Whoohoo, 10 hoofdstukken

Ik haal even diep adem. 'Zie je, ze kan het niet, want ze is niet de Dragonborn,' zegt Irilieth. Ik zucht. 'Laat me even!' Ik haal diep adem, en concentreer me. 'Fus!' Ik hoor mensen schrikken, en ik zie dat Irilieth naar achteren vliegt. Geschrokken zet ik een paar stappen achteruit. 'Je bent echt de Dragonborn!' zegt de soldaat. Ik slik. 'Oh, ik denk het.' 'Dit is geweldig, er is weer hoop!' zegt de soldaat. Irilieth staat op. 'Ik had het blijkbaar mis.' Ze klopt het zand van haar kleren af. 'Die had ik niet zien aankomen. Het is dus maar een kwestie van tijd, dat de Greybeards erachter komen. Laten we teruggaan naar Whiterun.' Ze loopt weg, met de soldaten achter haar aan. Ik blijf staan. Dragonborn? Maar dat kan niet. Ik ben een Breton. Ik kijk Farkas aan. 'Denk jij dat ik de Dragonborn ben?' vraag ik hem. Hij haalt zijn schouders op. 'Ik weet het niet. Als ik het zo zie, wijst alles er wel op. Maar ik ben geen geleerde. We zullen moeten wachten op het teken van de Greybeards.' 'Wie zijn dat?' vraag ik hem. 'De Greybeards? Zover ik weet, een stel oude mannen die op die grote berg daar wonen, in High Hrotgar. Ze bestuderen de Stem. Verder zou ik het ook niet weten. Ik weet alleen dat ze niet vaak bezoek krijgen.' Ik sla mijn armen over elkaar. 'Wat gaat er nu met mij gebeuren? Moet ik nu ergens anders naartoe?' Farkas loopt naar me toe, en legt zijn hand op mijn schouder. Hij kijkt me aan. 'Luister, Dragonborn of niet, voor mij ben je nog steeds Arwen. Je bent nog steeds mijn schildzuster. En er is niks, wat dat kan veranderen. Je bent nog steeds een Companion. Wij zullen achter je blijven staan.' Ik zucht, en kijk naar de grond. 'Misschien wil ik wel niet de Dragonborn zijn. Ik was niet helemaal eerlijk tegen die draak. Ik ben wel bang voor Alduin. Ik ben doodsbang. Ik ben geen krijger, Farkas. Ik ben niet eens een Nord.' 'Maar je bent wel dapper, en onzelfzuchtig. Lang niet iedereen zal een vechter zijn zoals mij, of Torvar. Of noem ze maar op. Maar dat is niet erg. We hebben ook slimme mensen nodig, zoals jij. Of de Greybeards. Ik neem tenminste aan dat ze slim zijn. Ze zullen sowieso slimmer dan mij zijn.' Hij grinnikt even om zijn eigen opmerking. 'Kom, dan gaan we terug naar Whiterun. Maak je niet druk. We zien wel wat gebeurd.'
We staan voor de poort van Whiterun. Ik blijf staan. Ik wil niet terug. Het enige wat ik wil, is terug naar Jorrvaskr. maar mijn bed. Ik kijk naar de lucht, naar High Hrotgar. 'Kom je?' vraagt Farkas. Net op dat moment, begint de grond te trillen. 'Dovahkiin....' Het is geen draak, dat weet ik zeker. Ik kijk Farkas aan. 'Nou dan,' zegt hij. 'Ik denk dat we nu wel zekerheid hebben, Dragonborn.' Ik haal even diep adem. 'Ja, ik denk het ook.'
Ik sta voor de Jarl. Hij loopt heen en weer. 'Ongelofelijk. Kun je het geloven, Proventus? We hebben de Dragonborn gevonden. De Greybeards hebben gesproken. We kunnen Alduin verslaan!' Proventus knikt. 'Ja, sire. Dat is geweldig nieuws. Ze moet wel zo snel mogelijk naar High Hrotgar vertrekken.' De Jarl knikt. 'Natuurlijk, natuurlijk. Arwen, ik wil dat je morgen goed uitrust, zodat je overmorgen naar High Hrotgar kunt gaan. De Greybeards hebben je opgeroepen, dus het is de bedoeling dat je ook gaat. Ik stel voor dat je morgen binnen de stadsmuren blijft. Neem geen al te waardevolle spullen mee. Het is een redelijke trip, dus alleen het hoognodige moet mee. Je mag een reisgenoot meenemen, maar hij moet in Ivarstead blijven. Hij mag niet mee de trappen op. Is dat duidelijk?' Langzaam knik ik. 'Ja, sire.' De Jarl knikt. 'Mooi zo. Dan stel ik voor dat je nu gaat rusten, zodat je voorbereid bent.'
Ik zit aan tafel, in Jorrvaskr. Ik ben alleen, de rest ligt al te slapen, of zit in de woonkamer. Ik weet niet hoe laat het is. Het kan me ook vrij weinig interesseren. 'Arwen?' Ik kijk op. Kodlak staat voor me. 'Hallo, Harbinger.' Hij gaat naast me zitten. 'Hoe voel je je?' Ik haal mijn schouders op. 'Geen idee, eigenlijk. Ik weet niet of ik wel een Dragonborn kan zijn. Hoe moet ik Alduin gaan tegenhouden?' Kodlak wrijft even in zijn handen. 'Nou, ik ben geen expert. Wat ik wel weet, is dat geen enkele Dragonborn hetzelfde was. De meesten waren misschien Nords, maar iedereen kan worden geboren als Dragonborn. We hebben een orc gehad, en een khajit. Zelfs een Argonian. Het is dus niet alleen weggelegd voor Nords. Wat ik wil zeggen, is dat het niet erg is. Het is niet erg, als je bang bent. Dat zou ik ook zijn. Alduin is geen gewone draak. En misschien zul je nooit uitblinken in lichamelijke kracht. Maar je bent slim. Onderschat dat niet. Iedereen heeft zijn eigen kracht.' Ik zucht, en staar voor me uit. 'Ik weet dat je me niet gelooft. En ik snap het wel. Je bent nog jong. Er is nog zoveel dat je nog moet ontdekken. De Companions staan achter je. Ik stel voor dat je met Farkas op pad gaat. Hem ken je het beste. Hij is niet de slimste, maar hij is oprecht. En ik weet dat hij alles op alles zal zetten, om ervoor te zorgen dat je veilig bent.' Ik kijk hem aan. 'Oh?' Kodlak grinnikt. 'Ik heb Farkas nog nooit zo gezien. Het is een aardige knul, maar ik merk dat aan alles dat je veel voor hem betekent. Ik weet ook, dat als ik hem niet mee liet gaan, hij alsnog een weg zou vinden om je te volgen. Hij is misschien niet zo spraakzaam. En nogmaals, hij is niet bepaald intelligent. Maar ik weet dat je veilig in Ivarstead zult aankomen, met hem aan je zijde.'

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen