- euhm, ik-“ Ongemakkelijk krab ik even in mijn hals terwijl ik een poging doe om hem te blijven aankijken. “Ik was gewoon nieuwsgierig en verveeld en…alleen.” Mijn blik is ondertussen op een punt naast zijn gezicht gericht en misschien maar goed ook.
“En dat geeft je het recht om mijn belangrijkste privékamer te betreden? Hij is potverdorie ook nog wel geluidsdicht ook!” Hij verheft zijn stem, wetend dat deze kamer toch geluiddicht is. “Je hebt geluk dat ik een goede neus heb Tomlinson.” Ik trek minachtend een wenkbrauw op waarop hij reageert door hetzelfde te doen. Alleen bij hem ziet het er nog steeds angstaanjagend uit. In een poging mijn zweethanden af te vegen aan mijn broek is hij dichter gekomen. “Ben je nog van plan om te vertrekken of zal ik ervoor zorgen?” Heel even lijkt Harry’s stem te trillen, maar als ik hem daarop aankijk wijst hij met zijn grote handen richting de deur. Ik slik en verlaat dan toch maar de kamer. Net als ik door de deurpost ben draai ik me om, met een klein hartje maar ik kan het toch niet laten. Ik heb een attitude te verdedigen.
“Weet je, ik hoop dat jou ridicule woede je nog ooit te parten speelt. Ik was alleen nieuwsgierig.”
Reageer (1)
I am
9 jaar geleden